Rik Devillé © Jonathan Cieters

De Katholieke Kerk kwam de laatste twee decennia in een slecht daglicht te staan met meerdere zaken van seksueel misbruik door priesters. Het probleem werd globaal aangepakt en veel slachtoffers werden gehoord. Ook in België was dat het geval waar gepensioneerd pastoor Rik Devillé slachtoffers decennialang een stem gaf. Met zijn laatste publicatie “In naam van de Vader” schrijft hij zijn strijd van zich af.

‘In naam van de Vader’ is het meest recente werk van gepensioneerd pastoor Rik Devillé. Het boek bevat 101 getuigenissen van seksueel misbruik binnen de kerk over een tijdspanne van 50 jaar. “Het jammere is dat we nog altijd maar spreken over een kleine top van een gigantische ijsberg. Ik heb máár 101 getuigenissen, maar er zijn er nog zo veel die er niet in konden”, vertelt Devillé. Voor hem is het boek een soort verlossing. Hiermee probeert hij een probleem aan te kaarten dat al jaren aan de gang is in de Kerk.

Een zwijgplicht binnen de Kerk

Devillé stond sinds het begin van zijn carrière heel kritisch tegenover de Kerk in het algemeen. Hij uitte in zijn boek ‘De laatste dictatuur: pleidooi voor een parochie zonder paus’ zijn kritiek op de feodale structuur van de Rooms-Katholieke Kerk. Zijn strijd tegen seksueel misbruik is een ander punt dat Devillé al aankaart sinds de jaren ’90.

Rik Devillé © Jonathan Cieters

Tijdens zijn studentenjaren kwam Devillé al in aanraking met seksueel misbruik binnen de Kerk. “Het leek op een omerta. Binnen de Kerk werd niet gesproken over die problematiek”, vertelt Devillé. “Wanneer ik dan naar buiten kwam met een getuigenis werd ik door de Kerk een ‘nestbevuiler’ genoemd. Men dacht dat ik de Katholieke Kerk wou afbreken. Wat niet het geval was.”

 

“Binnen de kerk werd niet gesproken over die problematiek”

Ook in de media werd Devillé niet altijd geprezen voor zijn strijd. Het parochieblad Kerk & Leven stond altijd zeer kritisch tegenover zijn werk. “De strijd met Kerk & Leven was zeer vermoeiend. Ze ondermijnden alles wat ik deed en schreven de grootste bagger over me. Het is pas met de uitgave van ‘In naam van de Vader’ dat ze een interview wilden doen. Wanneer ik dat bericht kreeg voelde ik me vrij goed eigenlijk.” (lacht).

Ondanks de tegenstand is hij nooit zijn geloof verloren. “Ik ben wel op een andere manier naar de Kerk beginnen kijken als instituut. Het misbruik heeft nooit iets te maken gehad met het geloof. Daarom heeft het mijn geloof nooit doen wankelen.”

Kardinaal Danneels en de doofpotpolitiek

Kardinaal Danneels was een belangrijke naam in de strijd tegen seksueel misbruik binnen de Kerk. In de jaren dat Rik Devillé slachtoffers een stem heeft gegeven, probeerde voormalig Kardinaal Godfried Danneels het werk van Devillé te ondermijnen. “In het begin had ik heel weinig contact met Danneels. Pas bij het publiceren van mijn eerste boek ben ik op het matje geroepen en kreeg ik een veroordeling”, vertelt Devillé. Hij spreekt over de uitgave van ‘De Laatste Dictatuur’, dat werd gepubliceerd in 1992.

“Die veroordeling hield in dat ik openbaar afstand moest nemen van wat ik heb geschreven in het boek. Met andere woorden, ik werd het zwijgen opgelegd”, vertelt Devillé. “Uiteraard wou ik geen afstand nemen van wat ik heb gezegd. Ik had hulp ingeschakeld van kerkjurist Rik Torfs. Hij vertelde me dat de Kerk mijn functie niet zomaar kon afpakken omdat het boek gebaseerd was op een eigen mening.”

Toch ondernam de Kerk juridische stappen tegen Devillé. “Ik was voorbereid. Als ze me wilden ontslaan, moesten ze me een Kerkelijk proces aandoen. De Kardinaal heeft dat gedaan en de eerste fase van het proces was een feit”, vertelt hij. “Op een dag kreeg ik een brief met de melding dat er een proces werd ingespannen tegen me. Daarin werden enkele feiten vermeld met de reden waarom ik werd aangeklaagd. Er stond ook in dat ik een advocaat werd toegewezen, wat absurd was.”

“Als ze me wilden ontslaan moesten ze me een Kerkelijk proces aandoen”

De advocaat die werd toegewezen aan Devillé was de advocaat van René Stockman, huidig generale overste van De Broeders Van De Liefde. “Stockman was toen mijn aartsvijand zeg maar”, begint Devillé. “Ik vond het schandalig dat de advocaat van mijn grootste rivaal aan mij werd toegewezen. Ik heb die toewijzing uiteraard geweigerd en ik heb verteld dat ik zelf een advocaat ging zoeken.”

