Donderdag zakten een twintigtal creatievelingen uit het Genkse af naar café Meng voor de tweede editie van Krabbel&Babbel. Ze vierden er onder meer hun talent bot op bierkaartjes. “Ik miste een ontmoetingsplaats voor mensen zoals mezelf.”
Anti Anti vzw organiseerde op donderdag 14 april haar tweede editie van Krabbel&Babbel. Genkse creatievelingen zakten af naar café Meng waar ze op bierkaartjes kunst maakten. “We willen Genkse kunstenaars een platform bieden”, vertelt organisator Willem Vrancken.
Op bierkaartjes
“Er is geen ontmoetingsplaats voor Genkse creatievelingen”, vertelt organisator Willem Vrancken. Anti Anti vzw wil die talentvolle mensen bij elkaar brengen. “We laten deelnemers kunst maken op bierkaartjes”, legt Vrancken uit. “Terwijl ze dat doen, leren ze elkaar kennen en bedenken ze misschien de gekste ideeën. Zo hopen we Genkse kunstzinnigen een platform te bieden.”
Student grafische vormgeving Hendrik (19) beaamt dat: “Ik miste een plek waar creatieve mensen samenkomen.” Hij neemt voor de tweede keer deel aan het evenement. “Dit is de enige plaats waar ik mensen zoals mezelf kan ontmoeten”, lacht hij. “Daarom dat ik ook op mijn eentje kom. Ik wil nieuwe contacten leggen.”
Myriam (33) neemt voor de eerste keer deel aan het project. “Ik kan niet goed tekenen, maar ik ben hier vooral om de sfeer op te snuiven”, legt ze uit. “Wat ik aan het maken ben? Eigenlijk niets, ik teken maar wat lijnen. Dat is ook kunst!”, lacht ze.
Kunst binnensmokkelen
Maar wat gebeurt er met de vol getekende bierkaartjes na het evenement? “Die worden aan het café gedoneerd”, vertelt organisator Vrancken. “Wanneer iemand hier dan een cola of koffie bestelt, worden die drankjes daarop geserveerd. Zo smokkelen we kunst in ieders leven”, lacht hij.
De eerste editie van het evenement lokte 40 bezoekers. Bij de tweede editie strandde het bezoekersaantal rond de 20. “Maar het gaat niet om het aantal personen”, vertelt Vrancken. “We willen Genkse creatievelingen gewoon elkaar laten ontmoeten.”
© 2016 – Stampmedia – Matthias Vanherle
Dit artikel werd gepubliceerd door Het Nieuwsblad Online op 15/04/2016