© Alexandro Yaramis

Met minstens een half miljoen zijn ze: de afvalophalers die in de ongereguleerde recyclagesector van Turkije werken. Een aanhoudende pandemie én een torenhoge inflatie treft de armsten genadeloos. Vooral de jongsten zijn de grootste slachtoffers. Olcan (11) is één van hen.

Bekijk onderaan de fotoreportage

“Ik sta op om 9 uur. Een een uur later ben ik al afval aan het ophalen in de straten. Het is een zware job. Maar ik heb geen keuze. Als ik de hele dag doorwerk, verdien ik zo’n 150 Turkse lira (ongeveer 10 euro, red.). Dit maakt het mogelijk om voor mijn familie te zorgen. Ik doe er bijna drie uur over om zo’n zak te vullen”, vertelt Olcan, de elfjarige jongen die we met de hulp van local Emre ontmoeten in Tarlabaşı, één van de armste achterbuurten van Istabul. Met de goedkeuring van zijn vader volgen we de jonge afvalophaler dwars door de metropool. “Via mijn vader ben ik in dit werk gerold. Ik zag hem aan het werk en begon het ook te doen”, glundert Olcan.

Tarlabaşı ligt op een boogscheut van het beroemde Taksimplein. Zowat elke minderheid heeft er z’n plekje gevonden. Het mag dan wel een arme en gevaarlijke buurt zijn waar je als toerist niet meteen komt; het is er enorm kleurrijk. Al je zintuigen worden hier scherpgesteld.

Emine Erdogan 

Van batterij-inzamelingen tot de gekleurde zakken: in België zijn we al langer bekend met recycleren, in Turkije veel minder. Pas in 2017 introduceerde Emine Erdogan, de vrouw van, een Zero Waste Project. Een ultieme poging om een groen beleid door te voeren als antwoord op de globale klimaatcrisis. Maar dat loopt niet van een leien dakje. In datzelfde jaar voerde China een verbod in op een groot deel van de afvalinvoer. Wereldwijd zorgde dit voor chaos in de afvalhandel.

Aanvankelijk belandde afval uit België en andere EU-landen voornamelijk in China, nu in Turkije. Die kentering maakte van Turkije de vuilnisbelt van Europa. Terwijl het land zelf nog worstelt met een doeltreffend recyclagebeleid, zet het de deuren open voor buitenlands afval.

Maar daar wilt Turkije verandering in brengen. Sinds vorig jaar is die ambitie nog meer gegroeid. Tegen 2023 wil Turkije het recyclagepercentage verhogen tot 35 procent. Toch is er een keerzijde aan de medaille. Er zijn veel armen tewerkgesteld in de ongereguleerde recyclage-industrie. Het werk van ruim een half miljoen afvalophalers staat op de helling.

Vluchtelingen

De meeste huishoudens gebruiken één bak om hun afval te verzamelen. Het afval wordt pas later gescheiden. Daarin spelen afvalophalers als Olcan en z’n vader een belangrijke rol. Nog voordat de vuilniskar komt, reppen de afvalverzamelaars zich naar de containers om het vuil van elkaar te scheiden. Ze vullen hun gigantische zak en brengen het naar een depot, vaak in achterbuurten, zoals hier in Tarlabaşı. Daar verkopen ze het afval in kilo’s. Van daaruit vertrekt het naar de recyclagefabrieken.

In de laatste jaren vonden ook heel wat vluchtelingen hun weg naar deze sector. In een poging om te overleven, werken Syriërs en Afghaanse vluchtelingen zij aan zij. De ongereguleerde sector krijgt vaak te kampen met raids. Zo werden er bij een politieinval in oktober vorig jaar 200 afvalophalers gearresteerd. Sommigen zelfs het land uitgezet.

Onderweg van de achterbuurt naar het modernere Beyoğlu ontstaat er een discussie met een omstaander. “Dat gebeurt hier wel eens. Mijn buurt is gevaarlijk én er zijn veel dieven op straat. Als ik thuiskom, doe ik mijn afvalkar op slot. Dat is veiliger”, aldus Olcan.

Volgend jaar wordt een symbolisch jaar voor Turkije. Er zullen nieuwe verkiezingen plaatsvinden én de Turken vieren het honderdjarige bestaan van de Turkse republiek. Blijft Erdogan aan zet of is het einde in zicht? De hoogste economische crisis ooit sinds Recep Tayyip Erdogan aan de macht is, werpt alleszins geen gunstige vruchten af.

Hoe kijkt de jonge Olcan naar de toekomst? “Ik ben niet echt gelukkig met deze job. Ik wil ook gewoon kunnen voetballen zoals mijn vrienden. Vaak zie ik hen voetballen terwijl ik aan het werk ben. Dat doet pijn. Later wil ik politieagent worden, met een eigen special team. Hopelijk komt die droom uit.”

vorige volgende