Kinderen van vluchtelingen spelen een belangrijke rol in het integratieproces. Daarom belooft Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) extra financiële middelen voor de opvang van kleuters in het basisonderwijs. “Omgang met Belgische kinderen is een leerproces voor zowel de jongsten als de oudsten”, zegt Nadia Munyankiko, een voormalige vluchteling uit Rwanda.

“Ik ben zwart en zij zijn blank. Mijn eerste dagen op school voelden de andere kindjes heel de tijd aan mijn vel. Dat is natuurlijk niet abnormaal als plots iemand met een andere huidskleur in de klas komt”, vertelt de 29-jarige Nadia Munyankiko, die 21 jaar geleden haar geboorteland Rwanda ontvluchtte. Hoe ongemakkelijk de eerste dagen op school ook waren, het was het beste wat haar kon overkomen. “Al snel voelde ik me een van hen. Iedereen had kleding en speelgoed ingezameld omdat ze wisten dat wij niets meer hadden. Dat was voor mij een teken van aanvaarding.”

Voor kinderen vanaf 5 jaar bestaat vandaag zoiets als OKAN: Onthaalklas Anderstalige Nieuwkomers. Kinderen die jonger zijn vallen uit de boot. Dat is een groot probleem, volgens minister van Onderwijs Hilde Crevits. “We zien dat er bij de mensen die ingestroomd zijn 500 kleuters zitten”, zei de minister op Radio 1. Daarom belooft ze extra steun voor de opvang van kleuters in het basisonderwijs.

Nadia vindt het ook heel belangrijk dat de kinderen onder de vluchtelingen zo snel mogelijk naar school gaan. “Ze moeten weg uit de negatieve sfeer, we moeten hen gewoon weer kind laten zijn.” Op school kreeg de toen 8-jarige Nadia enkele uren per week individueel Nederlandse les. “Toch heb ik meer gehad aan de interactie met de andere kindjes. Je moet wel je best doen in alles, anders val je uit de boot en sta je er helemaal alleen voor.”

Ook de ouders moeten hun best doen voor de kinderen. “Als je thuis komt en je ouders vragen niet hoe het was, ga je als kind bij wijze van spreken in twee werelden leven. Op school wil je er alles aan doen om te integreren, thuis hou je je vast aan je roots.” Als de ouders interesse tonen in het ‘nieuwe leven’ van de kinderen, gaan ze op een speelse manier zelf hun nieuwe thuis ontdekken. Ze leren beetje bij beetje de taal en krijgen inzicht in de waarden en normen van ons land.

Schietterrein

Niet alleen zo snel mogelijk naar school gaan is volgens Nadia noodzakelijk. Ook psychologische hulp voor zowel jong als oud is onontbeerlijk in het integratieproces. “De harde knallen tijdens de schietoefeningen op het militaire domein, waar ook de vluchtelingen gevestigd zullen worden, doen hen denken aan de situatie waar zij juist van weggerend zijn.”

Toch kan de locatie ook een positief effect hebben op de vluchtelingen, net zoals dat bij haar het geval was. “Ik begon stilletjes aan militairen en politieagenten te zien als beschermende krachten. In Rwanda waren zij, in mijn ogen, puur slecht. Gevluchte Syriërs hebben misschien op dit moment hetzelfde beeld hebben als ik destijds.”

De gemeente Leopoldsburg wil er alles aan doen om de vluchtelingen zo weinig mogelijk te herinneren aan al de gruwel in hun land. “Wij hebben met mensen van Defensie rond de tafel gezeten. Zij zullen het nodige doen om de schietoefeningen tot een minimum te beperken”, belooft burgemeester Wouter Beke op de infovergadering.

De tijd dringt

Samen met het Rode Kruis werkt het lokale bestuur hard aan de opvang van de 500 vluchtelingen die in Leopoldsburg zullen verblijven. Toch staat nog lang niet alles op punt, terwijl de tijd begint te dringen. “Het is nog een zoekproces om de kinderen op school te krijgen. Momenteel hebben we nog geen concrete antwoorden. We hebben wel al met de scholen in de gemeente samengezeten om te zien wat mogelijk is”, zegt Beke.

Alles hangt af van de capaciteit van de scholen, maar ook van het precieze aantal kinderen en hun leeftijd. “Wettelijk gezien moeten we de kinderen binnen de 60 dagen een schoolaanbod doen en dat zal lukken. Zelfs scholen buiten Leopoldsburg hebben aangeboden enkele kinderen op te nemen in hun gemeenschap.”

De psychologische hulp staat nog niet op punt. “We moeten een juiste inschatting maken van wat iemand nodig heeft. En we moeten die dat ook kunnen bieden”, zegt Hilde Van Gastel, manager Opvang Asielzoekers van Rode Kruis-Vlaanderen. Wel zullen drie medische begeleiders, twee leerkrachten en een integratiemedewerker in het opvangcentrum aanwezig zijn.

© 2015 – StampMedia – Diny Thomas



Dit artikel werd gepubliceerd door Knack - online op 02/11/2015
Dit artikel werd gepubliceerd door Kifkif.be op 18/11/2015
Dit artikel werd gepubliceerd door DeWereldMorgen.be op 18/11/2015