(rekto:verso) Vaders, bescherm uw dochters! Ze zijn verknocht aan poëzie. Antwerpen kent sinds goed anderhalf jaar een populaire urban poetry scene met open mic avonden en poëzie-wedstrijden. Slam wordt een vaste waarde op podia van de Kif Kif Awards, Nuff Said en Mic's Up. Lokale en internationale dichters worden gretig geprogrammeerd en gesmaakt door het publiek. Wat maakt deze uitdrukkingsvorm zo aantrekkelijk?
Het is een broeierige woensdagavond. Het terras van de Zomerfabriek wordt bevolkt met keurig en minder keurig uitgedoste hipsters, zoals dat wel vaker gebeurt in de Antwerpse Zurenborg-wijk. Ze zijn hier voor de allereerste ‘Grab the Mic Wednesday’. Een langgerekt verhoogje, afgewerkt met kunstgras en geruggensteund door gerecupereerde transpaletten dient als podium. Host Sascha Reunes steekt van wal met humor doorspekte, warme poëzie. Het geroezemoes verstomt, een occasioneel aanmoedigende kreun nagelaten. Het publiek weet zich daarop behaagd door de ritmisch revolutionaire teksten van MC Seckou. Ook de spitsvondige sneltrein van Simon Den Haerynck (Mon) maakt indruk. Zelden zie je dichters zoveel teksten voordragen in tien minuten. Na een pauze van twintig minuten serveert Bman een bord rauwe Franse hiphop, en als kers op de taart brengt Prisca Agnes Nishimwe innemende liefdesverhalen in een performance om duimen en vingers bij af te likken. Voor een aantal mensen in de zaal begint de avond pas echt als de Mic officieel wordt geopend en iedereen met een tekst en een dosis lef het podium mag bestijgen. En bestegen wordt er. Met klasse en knikkende knieën.
Van beat naar slam
Slam Poetry is ontstaan uit de behoefte om poëzie weer hip te maken. Ze bouwt verder op verschillende artistieke stromingen. Vroegere voorlopers van deze toegankelijke en energieke vorm van poëzie zijn Black Minstrelsy en de Harlem Renaissance uit de jaren 1920: een literaire beweging gedragen door zwarte kunstenaars, schrijvers, dichters en dansers die hun plaats opeisten in een Amerika dat nog niet zolang daarvoor bevrijd werd van de slavernij.
In de jaren 1950 zetten leden van wat we nu de Beat Generation noemen – met als beroemde exponenten Jack Kerouac, Allen Ginsberg en William Burroughs – zich af tegen de naoorlogse burgerlijke cultuur. Ze propageerden een bohémien-levensstijl op het ritme van de jazz. Het autobiografische aspect en de gesproken vorm van hun gedichten maakten dat hun poëzie weerklank vond bij een jong publiek. In knusse bars en koffiehuisjes werd de afstand tussen dichter en publiek verkleind. Het is hier dat het concept van open mics groeide en dat vrouwelijke dichters en dichters uit minderheden een plaats kregen in een interraciaal cultureel landschap, dat gemeenschap en authenticiteit uitstraalde. Deze beweging vormde een directe inspiratiebron voor de latere slam-dichters.
Leroi Jones – beter bekend als Amiri Baraka – gaf eind jaren 1960 een stevige literaire duw aan zwarte schrijvers in de VS. We zitten in de nadagen van de moord op Malcolm X, en de reactie van de overheid op de zwarte ontvoogdingsbeweging wordt grimmiger. The Black Arts Movement is voor de kunsten wat de Black Panthers zijn in de politiek: een radicaal verzet tegen een burgerlijk en racistisch establishment. Expliciet politieke boodschappen over discriminatie, ongelijkheid en identiteit vormen een sterke inhoudelijke push, die later ook in de hip hop en de slam opgepikt zal worden.
De hiphop zou de slam pas in een later stadium beïnvloeden. Hiphop ontwikkelde zich in het New York van de jaren 1970 tot een volwaardige cultuur met verschillende elementen: rap, graffiti, beatbox en breakdance. De beweging creëerde een gemeenschap van artiesten die culturele waarden, eigen belangen en politieke standpunten vertolkten. Naarmate hiphop aan populariteit won en de commercialisering zich doorzette, kreeg men twee groepen: de ene behield het authentieke karakter en haar sociale engagement, de andere koos resoluut voor een stoer en crimineel imago. De gangsta rap was geboren. De oorspronkelijke hiphop bleef grotendeels underground. Het zijn vooral deze kritische rappers die zich aangetrokken voelden tot de spoken word poetry en de poetry slams, en hun stempel drukten op de slam.
