"De nieuwsdiversiteit in Vlaanderen is de voorbije vijf jaar stevig ingekrompen." Dat concludeert doctoraatsonderzoeker Jonathan Hendrickx (VUB) in zijn pas verschenen onderzoek over de Mediahuisfusie tussen Corelio en Concentra. "Bijna niemand in deze sector heeft een businessmodel dat écht goed werkt."
Hendrickx onderzocht de voorbije maanden samen met Heritiana Ranaivoson (VUB) het aantal nieuwsstukken dat de Mediahuiskranten De Standaard, Het Nieuwsblad, Gazet van Antwerpen en Het Belang van Limburg onderling uitwisselden. Daaruit blijkt dat in de periode tussen 2013 en 2018 het knip-en-plakwerk tussen de titels onderling van een derde naar ruim de helft steeg.
Het onderzoek schept een beeld van een Vlaams medialandschap waarin steeds meer krantentitels samenhokken onder de armen van een handjevol grote uitgevers terwijl nieuwe en onafhankelijke initiatieven zo goed als dood geboren worden. "De ruimte in Vlaanderen is te klein."
Uw onderzoek focust zich op de afgenomen nieuwsdiversiteit bij Mediahuis. Kunnen we die conclusie doortrekken naar Vlaanderen?
Als je gewoon al kijkt naar de rapporten van de VRM (Vlaamse regulator voor de media, red.), dan weet je dat het aantal grote mediagroepen van acht naar vijf is gedaald. Daarvan zijn er maar vier echt bezig met journalistiek. Daaruit kun je niet anders dan besluiten dat de nieuwsdiversiteit is afgenomen.
We zien ook dat de Nederlandse nieuwsmarkt meer en meer in Vlaamse handen terecht komt. Ook daaruit kan je concluderen dat we verder richting afnemende diversiteit opschuiven. DPG heeft vorige week nog Sanoma gekocht dat NU.nl, een van de grootste Nederlandse nieuwssites huisvest. Het lijkt me logisch dat andere merken onder die vleugel nog zullen sneuvelen.
"Bijna niemand in de Vlaamse journalistieke sector heeft een businessmodel dat echt werkt."
Waarom is diversiteit in berichtgeving zo belangrijk?
Als vierde macht moeten nieuwsmedia een zo breed mogelijke waaier aan opinies en meningen aan bod laten komen in het publiek debat. Als er in plaats van vier stukken, met vier verschillende invalshoeken en geïnterviewden, maar één stuk verschijnt, dan neemt de diversiteit significant af en wordt de bevolking als geheel eigenlijk minder geïnformeerd.
Wat zegt het verdwijnen van Charlie Magazine over de levensvatbaarheid van nieuwe media in Vlaanderen?
Dat de Vlaamse mediawereld héél klein is en weinig ruimte laat. Je zit maar met een kleine zeven miljoen Nederlandstaligen waarbij de bereidheid om te betalen voor journalistiek redelijk laag ligt. In Noorwegen heeft bijvoorbeeld 26 procent van de bevolking een abonnement op een krant. (bron: Reuters Digital News Report, red.) Bij ons zal dat nog geen acht zijn. Charlie was daarentegen ook iets te niche. Nooit echt groot nieuws maar eerder achtergrondverhalen, soft news en de wereld door een vrouwelijke bril. Het is niet echt verbazend dat dat op eigen financieel houtje moeilijk draagbaar werd. Vijf jaar was zelfs nog lang.
Had het Vlaams Journalistiek Fonds, dat onlangs afgeschaft werd, soelaas kunnen bieden?
Dat denk ik niet. Het ging om een half miljoen euro verspreid over elf projecten. Daartegenover kreeg Mediahuis in 2013 bijvoorbeeld 900.000 euro staatssteun om zijn redactie verder te digitaliseren. Er wordt veel gedaan om de groten groot te houden, en de kleintjes klein.
Maar zelfs met die steun vallen er ook op grote krantenredacties nog regelmatig ontslagen en wordt er systematisch beknibbeld. Er is dus geen magische formule?
Bijna niemand in de Vlaamse journalistieke sector heeft een businessmodel dat echt werkt. Het probleem is dat online advertenties, wereldwijd trouwens, te weinig opleveren om de verliezen bij print te compenseren.
Waarom zijn Nederlandse online initiatieven zoals bijvoorbeeld De Correspondent zoveel levensvatbaarder dan Vlaamse?
In Vlaanderen hangt de online mediamarkt nog stevig samen met offline bladen. HLN.be en de website van Het Nieuwsblad, die ook een grote papieren oplage hebben, zijn hier de twee grootste nieuwswebsites, terwijl in Nederland NU.nl enkel online werkt. Ze staan daar veel verder in het ontwikkelen van platformen maar hebben natuurlijk ook een afzetmarkt die drie keer zo groot is als die in Vlaanderen. We moeten daar ook gewoon rekening mee houden dat Vlaanderen misschien te klein is. Zou Charlie levensvatbaarder zijn in Nederland? Dat weet ik niet. Zonder structurele subsidies zat het einde er in elk geval aan te komen.
"‘Vlaanderen is op politiek vlak te versplinterd om uitgesproken rechtse of linkse media ook tot de mainstream te laten behoren."
Een platform als De Correspondent kan ook moeiteloos mee op de Vlaamse markt, terwijl Vlaamse initiatieven maar moeilijk ingang vinden op de Nederlandse lezersmarkt.
Noem mij eens één Vlaams medium dat ook voor Nederlanders interessant zou kunnen zijn? Wij hebben een goed aanbod, maar het is te veel op Vlaanderen gericht. Door de overname van Nederlandse kranten door Vlaamse uitgevers, lezen veel Nederlanders nu ook stukken geschreven door onze journalisten in hun eigen krant. De Volkskrant en De Morgen, en De Standaard en NRC Handelsblad wisselen regelmatig stukken uit.
Hoe ziet u de toekomst van de Vlaamse mediamarkt?
Qua kranten zitten we echt wel aan onze ondergrens. Ik verwacht dat de concentratie zich verder zal doorzetten bij de weekbladen. Magazines onder DPG als Dag Allemaal, Story en TV-Familie schrijven vergelijkbare stukken. Het lijkt me niet haalbaar die alle drie nog tien jaar draaiende te houden.
Vlaanderen is politiek gezien de laatste jaren meer naar rechts opgeschoven. Ligt in die ideologische hoek nog speelruimte voor een extra medium als bijvoorbeeld Doorbraak?
Vlaanderen is op politiek vlak te versplinterd om uitgesproken rechtse of linkse media ook tot de mainstream te laten behoren. Zoiets werkt misschien in het VK waar het speelveld simpelweg verdeeld is tussen Conservatives en Labour en de kranten ook resoluut voor een kant kiezen. Bij ons zit er niet veel brood in de polarisatie van media. De traditionele zuilen, socialisten, liberalen en katholieken komen samen niet eens meer aan de helft van alle kiezers. Het zou voor de bestaande media ook niet opportuun zijn om plots significant naar rechts op te schuiven. Wat wel kan, is dat de berichtgeving subtiel wordt aangepast.’