Nadat Devillé daar op had gewezen, werd de klacht plots ingetrokken. “Ik schrok er van en achteraf denk ik dat Kardinaal Danneels, om het cru te stellen, geen zin had om het proces te voeren”, vertelt Devillé. “Ik vind het laf dat hij nooit verder gegaan is met het proces. Hij heeft zich nooit verontschuldigd voor wat hij heeft proberen doen, wat me nog altijd erg hard irriteert.”

De macht en invloed van René Stockman

De Broeders van de Liefde is een rooms-katholieke congregatie van het pauselijk recht dat zich voornamelijk bezig houdt met het zorgen voor geesteszieke mensen. René Stockman, de rivaal van Rik Devillé, is de elfde generale overste van de congregatie. Er komen verschillende dossiers van seksueel misbruik van de Broeders van de Liefde aan bod in het boek van Devillé.

“Stockman zit momenteel in Rome maar dat wil niet zeggen dat hij geen invloed meer heeft in België. Zijn opvolger hier in België, voorzitter van de psychiatrische instellingen van Broeders van de Liefde Raf De Rycke, werd aangeklaagd vanwege een dispuut rond euthanasie binnen de vzw Broeders van de Liefde”, vertelt Devillé.

Het dispuut gaat over het toedienen van euthanasie bij zowel terminale patiënten als bij patiënten die hard lijden onder hun psychische aandoening, nochtans allemaal binnen de Belgische wetgeving rond euthanasie. “Stockman wou dat verbieden en diende een klacht in tegen De Rycke. Dat vond ik schandalig. Die mensen die de euthanasie uitvoeren zijn vakkundig en hebben de beste bedoelingen. Maar het mocht niet omdat Stockman vond dat het niet kon”, vertelt Devillé.

“Hij wil de controle hebben over alles wat er gebeurt binnen de Broeders van de Liefde”

Volgens Devillé speelt Stockman een machtsspel. “Hij wil de controle hebben over alles wat er gebeurt binnen de Broeders van de Liefde. Dat was ook het geval met het seksueel misbruik. Er zijn veel broeders die niets durfden doen tegen Stockman, uit schrik voor ontslag. Als je het mij vraagt, moet Stockman van zijn positie ontbonden worden. Ik denk dat hij de realiteit niet meer ziet en dat kan voor gevaarlijke situaties zorgen”, aldus Devillé.

De Werkgroep Mensenrechten

In 1992, na de publicatie van het boek ‘De Laatste Dictatuur’, richtte Devillé de Werkgroep Mensenrechten binnen de Kerk op. De werkgroep verzamelt sinds haar oprichting gevallen van seksueel misbruik en meldt die aan de Kerk. “Wanneer Danneels Kardinaal was, wou hij er niets over horen. Dat was hetzelfde geval met zijn opvolger Leonard. Nu Kardinaal De Kesel aangesteld is worden we wel gehoord, en dat is een positieve evolutie.”

“Wanneer Danneels Kardinaal was wou hij er niets over horen”

“Wanneer ik een brief schreef met de getuigenissen die we hadden verzameld, bedankte Danneels me voor het schrijven, maar wees er dan op dat ik geen opdracht had gekregen voor die werking”, vertelt Devillé. “Het was kwetsend. Het leek alsof de Kerk gewoonweg geen interesse had in de slachtoffers. Wanneer we nu rapporteren, worden we wel serieus genomen.”

Operatie Kelk

Operatie Kelk was een grootschalig strafrechtelijk onderzoek in opdracht van het Federaal Parket. Onderzoeksrechter de Troy werd belast met het onderzoek. Hij moest nagaan of de Belgische Katholieke Kerk schuldig verzuim had gepleegd. Schuldig verzuim wordt gebruikt wanneer men weigert hulp te verlenen aan personen in groot gevaar. Het Federaal Parket wou nagaan of pastoors, bisschoppen en kardinalen schuldig waren aan schuldig verzuim tegenover slachtoffers van seksueel misbruik binnen de Kerk. Ook Devillé had daar een rol in te spelen.

“Wij zullen met de werkgroep slachtoffers blijven ondersteunen”

“Er zijn veel dossiers in beslag genomen die wij hebben opgebouwd. Daarin staan ongelooflijk veel feiten van seksueel misbruik. Het jammere is dat veel zaken verjaard zijn. Veel daders zijn inmiddels overleden en volgens het parket kan men niets doen omdat de aangeklaagde niet meer aanwezig is. Dat is een kaakslag in het gezicht van de slachtoffers”, vertelt Devillé.

“Er zijn al veel slachtoffers geholpen en verschillende daders zijn opgepakt. Maar er zijn nog veel dossiers die overblijven. Wij zullen met de werkgroep slachtoffers blijven ondersteunen. In de hoop dat gerechtigheid ooit zal geschieden”, besluit Devillé.

 

vorige volgende