De muziekclub Muntagna Nera is herrezen. Deze vereniging van Italiaanse Genkenaren deed de volksmuziek uit hun land in de jaren zeventig opleven. In april staat Muntagna Nera samen met de muzikanten van Graindelavoix opnieuw op het podium.
De Italiaanse migrantenzoon Angelo De Simone richtte Muntagna Nera in 1978 op. Hij studeerde in Leuven en zag daar veel Italiaanse concerten en groepen. In zijn thuisstad Genk was er een veelvoud aan muziekclubjes, elk uit een andere streek in Italië. De Simone bracht iedereen samen en Muntagna Nera was geboren. Maar het initiatief strandde in 1983 en na vijf succesjaren was de muziekgroep verdwenen.
Winterslaap
Kunstenaarscollectief Graindelavoix staat bekend om zijn voorliefde voor oude muziekrepertoires. Bezieler Björn Schmelzer kwam via het Genks cultuurcentrum in contact met Muntagna Nera. Nu brengen de eerste zangers van Muntagna Nera hun liedjes samen met Graindelavoix.
"In het begin voelde het wat onwennig om weer te zingen", vertelt De Simone. "Maar toen we op het podium stonden, kwam alles los. Alsof we uit een winterslaap ontwaakten. Samen met Graindelavoix spelen we onze liedjes van vroeger, in hun originele vorm, zonder tierlantijntjes."
Italiaanse diva's
Maria Morgante (63) leeft zich na al die jaren helemaal uit. "Ik zong als 12-jarige voor het Italiaanse consulaat. Het heeft er altijd ingezeten. Thuis zongen we veel samen. Mijn moeder kocht Italiaanse tijdschriften met mooie diva's erin. Ik knipte die uit en verzamelde ze in een plakboek. Muntagna Nera is een droom die gestopt was en weer verdergaat."
Morgante woont sinds haar negende in Genk. Haar vader was mijnwerker. "Het was een zware tijd", vertelt ze. "Toen we aankwamen was het koud en we verstonden de taal niet. Ik heb in barakken gewoond. In vergelijking met vroeger is immigreren nu een luxe."
Mijnwerkersverleden
Muntagna Nera zingt over afwisselende thema's. "Nostalgie, heimwee naar het thuisland, liefde komen aan bod. Sommige liedjes zijn heel ritmisch, zo bootsen we de cadans van een paard na. We spelen vaak spirituele plattelandsmuziek, vergelijkbaar met trancemuziek uit Afrika."
Tijdens de voorstelling speelt het gezelschap een documentaire over het mijnverleden van Genk. "Als ik de liedjes over de mijnwerkers zing, komen de herinneringen vanzelf boven", vertelt Morgante. "Als er vroeger nieuwe mijnwerkers arriveerden, werden ze hartelijk ontvangen door de anderen. Elke zondag speelden de kinderen samen, terwijl de moeders bijpraatten. We hielden elkaar bijeen. Tegenwoordig bestaat dat niet meer."
© 2011 - StampMedia/Xios - Liesbeth Merckx
Dit artikel werd gepubliceerd door Het Belang van Limburg - online op 05/04/2011