20 november 1989: België ratificeert het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind. Meer dan dertig jaar later: een virus legt de wereld lam. Maar terwijl we in ons kot blijven en ons enige lijntje van contact met de buitenwereld door de internetkabel loopt, raken kinderrechten ondergeschikt aan het maatschappelijk belang.   

Recht op hulp en ondersteuning

Kinderen en jongeren in maatschappelijk kwetsbare situaties zijn in crisistijden moeilijker bereikbaar dan ooit. Jeugdhulp wordt aangemoedigd om met innovatieve oplossingen jongeren actief aan te spreken. Kan het niet via Messenger of Instagram, dan maar via een ouderwets telefoontje. Ook kreeg de Vlaamse Jeugdraad het voor elkaar om extra middelen vrij te maken voor online informatie- en hulpverleningsplatformen zoals WAT WAT. Het belang van informatie op kindermaat snijden en het ook daadwerkelijk tot bij de kinderen krijgen, kan niet genoeg onderstreept worden.  

Recht op een degelijke levensstandaard

Gezinnen die al met geldproblemen kampten, mislopen nu een deel van hun broodnodige lonen. En ook de jobstudenten, die zo bijdroegen aan het gezinsinkomen, krijgen te horen dat ze niet meer moeten of kunnen komen werken. Kinderen die hun voedzame maaltijden kregen op school, blijven letterlijk en figuurlijk op hun honger zitten, en op de voedselbedeling moeten ze ook niet meer rekenen: door ons gehamster komen de supermarkten en restaurants overschotten te kort.  

Recht op onderwijs

Waar de ene leerling vrolijk – of misschien niet vrolijk, maar wel tenminste vlot – inlogt op de digitale leeromgeving, raakt de andere (nog meer) achterop. Sommigen moeten de computer die ze zo hard nodig hebben om hun lessen te volgen, delen met broers of zussen die precies dezelfde missie hebben – als er al een computer of een goede internetverbinding is thuis. Als dan ook nog eens de ouders beslag leggen op de laptop om van thuis uit te kunnen werken, liggen conflicten op de loer. 

Dan zijn er nog de juffen en meesters het niet kunnen of willen opbrengen om online les te geven; dat ze niet goed overweg kunnen met al die nieuwe technologieën, wordt dan geopperd. Maar ook de leerkrachten die een hoop toewijding aan de dag leggen, komen vaak van een kale kermis terug: sommige onder hen merken op dat ze tot 15 procent van hun studenten – langs digitale of andere wegen – gewoonweg niet kunnen bereiken. 

Recht op gepaste huisvesting

Sommige gezinnen leven nu noodgedwongen samen in panden die kleiner zijn dan goed voor ze is. Wanneer hen dan ook nog de mogelijkheid worden ontnomen om daar even aan te ontsnappen omdat ze bijvoorbeeld helemaal geen tuin of terras hebben, is het niet verrassend dat de stress toeneemt. De Verenigde Naties benadrukken dat isolatie kinderen kan blootstellen aan fysiek en mentaal geweld, om nog maar te zwijgen van de kinderen die nu gewoonweg geen kot hebben om in te blijven. Ook noodopvangen zitten stampvol en hebben daardoor niet genoeg ruimte om social distancing te kunnen garanderen.  

Recht op asiel

En laat ons de kinderen van vluchtelingen en asielzoekers niet vergeten. Nu kunnen niet-begeleide minderjarigen en andere kwetsbare groepen online een afspraak vastleggen voor de registratie van hun asielaanvraag. Maar hoe gaan we die kwetsbare groepen dan op de hoogte brengen van deze maatregelen wanneer ze al zo moeilijk te bereiken zijn? Hoe kunnen kinderen hun recht op asiel uitoefenen wanneer ze geen toegang hebben tot het internet om dat te kunnen doen?

De maatregelen zijn dan wel tijdelijk, de gevolgen ervan zijn dat allerminst: de kloof tussen kansarm en kansrijk wordt steeds breder. Onder meer door de technologie, of vooral het gebrek daaraan, lopen kinderen ondersteuning en begeleiding mis, neemt hun leerachterstand toe of staan ze gewoonweg op straat. Waar sommigen maar gewoon een laptop hoeven open te klappen om in verbinding te staan met de rest van de wereld, klappen anderen nog meer dicht.  

© Kilien Natens
vorige volgende