De Europese democratie is uitgehold. Dat is het ontluisterend oordeel van Laurens (20). “Onze beleidsmakers lijden aan de chronische angst om hun grauwe toekomstplannen fel in te kleuren. De jeugd moet opstaan, haar mond open trekken en mee aan de Europese toekomst schrijven”, stelt hij.
Ja, ik beken: in februari heb ik gebrost. “Allez, weer één die te lang op café gezeten heeft”, zult u wellicht denken. Het woord brossen wordt immers – niet geheel ten onrechte – met alcoholmisbruik, rokerige ruimtes en verloedering van de zeden geassocieerd. Wanneer je evenwel de unieke kans krijgt om een kijkje achter de schermen van een zo goed als verborgen wereld te nemen, moet je flexibel met jouw uurrooster durven omgaan. Ik mocht, als jonge journalist voor StampMedia, verslag van de vierde Duits-Belgische conferentie in Berlijn mocht uitbrengen. Voordien werden ook de poorten van de Duitse ambassade en het Ministerie van Buitenlandse Zaken in Brussel voor mij op een kiertje gezet. En welke twintigjarige kan immers zeggen dat hij zowel Belgische als Duitse diplomaten en topjournalisten aan de informele tand mocht voelen?
Tot mijn grote verbazing kwamen de diplomaten tijdens het opwarmdagje in Brussel niet al te diplomatisch uit de hoek. Ze namen tijdens de vele gesprekken allerminst een blad voor hun mond. Als niet-ingewijde viel ik enkele keren steil achterover, toen ze uit de doeken deden hoe de diplomatie achter de massieve gordijnen van de Europese Unie in zijn werk gaat. Met het machtige lobbywerk was ik enigszins vertrouwd, maar ik moest toch meermaals een zure oprisping onderdrukken, toen ik steeds weer vaststelde dat het Europese beleid als een vrijblijvend spelletje Stratego opgevat wordt.
Meelopers
Nee, op de Europese bühne lopen niet enkel experts rond. De kleine lidstaten beschikken vaak niet over de nodige kennis om zich in het debat te mengen. Uit schaamte voor hun gebrek aan expertise werpen ze zich in een meelopersrol, waardoor de invloed van de grote lidstaten alleen maar toeneemt. Die Europese hoofdrolspelers hechten trouwens generlei belang aan de mening van de figuranten. Een Duitse diplomaat bekende zonder schroom dat Duitsland enkel met de visies van Frankrijk, Groot-Brittannië en Polen rekening houdt. Ook de meetingverslagen van Nederland en de Scandinavische landen genieten nog enige interesse, de rest verdwijnt in de papierversnipperaar.
Nee, in de Leopoldswijk beseffen ze niet dat hun dagelijkse handelen het lot van meer dan vijfhonderd miljoen EU-burgers bepaalt. Politiek is in die Brusselse enclave gereduceerd tot een nine-to-fivejob, waarbij enig verantwoordelijkheidsbesef ver te zoeken is. Hoewel ze elke dag met de multiculturele verzuchtingen van onze hoofdstad geconfronteerd worden, lijken de Europese vertegenwoordigers blind voor de realiteit te blijven.
Ideologie is vuil woord
Is het dat riante loon? Is het dat hemelse machtsgevoel? Is het dat bekoorlijke prestige? De menselijke reflex om een verworven status met hand en tand te verdedigen, is sterk. Wie out of the box denkt, té opvallend vernieuwing verkondigt of tegen de meningsstroom in roeit, riskeert die luxepositie te verliezen. Groepsdruk speelt op elk niveau: van de kleuterklas tot het Europees Parlement. Ik zou zelfs durven zeggen dat het tegenwoordig in de politiek allesbepalend is. Het ontbreekt onze politici aan een totaalvisie. Ideologie is een vuil woord geworden.
Dat was op de vierde Duits-Belgische conferentie alvast zonneklaar. Voor de microfoon bleef het vaak oorverdovend stil. Correcte analyses, daar niet van, maar oplossingen? Vooraleer u antwoordt dat die er niet zijn: in de koffiepauzes tussen de panelgesprekken of bij een curryworst met ketchup aan een Coca Cola-staantafel achteraf kwamen de tongen wél los en hoorde je wél innovatieve ideeën.
Houvast gezocht
In een grotendeels geseculariseerd Europa zoeken de mensen naar houvast. De Europese Unie moet dat aanknopingspunt zijn. Zonder ‘bijbel’, zonder sterke verhalen, zonder toekomstperspectief overtuig je de EU-burgers niet. Illustere Europese staatsmannen, door de Tweede Wereldoorlog getekend, hadden dat groter verhaal. Het is nu aan de jongeren om te spreken, op de voorgrond te treden en het politieke toneel te hervormen. Democratie 2.0, 3.0 of 4.0? Hoe je het ook wil noemen, onze generatie kan de democratie herdefiniëren. Als we zelf onze kansen creëren! Als we zelf heilige huisjes intrappen! Als we zelf ons politiek engageren!
25 mei komt voor een ingrijpende democratische evolutie wellicht te vroeg, maar nu kunnen we dat proces wel al in gang zetten. Filter de politici met een visie uit de troebele eenheidsbrij en geef ze je stem. Laat dat bolletje, kruisje of vinkje evenwel niet voor wat het is. Wacht niet tot de volgende verkiezingen om onze vertegenwoordigers met de vinger te wijzen. In dialoog met hen moeten we het Europese project uitbouwen. Zelfs al moet je daar een dagje voor brossen.
© 2014 – StampMedia – Laurens Soenen
Dit artikel werd gepubliceerd door Allesoverjeugd op 24/05/2014