De Zweedse kledinggigant H&M presenteert zich in zijn nieuwe reclamespot als een vrouwvriendelijk bedrijf. De realiteit op de werkvloer in Azië is anders. Zwangere werkneemsters worden ontslagen, seksuele intimidaties zijn aan de orde van de dag. Een meldpunt voor deze misstanden bestaat alleen op papier.

In de nieuwe reclamespot voor de herfstcollectie van kledingwinkel H&M zien we vrouwen van allerlei maten en gewichten. Een plus size model, een kaalgeschoren dame, eentje met okselhaar en een lesbisch koppel in een zwembad.

“Wat ladylike is, is voor iedereen anders.” Met deze spot probeert H&M op de feministisch golf te springen die de afgelopen jaren het internet overspoelde. Via verschillende sociale media komen steeds meer vrouwen op voor hun rechten en tonen zich authentieker dan ooit. Vrouwen hebben niet langer behoefte aan een man die hen de les spelt en maar goed ook.

Dat H&M voor deze spot meermaals geprezen wordt, is logisch. Ook met een maatje meer, een donkere huidskleur, een vreemd kapsel of een andere geaardheid kun je mooi en #ladylike zijn. Maar H&M is geen feministisch bedrijf dat voor de rechten van de vrouw wil opkomen. Het is een commercieel bedrijf dat kleren wil verkopen.

De Zweedse kledinggigant heeft daarom geen gendertheoreticus aangesteld om de spot te maken maar een commercieel denker die weet wat voor een video de meeste aandacht zal krijgen. Trap dus niet in de feministisch val van de modegoeroe’s want H&M is namelijk geen vrouwvriendelijk bedrijf.

Seksuele intimidatie

Uit een recent rapport van de Asian Floor Wage Alliance bleek dat in de Cambodjaanse en Indiase kledingfabrieken van H&M nog steeds vrouwen worden ontslagen bij zwangerschap. Alle vijftig respondenten uit de Indiase fabrieken bevestigden dat werkneemsters werden ontslagen omdat ze zwanger waren.

Ook in Cambodia beaamden werknemers in elf van de twaalf fabrieken dit. Bovendien is het voor vrouwen in het algemeen niet makkelijk op de werkvloer. In negen van diezelfde twaalf fabrieken zeggen werkneemsters slachtoffer te zijn geweest van seksuele intimidatie. Van schunnige opmerkingen tot ongewenste aanrakingen door managers en andere mannelijke collega’s.

Net zoals in de Indische fabrieken kunnen de vrouwen er met dit veelvoorkomend probleem niet terecht bij een meldpunt als een ombudsdienst. Die bestaat wel op papier maar de namen van de verantwoordelijken van zo’n meldpunt worden nooit doorgegeven. De vrouwen die werken voor H&M hebben dus op papier wel recht op hulp, maar amper 27 van de 201 geïnterviewde Cambodjaanse werkneemsters kenden dit fictieve meldpunt.

Ook mannen de dupe

Ondanks het feit dat de overgrote meerderheid van de kledingfabrieken bevolkt wordt door vrouwen, stuurt H&M hen wandelen zodra ze zwanger zijn. Blijven ze toch werken dan worden ze dagelijks geconfronteerd met seksuele intimidatie. Daarenboven is al langer bekend dat onze westerse kleding gemaakt wordt tegen hongerlonen.

Op dat gebied trekt H&M wel de lijn gelijk voor mannen en vrouwen. Ondanks de beloftes in 2013, werken de kledingfabrikanten van H&M nog steeds tegen minimumlonen, omgerekend zo’n 160 euro per maand.

H&M wil vrouwen graag helpen en zien glunderen om wie ze zijn, maar tegelijk krijgen werkneemsters in Azië geen gelijke kansen en rechten. H&M mag dus op uw tv-scherm feminisme scanderen, in realiteit staan ze nog nergens.

© 2016 – StampMedia - Emma Vierbergen


Dit artikel werd gepubliceerd door Newsmonkey.be op 14/10/2016