Marcia Verhulst (41) uit Geraardsbergen kreeg als late twintiger de diagnose autisme. Vandaag werkt ze als psycholoog met jongeren met autisme en hun ouders en is daar, juist dankzij haar autisme, heel goed in. “Wanneer ik op auti-kamp ging als begeleidster, ontdekte ik dat er nog kinderen waren zoals ik.”

Marcia Verhulst woont samen met haar hulphond Daisy, een chocoladebruine labrador, in Geraardsbergen. Als kleuter had zij al het gevoel dat ze anders was. “Ik was het stille, teruggetrokken meisje dat niet meteen helemaal mee kon spelen met de spelletjes die de andere meisjes deden. Het lukte mij beter met de jongensspelletjes.”

“In de lagere school werd ik gepest en had ik niet echt vrienden”, herinnert Marcia zich nog. “Ik ging vaak met één klasgenootje om, waar ik mezelf soms helemaal aan vastklampte. Ook in de pubertijd werd ik gepest en vond ik nauwelijks aansluiting bij leeftijdsgenoten en leerkrachten. Ik ging meer ‘fladderen’ tussen groepjes. Ik hoorde bij iedereen, en tegelijkertijd hoorde ik bij niemand.”

Marcia Verhulst met haar hulphond.

Studentenperiode
“De studentenperiode was voor mij aangenamer”, zegt Verhulst. Ze volgde meerdere opleidingen aan hogescholen en de universiteit binnen het psychologische en orthopedagogische studiegebied. “Ik kon mezelf verder verdiepen in onderwerpen die mij interesseren en ik had structuur in mijn leven. Het was wel stresserend op studievlak. Omdat ik faalangst heb en perfectionistisch ben, waren groepswerken voor mij niet evident.”

“Tijdens mijn masteropleiding in de psychologie kreeg ik op 23-jarige leeftijd de diagnose dyslexie, waardoor ik enkele faciliteiten kreeg die mij rust brachten, zoals examens mogen afleggen in een rustigere ruimte”, vertelt Verhulst. “Ik had toen nog geen diagnose autisme, dus recht op specifieke ondersteuning hiervoor had ik helaas niet. Toch was de studentenperiode ook rustgevend, omdat ik voor het eerst gemeenschappelijke interesses met medestudenten had en ik er veel leerde, waardoor mijn cognitieve leerhonger goed werd vervuld.”

Late diagnose

De diagnose autisme kreeg Marcia Verhulst pas op 28-jarige leeftijd, tegelijkertijd met de diagnose ADHD. Dit was voor haar vooral een bevestiging van wat ze al wist. “De dingen waar de kinderen met autisme op vastliepen op auti-kampen (een kamp, specifiek voor kinderen met autisme, red.), daar liep ik als begeleidster ook op vast. Wat hen hielp qua visualisatie, zoals pictogrammen of foto’s van diverse ruimtes en activiteiten en een planning, dat hielp mij ook.”

“Mijn late diagnose heeft ervoor gezorgd dat ik veel levenservaring heb opgedaan die ik anders misschien niet had”

En toen ik in mijn opleiding aan de hogeschool les kreeg over autisme herkende ik me nog meer in de kenmerken van autisme en wist ik het zeker.” Na het afstuderen heb ik dan ook besloten om een diagnostisch onderzoek te laten doen, omdat ik vastliep op wonen, vriendschappen en vrije tijd.”

Verhulst ondervindt aan haar late diagnose zowel nadelen als voordelen. “Een vroegere diagnose had mij misschien behoed voor diverse faalervaringen, doordat ik op jongere leeftijd ondersteuning had kunnen krijgen. Toch heeft mijn late diagnose ook als voordeel dat ik heb leren doorzetten, leerde observeren en veel levenservaring heb opgedaan die ik anders misschien niet had.”

Uitdagingen

“Ik loop dagelijks tegen verschillende uitdagingen aan. Ik heb veel problemen met executieve functies (denkprocessen die cruciaal zijn bij het plannen van acties en het doelgericht oplossen van een probleem, red.)”, vertelt Marcia Verhulst. “Dit merk ik in de moeilijkheden met administratie. Een planning maken is ook niet evident. Ik zie zoveel details, dat ik het geheel soms niet meer zie.”

“Ik moet kiezen: werken of het huishouden. Beide combineren kan ik wegens een beperkter energiepijl niet”

“Ook het huishouden doen, is heel moeilijk. Ik moet kiezen: werken of het huishouden. Beide combineren kan ik wegens een beperkter energiepijl niet. Ik kies er met plezier voor om te werken, maar heb hierdoor wel hulp nodig in het huishouden.”

Daarnaast heeft Verhulst ook diverse zintuiglijke gevoeligheden. “Auditief en visueel ben ik enorm snel overprikkeld. Alles wat ik zie en hoor, komt hard binnen bij mij. Tactiel zijn er ook stoffen die ik lastig vind om te dragen, zoals fleece. Op gebied van smaak ben ik vaak onderprikkeld en ben ik een heel moeilijke eter.”

Autisme als kracht

In het verleden zag niet iedereen de krachten van Marcia. “Tijdens het solliciteren heb ik niet verteld dat ik autisme heb. Ik wilde niet dat men met vooroordelen naar mij ging kijken. Er is nog niet zoveel geweten over vrouwen met autisme die ook nog eens een hogere intelligentie hebben, en al zeker niet in de sociale sector.”

“Tijdens het solliciteren heb ik niet verteld dat ik autisme heb. Ik wilde niet dat men met vooroordelen naar mij ging kijken”

“Helaas ben ik uitgevallen met een autistische burn-out na mezelf jarenlang meer dan honderd procent te hebben ingezet en veel te hebben gecompenseerd. Toen heb ik het moeten vertellen. Helaas waren enkele collega’s bevooroordeeld.”

Ondertussen heeft Marcia Verhulst al veertien jaar een eigen praktijk waar ze werkt als psycholoog met een specialisatie in autisme. Zij vertrekt zonder vooroordelen en net vanuit alle kwaliteiten van de kinderen en kijkt naar wat ze nodig hebben. “Als het een therapeutische meerwaarde heeft of een kind vraagt het mij, ben ik open over mijn diagnose. Bepaalde kinderen vinden het geweldig en vertellen wat hen bezighoudt, nemen tips goed op en willen dingen uitproberen.”

“Ook ouders vinden het heel positief, omdat ik aan dingen denk waar anderen niet bij stilstaan. Ik zie wat de noden van de kinderen en jongeren zijn en doordat ik het herken, kan ik hen coachen in het (over)leven in deze neurotypische wereld. Kinderen, jongeren en hun ouders meenemen in de wondere wereld van autisme, is het meest fantastische dat er is.”


Dit artikel werd gepubliceerd door Het Laatste Nieuws op 25/04/2022.

vorige volgende