GENT - Vrouwen in topfuncties zijn nog steeds schaars. In de bedrijfswereld, maar ook in de academische wereld. In het tweehonderdjarige bestaan van de UGent schopte nog geen enkele vrouw het tot rector of vicerector. Daar wilt de universiteit nu iets aan doen.

Met het decreet van 13 juli 2012 voerde UGent genderquota in waarbij nu per functie een vrouwelijke en mannelijke kandidaat moet worden voorgedragen. De verkiezingen van de kandidaten door het kiescollege zullen plaats vinden op 6 mei 2013. Op basis hiervan zal de Raad van Bestuur op 8 mei beslissen over de benoeming van rector en vicerector. De voorwaarde tot benoeming is dat de kandidaat een hoogleraar, buitengewoon hoogleraar of gewoon hoogleraar aan de UGent is en de leeftijdsgrens van 66 jaar niet bereikt tijdens het mandaat.

Quota

Anne De Paepe, gewoon hoogleraar aan de UGent en vicerectorkandidaat, heeft een genuanceerde mening over de genderquota: “In de gegeven omstandigheden was dit een duidelijke manier om vanuit de politieke wereld een signaal te geven, maar het is anderzijds zeker wenselijk dat zoiets spontaan kan groeien. Je moet natuurlijk op de eerste plaats kijken naar capaciteit en competentie, wat totaal los staat van geslacht.”

Of er nog andere vrouwelijke kandidaten zullen zijn, is voor De Paepe onduidelijk. “Het decreet is relatief nieuw en de nadruk op gender zal nog moeten wennen. Ik kan mij voorstellen dat veel vrouwelijke collega’s daar nu niet actief mee bezig zijn, maar binnen vier jaar waarschijnlijk wel.”

Pluralisme

Bij de keuze voor een nieuwe rector en vicerector geldt bovendien een ongeschreven regel: het nastreven van evenwicht op diverse vlakken zoals gender, faculteit en geloof. Daarom zouden Freddy Mortier, hoogleraar wijsbegeerte en rectorkandidaat, en Anne de Paepe, hoogleraar menselijke genetica en vicerectorkandidaat, een evenwichtig partnerschap kunnen vormen. “Wij vullen elkaar aan op heel wat vlakken. Voor deze functies zal daar zeker rekening mee gehouden worden”, vertelt De Paepe.

Implicit bias

Ook aan andere universiteiten blijft de ondervertegenwoordiging van vrouwen een pertinent probleem. Aan de Katholieke Universiteit Leuven tracht de werkgroep Vrouw en Universiteit daar iets aan te doen. Volgens Anya Topolski, een van de coördinatoren van de werkgroep, blijkt uit cijfers van Europees onderzoek dat in België slechts 12% van de academische topfuncties ingevuld worden door vrouwen. Daarmee is België op twee na het slechtst scorende land in Europa. “Uit onderzoek van professor Yvonne Benschop van de Radboud Universiteit van Nijmegen blijkt dat, als alles verloopt op het huidige tempo, we nog zeventig jaar moeten wachten op gelijkheid. Onze evolutie verloopt dus veel te traag”, waarschuwt Topolski.

“Één van de grote redenen van ondervertegenwoordiging is ‘implicit bias’: zowel mannen als vrouwen zien vrouwen onbewust op een andere manier, zeker in academische instellingen. Het is dus een kwestie van perceptie, maar ook een kwestie van structuur en het nemen van structurele maatregelen”, aldus Topolski.

Andere sectoren

Ondervertegenwoordiging van de vrouw op hoger niveau is een probleem dat zich ook in andere sectoren blijft voordoen. Uit cijfers van het IGVM van 2011 zien we dat er zo ‘n 25% te weinig vrouwelijke leidinggevenden zijn in vergelijking met hun aandeel in de totale tewerkstelling. In het onderwijs, de culturele sector en in de financiële sector is er zelfs een tekort van meer dan 30% vrouwelijke leidinggevenden.

© 2013 – StampMedia – Laura Lefever


Dit artikel werd gepubliceerd door Belg.be op 04/03/2013
Dit artikel werd gepubliceerd door De Wereld Morgen op 05/03/2013
Dit artikel werd gepubliceerd door Engineeringnet.be op 22/04/2013