Dirk Rochtus, auteur van het boek Dominant Duitsland, blijft ook (na Merkels herverkiezing achter zijn visie staan: "Duitsland is een economische reus, maar politieke dwerg." Indien François Hollande na 25 mei evenwel nog minder in de pap te brokken heeft, is een Duits Europa niet langer ondenkbaar.
Toen Dirk Rochtus vorig jaar in aanloop naar de Bondsdagverkiezingen zijn boek Dominant Duitsland voorstelde, waren de opiniepeilingen behoorlijk eenduidig: Angela Merkel zat als bondskanselier stevig in het zadel. Met welke partner(s) haar CDU/CSU het Duitse beleid zou bepalen, was niettemin een groot vraagteken. Uiteindelijk verdween de liberale FDP uit de Bondsdag, haalde het eurokritische AfD nipt de kiesdrempel niet en werd de SPD bereid gevonden om een Grote Coalitie te vormen.
Zes maanden en de eerste schandalen later, houdt Rochtus voorlopig voet bij stuk: “Duitsland staat economisch bijzonder sterk, maar is op internationaal vlak een politieke dwerg.” Het Duitse economische model steunt volgens Rochtus op drie stevige pijlers. “De eerste is het begrip Tarifautonomie. Door het Duitse loonoverleg zijn stakingen een uitzondering”, analyseert de docent Duitse cultuurgeschiedenis en internationale politiek aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. “Daarnaast heb je de zogenaamde hidden champions. Dat zijn sterke kmo’s die in hun sector de beste producten afleveren. Die bedrijven zijn niet wereldbekend, maar vormen wel de ruggengraat van de succesvolle Duitse economie. Ten slotte heb je de enorme industriële basis.”
Minimumloon: symbooldossier
Rochtus vindt het spookbeeld dat de minijobs oproepen onterecht. “Onze politici noemen ze oneerlijke concurrentie, maar het Duitse banenmodel is er absoluut niet op gebaseerd. Minijobbers zijn vaak mensen die een centje extra willen verdienen of die vroeger niet op de arbeidsmarkt geraakten en nu toegang zoeken. Er zijn uiteraard schrijnende gevallen, maar in het algemeen leven weinig Duitsers enkel van een minijob.” Toch ziet Rochtus een mogelijk gevaar. “Aangezien de werkgevers minder sociale bijdrage op die jobs betalen, is de verleiding groot om één voltijdse baan door twee minijobs te vervangen. Zeker nu een minimumloon ingevoerd wordt.”
Dat minimumloon van 8,50 euro is volgens Rochtus een symbooldossier. “Het is frappant hoe vroegere tegenstanders – onder andere de vakbonden en linkse partijen – de maatregel nu met hand en tand verdedigen. Voorstanders van het minimumloon willen vooral electoraal scoren. Zo’n basisinkomen klinkt sociaal rechtvaardig, maar in feite zal het zwartwerk erdoor toenemen, zullen jongeren niet zo vlot meer een baan vinden en verliezen de Tarifverträge (cao’s, red.) aan belang. Door het minimumloon zal er minder marge zijn om over sterke lonen te onderhandelen.”
"Visies met zachte dwang opleggen"
Rochtus verwacht op 25 mei geen grote aardschokken. “Doordat de kiesdrempel van 3% afgeschaft is, zullen AfD en FDP wellicht tot in het Europees Parlement doorstoten, maar veel invloed zullen die partijen niet hebben.” Duitslands toekomst ligt in de Europese Unie. “Europa is voor een groot stuk naar het beeld van de Duitse economie gemodelleerd. Ook de Fransen zien nu in dat de besparingspolitiek werkt. Omdat zijn linkse kameraden mee het beleid van de Grote Coalitie bepalen, zal Hollande met meer vertrouwen naar de beslissingen uit Berlijn kijken.”
Door hun economische macht kunnen de Duitsers aan de Europese onderhandelingstafel niet ontbreken. “Ze zullen zich altijd tegen een Duits Europa kanten, maar leggen hun visies wel met zachte dwang op: kijk en leer van ons. Zolang Frankrijk niet op ooghoogte met Duitsland komt, is er de facto sprake van een Duitse dominantie – wat ze zelf allerminst toejuichen.” Toch ziet Rochtus dat de Duitsers hun eigen koers nog niet bepaald hebben. “Ze willen meer Europa en een beter Europa, maar hoe ziet dat er institutioneel uit?”
"Verleden als zwaard van Damocles"
“Hoewel Duitsland zich de jongste tijd zelfbewuster op het internationale toneel presenteert, hangt het verleden als een zwaard van Damocles boven hun hoofd.” Rochtus merkt dat de Duitsers nog altijd met zichzelf in de knoop leggen. “Engagement: ja, maar alleen voor een hoger doel.” Het Duitse imago is daar een weerspiegeling van. “In onze maatschappij wordt de Duitse taal bijvoorbeeld steeds stiefmoederlijk behandeld.”
Rochtus pleit ervoor dat onze beleidsmakers het Duits meer promoten. “De taal van de klant is altijd het beste communicatiemiddel. Op cultureel, economisch en technologisch vlak kunnen we veel van de Duitsers leren, maar dan moeten we het Duits wel onder de knie hebben.” Toch falen de Duitsers op het gebied van public relations. “Ze zijn niet consequent: ze schakelen te vaak op Engels over, om meer mensen te bereiken. Duitsland heeft prachtige producten, maar moet ervoor voor zorgen dat die tot hier geraken.”
© 2014 – StampMedia – Laurens Soenen, Illustratie: Jeroen Convens
Dit artikel werd gepubliceerd door MO* - online op 26/03/2014