De concrete aanzet voor de poetry slams kwam echter uit een andere hoek. In 1985 organiseerde Marc Smith in de Get Me High Lounge jazzclub in Chicago de allereerste poëziewedstrijd. Dichters namen het tegen elkaar op en het publiek mocht bepalen wie won. Niet enkel je gedicht was doorslaggevend, ook je performance telde: je voordracht moest het publiek aanspreken. Dichters brachten een zelfgeschreven stuk binnen de drie minuten. Het publiek schreef punten op het bord. Het dramatische spel van winnen en verliezen gaf deze poëzievoordrachten een enorme stimulans. Na een paar jaar kreeg ene Bob Holman lucht van deze wedstrijden en bracht het concept naar New York. In het Nuyorican Café, een plek waar tot dan Puertoricaanse dichters hun sociaal getinte poëzie brachten, sloegen de poetry slams in als een bom.
De rest is geschiedenis. Snel kreeg het Nuyorican Café concurrentie van andere bars, werden er nationale poetry slams georganiseerd, documentaires geproduceerd en verspreidde de beweging zich naar alle uithoeken van de wereld. Films als Slam en Slam Nation, en artiesten als Saul Williams hebben heel wat jonge poëten geïnspireerd. De commercialisering kon niet uitblijven. Begin jaren 2000 bracht Russel Simmons slam als volwaardig tv-programma op de betaalzender HBO. De show werd gepresenteerd door Mos Def, het wedstrijdaspect werd achterwege gelaten en ook bekende rappers, soul- en R&B-artiesten vonden hun weg naar het podium.
Een scene in wording
Van de VS en New York terug naar die andere wereldstad. Er bestond in Antwerpen al een Belgisch Kampioenschap poetry slam, maar er was geen echte slam scene. In 2007 programmeerde Kif Kif voor het eerst spoken word op haar jaarlijkse awards. Een jaar later koos de organisatie voor de term ‘slam’. Patrick N'Siala Kiese, toenmalig medewerker van Kif Kif en vandaag jongerenmedewerker bij het Zuiderpershuis, maakt een onderscheid tussen ‘slam’ als stijl en ‘slam poetry’ als wedstrijdvorm. Kif Kif was op zoek naar de energieke uitdrukkingsvorm van hiphop zonder beat.
In het kielzog van Kif Kif boekten Nuff Said en het Zuiderpershuis grote namen uit het Amerikaanse slam-wereldje: Amir Sulaiman, Shariff Simmons en Black Ice. Het initiatief Mic's Up bood dan weer podiumkansen aan lokaal talent. Er werden aan deze optredens ook workshops gekoppeld. Die van Amir Sulaiman was een keerpunt voor Elisabeth Severino Fernandes (Elli), de bezielster van Mama's Open Mic, en via haar voor de Antwerpse slam-scene. Voordien waren er weinig mogelijkheden om je als slam-dichter te ontplooien. Ofwel moest je een optreden op een groter podium vastkrijgen, ofwel wachten op het BK Poetry Slam. Voor vele beginnende slammers was de drempel hoog. Veel te hoog. Sulaiman benadrukte het belang van open mic sessies en kansen om te oefenen. Elli had op dat moment net slam ontdekt en miste die kansen. Ze is dan zelf in dat gat gesprongen met Mama's Open Mic.
In Mama’s Open Mic komen slammers elke twee weken samen om het beste van zichzelf te geven. Er worden een vijftal artiesten vastgelegd en nadien is de micro vrij voor wie hem grijpen wil. Mama's Open Mic heeft de slam scene een serieuze boost gegeven. Op anderhalf jaar tijd heeft Elli zo een 150 verschillende performers gezien. En ze verbaast zich nog elke keer over het vele talent. Mama Matreia – het kleine cafeetje aan de Lange Nieuwstraat, waar de sessies plaatsvinden – heeft zelfs geen podium. Je staat er midden in het publiek. Dichter Max Greyson, die in 2010 de Kif Kif Award voor Poetry Slam won, vindt deze avonden heerlijk: ‘Het is een zalige formule om nieuw materiaal uit te testen. Je kan er gewoon niet afgaan.’ Bij Mama's Open Mic speelt het wedstrijdaspect niet. De teksten zijn er regelmatig maatschappijkritisch en politiek getint.
