Op vrijdag 31 oktober vond het Belgische Kampioenschap Beer Mile plaats in Leuven. De Beer Mile als atletiekdiscipline houdt in: een pintje drinken, vierhonderd meter lopen en dat vier keer na mekaar. Een vijftigtal atleten, waaronder ex-triatleet Rutger Beke, veroorloofde zich een sportieve uitspatting op de piste van het Sportkot. “Het drinken is het zwaarst.”

Vooor de derde keer organiseerde de Belgische Beer-mile Bond (BBB) het kampioenschap Beer Mile aan het Sportkot in Leuven. Het concept komt overwaaien uit Noord-Amerika. De lopers verschijnen aan de start, waar een eerste pintje staat te wachten. De standaardregels schrijven voor dat het bier zich in een blikje bevindt. Na het doorslikken van het gerstenat wachten vierhonderd loopmeters. Dat procedé herhaalt zich bovendien vier keer. Zo worden in totaal vier pintjes gedronken, vier rondjes en dus 1,6 kilometer gelopen: niet minder dan een mijl.

Het Belgisch Kampioenschap Beer Mile lokte heel wat kijklustigen en een vijftigtal deelnemers, waaronder ook enkele triatleten, voor wie het seizoen er nu op zit. Vijfenveertig meer en minder professionele mannelijke sportievelingen meetten zichzelf tegen elkaar. Ook negen vrouwen gingen de strijd aan in de Cava Mile.

Doseren

Bij de mannen haalde Peter Denteneer het in 5’31”, waarmee hij een seconde onder het oude Belgische record duikt. Hij startte nochtans niet als een pijl uit een boog, maar had daar zo zijn redenen voor: “Doseren is een must: ik liep de eerste ronden met overschot. Het bier drinken is extreem zwaar: je kan beter iets trager lopen, dan kan je sneller drinken”, legt Denteneer uit.

Ter vergelijking: gewezen triatleet Rutger Beke bestreek de vijftiende plaats met 6’15”. Bij de vrouwen was Karolien Weuts voor het tweede jaar op rij de snelste. Zij finishte in 6’08”, zelfs sneller dan Beke. De dames moesten wel maar 25 centiliter cava drinken, terwijl de mannen telkens een blikje van 33 centiliter achterover moesten slaan. “Maar het alcoholpercentage ligt wel hoger bij ons”, lacht Weuts. “Het is een geweldig seizoenseinde. Ik wist na vorig jaar hoe ik de wedstrijd moest indelen: je mag zeker niet te snel starten.”

© 2014 – StampMedia – tekst: Sam Pless