De geruchten rond de onderwijshervorming van minister Pascal Smet steken weer eens de kop op. Onlangs stelde Mieke Van Hecke dat ook het katholieke net gewonnen is voor de plannen van de minister, mits enkele aanpassingen.

Er zijn problemen in het onderwijs zoals we dat vandaag kennen. Het is niet meer dan normaal dat een minister naar een oplossing zoekt voor die problemen. Wat niet normaal is, is dat die minister nagenoeg een vrijgeleide krijgt om het onderwijssysteem als zijn zandbak te beschouwen. Zowat een jaar geleden ontstond al enige commotie over Smets hervormingen. Op fora zoals dat van destandaard.be werd heftig gebakkeleid over, bijvoorbeeld, het nut van het Latijn. De facebookgroep die in het leven geroepen werd, haalde in een mum van tijd meer leden dan het aantal voorkeurstemmen dat minister Smet bij de laatste verkiezingen achter zijn naam kreeg. Er was verder geen haan die ernaar kraaide. Na twee weken ging de storm weer liggen en konden de minister en zijn team in alle rust verder werken.

Wie naar de parallellen van Smets plannen kijkt, dat wil zeggen het VSO en het onderwijssysteem zoals dat in Nederland bestaat, vraagt zich af waarom die man daar zo aan blijft vasthouden. Het VSO is na een paar jaar afgevoerd. De mensen die ermee te maken hadden, als leerling of als leerkracht, doen er vandaag alleen maar lacherig over. Het onderwijsniveau in Nederland is sinds de hervorming bedroevend diep gezakt.

Behalve het feit dat de algemene structuren van het vernieuwde onderwijs geen beste indruk maken, is er uiteraard nog iets dat oproept tot verzet. In de school van de toekomst zal weinig of geen plaats overblijven voor Latijn, om nog maar te zwijgen over Grieks. Vooral de dwaze, kortzichtige en vooringenomen uitspraken hieromtrent op internetfora allerhande zijn onrustwekkend.

De meningen over het geven van Latijn lopen uiteen. Ten eerste zijn er de mensen die Latijn studeren of studeerden en er goede herinneringen aan bewaren. Zij verdedigen in het algemeen de plaats van het Latijn in het onderwijs. Ten tweede degenen die ooit wel Latijn kregen maar er blijkbaar een trauma aan hebben overgehouden. Ik ben de eerste om toe te geven dat Latijn, zoals ieder vak, staat of valt met de kwaliteit van de leraar en, in tweede instantie, aanleg en interesse van de leerling. Een derde categorie zijn de mensen die nog nooit een Latijns woord van dichtbij gezien hebben maar die er toch maar een mening over vormen, omdat ze nu eenmaal een mening vormen over élk onderwerp dat op het forum aangesneden wordt.

Er is veel gezegd, geschreven, gefluisterd en geschreeuwd over wat het Latijn vandaag nog te bieden heeft. Niets dat een moderne taal niet te bieden heeft, hoor je meestal. Volgens mij is het noodzakelijk dat nog een keer te weerleggen.

Als grootste gemene deler van alle Romaanse talen is het, hoe je het ook draait of keert, een goede basis om die Romaanse talen te leren. Zelfs wie nooit een cursus Spaans of Italiaans van dichtbij gezien heeft, begrijpt de meeste elementaire uitingen in die talen. Dat is niet het geval als je wel Frans kent maar geen Latijn: in elke taal zijn immers andere elementen uit het Latijn behouden en verdwenen.

De specifieke status van het Latijn als oude taal maar ook grondtaal van onze, jawel, beschaving, zorgt ook voor een voordeel ten opzichte van andere moderne talen. Sommigen denken het ei van Columbus te hebben ontdekt door het Latijn te vervangen door Russisch of Chinees. Voor een aantal aspecten gaat dat inderdaad op: je leert anders over taal denken; je leert ook cultureel anders denken.

Het voordeel dat het Latijn heeft tegenover die moderne vreemde talen is de relatieve herkenbaarheid. In de evolutie van de talen staat het Latijn dichter bij het Nederlands dan Russisch en Chinees – Chinees heeft uiteraard in de verste verte niets met Nederlands te maken. Dat wil zeggen dat je in het Latijn wel het 'vreemde' leert, maar dat dit toch nog te vergelijken valt met het Nederlands.

Hetzelfde gaat op voor de algemene cultuur. De Romeinse beschaving en de geschiedenis ervan bieden een mooi kader voor bestudering. Rome toont hoe de mens ooit uit de prehistorie kroop, zijn weg zocht naar de vorming van een maatschappij en vervolgens na eeuwen van afwisselende bloei en verval ten onder ging. De Romeinse geschiedenis leert ons iets over elke fase in het bestaan van de mens. Ook hier weer speelt de combinatie van het vreemde en het herkenbare. Het oude Rome blijft altijd raadselachtig en deels onbekend; fenomenen als de spelen, het polytheïsme en offerplechtigheden zijn in onze tijd onvoorstelbaar. Anderzijds doen het Romeinse stadsleven, de politieke spelletjes en het schoolsysteem onmiskenbaar modern aan.

Een voorbeeld om een en ander aanschouwelijk te maken. Tussen 30 en 20 v.C. schreef Vergilius zijn Aeneis, een epos dat vandaag nog tot de wereldliteratuur gerekend wordt en op meerdere punten vergelijkbaar is met Márquez’ Honderd jaar eenzaamheid. Tezelfdertijd keert Octavianus als overwinnaar terug uit Egypte en kroont zich tot eerste keizer. Een van zijn eerste daden is het laten ombrengen van een groot deel van zijn politieke tegenstanders. We hebben hier te maken met een hoogtepunt van de westerse cultuur dat samenvalt met iets dat alleen als primitieve wreedheid omschreven kan worden. Rome leert ons dat beschaving soms niet meer is dan een aap in een maatpak.

Latijn is veel meer dan Caesar en Cicero. Het biedt toegang tot een wereld die wel en niet de onze is. Het geeft een inkijk in hoe culturen ontstaan en ten onder gaan, hoe macht werkt, hoe mensen denken en leven. Het toont ons onze eigen wortels, de ruwe kanten die tweeduizend jaar culturele evolutie heeft afgevijld of toegedekt.

Ik heb alle begrip voor mensen die ooit urenlang willens nillens naar werkwoorden in veel te lange zinnen hebben zitten speuren. Ik stel echter voor dat die mensen ook begrip hebben voor wie wel weet wat Rome en zijn taal ons vandaag nog te bieden hebben. Gun het ons, gun het uw kinderen, misschien. Aliam uitam, alio mores. Vale.

Lukas Meekers, student Klassieke Talen, Universiteit Gent
Deze bijdrage vertegenwoordigt de persoonlijke mening van de auteur die niet noodzakelijk samenvalt met de mening van de redactie.


Deze bijdrage werd gepubliceerd door Jongerenplaneet.be op 24/05/2012
Deze bijdrage werd gepubliceerd door Pienternet.be op 24/05/2012
Deze bijdrage werd gepubliceerd door Nieuws.be op 24/05/2012