2011 gaat ongetwijfeld de geschiedenis in als een revolutionair jaar. De schreeuw om democratie in het Midden-Oosten en Noord-Afrika klonk luider dan ooit. Leiden de politieke verschuivingen in de regio ook tot een betere positie van de vrouw? Een ontmoeting met professor Amina Wadud.

Op een koude decemberavond ontmoet ik Amina Wadud in Antwerpen. Ze is afgezakt naar België om te komen spreken op een internationale moslimconferentie. Wadud is bijdehand en straalt gezag uit. Ze draagt een hoofddoek, maar over haar rug hangen lange rasta's. Haar oorbellen rinkelen als ze haar hoofd schudt. De Afro-Amerikaanse academica is het boegbeeld van het 'islamitisch feminisme'. Ze reist de wereld rond met een missie: vertellen hoe de Koran een rol kan spelen in het emancipatieproces van moslima's.

Dolle Amina

Als jonge twintiger bekeert Wadud (1952) zich tot de islam. Haar oorspronkelijke naam, Marey Teasly, laat ze op dat moment definitief veranderen. Tijdens haar werk als assistent-professor aan de Islamitische Universiteit van Maleisië schrijft Wadud een vrouwelijke interpretatie van de Koran. Het omstreden boek wordt meteen verboden in de Verenigde Arabische Emiraten. Wadud verspreidt haar gedachtegoed en richt in het begin van de jaren negentig Sisters in Islam op, een stichting die de mannelijke dominantie in de islam aan de kaak stelt. Ze ontpopt zich tot een vurig voorstandster van vrouwenrechten binnen het islamitisch geloof.

Wadud oogst veel bewondering, maar haar initiatieven vallen niet altijd in goede aarde. Ze raakt wereldwijd bekend wanneer ze in maart 2005 optreedt als eerste vrouwelijke imam voor een gemengd gebed. Deze controversiële daad lokt veel kritiek uit, maar brengt ook de rol van de vrouw in de moskee onder de aandacht. "Meer rechtvaardigheid tussen man en vrouw op álle niveaus: politiek, economisch, sociaal en religieus", zo luidt haar devies.

De derde weg

"Veel mensen beweren dat religie en feminisme niet samengaan", vertelt Wadud, "maar ik stoor me aan dit of/of-verhaal. Tot aan het begin van de jaren negentig waren er twee stemmen die het luidst werden gehoord in het debat over vrouwenrechten: ofwel koos je voor de islamisten, ofwel voor de secularisten. De islamisten verkondigden dat de samenleving volmaakt zou zijn als de Shari'a werd opgelegd. Daartegenover stonden de secularisten die zich afzetten tegen de islam. Volgens hen stond dit de realisatie van mensenrechten in de weg. Ik kon mezelf niet herkennen in een van de richtingen, daarom koos ik voor een nieuwe vorm van feminisme. Ik ben zowel voorstander van vrouwenrechten, als van het islamitisch geloof."

Via deze 'derde weg' of het 'islamitisch feminisme' bekritiseert Wadud de vastgeroeste patriarchale ideeën in moslimlanden. "We zijn allemaal bewoners van dezelfde planeet, vrouwen in België en in Jordanië maken deel uit van dezelfde globale arena, maar ze hebben niet dezelfde rechten", stelt Wadud vast.

(R)evolutie

Volgens Wadud hebben moslimvrouwen het Westen niet nodig om hervormingen door te voeren. "Feminisme kan niet door het Westen worden opgelegd, het is geen paar handschoenen dat je zomaar aantrekt, het is je vel." Ze vindt dat vrouwen meer verantwoordelijkheid moeten krijgen, bijvoorbeeld in politieke kringen, maar ook in de moskee. "De profeet heeft zich nooit uitgesproken tegen vrouwen als leiders. Bovendien staat nergens in de Koran dat leiders mannelijk moeten zijn. Dat idee is geëvolueerd sinds het ontstaan van de islam, maar een godsdienst blijft groeien en nu is het mogelijk om te groeien naar een nieuw begrip van publiek religieus leiderschap. Als je mensen wapent met informatie over hun eigen geloof, dan krijg je meer vooruitgang."

Wadud beklemtoont dat gelijkheid binnen het gezin een prioriteit is voor een betere positie van de vrouw. "Waarom zou een vrouw naar buiten gaan als imam en thuiskomen om geslagen te worden? Er moet eerst een begrip zijn van gelijke verhoudingen binnen de familie."

Uit de kast

Nu er een democratiseringsproces in gang is gezet in de Arabische wereld, grijpen vrouwen de kans om hun stem te laten horen. Zullen de nieuwe regimes gehoor geven aan hun eisen? "Ik hoop oprecht dat er een relatie bestaat tussen meer democratie en meer mensenrechten", zegt Wadud. "Ik hoop dat vrouwen niet terug in de kast kruipen, maar op straat durven komen. Dat ze ervoor kunnen zorgen dat de poorten van de democratie niet voor hen worden afgesloten. De vrouwen die mee op de barricades hebben gestaan, willen niet terug naar de oude situatie. Ik ben van nature niet optimistisch, maar ik heb er veel vertrouwen in dat ze gaan blijven strijden."

© 2012 – StampMedia – Tekst en foto: Marieke Van Cauwenberghe


Dit artikel werd gepubliceerd door MO* - online op 09/01/2012
Dit artikel werd gepubliceerd door Gündem op 09/01/2012
Dit artikel werd gepubliceerd door Nieuws.be op 09/01/2012
Dit artikel werd gepubliceerd door De Wereld Morgen op 09/01/2012
Dit artikel werd gepubliceerd door Belg.be op 10/01/2012