Het concept slaat aan, urban poetry zit in de lift. Zo verzorgt Mama's Open Mic deze zomer elke woensdag de ‘Grab the Mic’-sessies in de Zomerfabriek: 'de grootste open mic van Vlaanderen!' Onlangs trok de Mama met een schare reggaepoëten ook naar Reggae Geel met ‘Bless the Mic’. De volgende jaren wil Elli het concept van de open mics verder uitbouwen en hoopt ze met haar poëten nog meerdere festivals aan te doen. Ze wil ook als coach optreden voor beginnend talent. Ook op het Kiel heeft het slam virus toegeslagen. Sinds april organiseert Ali Azzouz er echte poetry slams in cultureel ontmoetingscentrum NOVA, met elke keer een ander thema: mannen vs vrouwen, rappers vs dichters... Hier speelt het wedstrijdaspect wel en mag het publiek punten noteren op groenige krijtbordjes. De teksten zijn er echter niet minder bewogen om.
Zowel bij de Poetry Slams van het poëziecafé als op Mama's Open Mic worden de gedichten gekenmerkt door verwijzingen naar identiteit en sociaal engagement. Sommige dichters schrijven zich in in een tegencultuur die zich afzet tegen racisme, seksisme, kapitalisme..., maar zeker niet iedereen. Elk mogelijk thema passeert de revue en taboes worden niet uit de weg gegaan. Een luchtig uitgewerkte anekdote over een ongewenste date kan dus net zo goed.
Stem van de grootstad
Het aantrekkelijke aan de slam scene is haar open en democratisch karakter.Er heerst een gezellige, warme sfeer en iedereen mag een stuk brengen ongeacht het onderwerp of de stijl. Zowel de poëzie, de artiesten als het publiek zijn erg divers. Eerlijkheid en authenticiteit worden hoog in het vaandel gedragen. De teksten zijn niet zelden erg persoonlijk en zelfbewust: ‘Laat mij een vrouw zijn. Geef me mijn waardigheid en toon me wat beschaafdheid. Beschouw me niet als een appetijtelijk stuk vlees, want ik wil een vrouw zijn. Mag ik een vrouw zijn? Of is dat te veel gevraagd misschien?’ (Assia El Yahyaoui)
Slam geeft uitdrukking aan de stem van jongeren in een grootstedelijke, uiterst diverse context: aan de vragen waarmee ze kampen en de idealen die ze koesteren. Dat zorgt voor een sterke mate van gemeenschapsvorming, die haar kracht put uit oprechtheid, contestatie en ruimte voor diversiteit. Hoewel spitsvondigheid en strakke performance ten zeerste gewaardeerd worden, is het vaak de herkenning met de teksten die de appreciatie van het publiek oplevert.
Een van de producties die het afgelopen seizoen stof deed opwaaien in Madame Fortuna, een klein theaterzaaltje in hartje Borgerhout, was Apathie² van Wim Geysen. Slam-artiest Seckou nam het daarin op tegen theatermaker Jan Hardies, in een voortrazende show die bol stond van cynisme en... apathie. Seckou, de negativo, breekt alles af, hij is twijfelaar een misantroop, een anti-vist. Hij is tegen alles. Jan Hardies speelt de positivo met een ego dat te groot is voor eender welke ruimte. Hij heeft zijn wereld zo klein gemaakt dat hij die kan beheersen. Een clash van tegengestelde wereldbeelden, dus. De show zet het graaigrage neoliberalisme tegenover de verontwaardiging van de Indignados en de Occupy-beweging, en roept veel vragen op. De inhoudelijke link met het slam-circuit is legio. De leegte van het podium, in combinatie met het uiterste gedoseerd gebruik van rudimentaire technische snufjes als een powerpoint, megafoon en groovebox, maken van Apathie² een energieke en dynamische show, met weinig ruimte voor verveling. Aan de voorstelling was trouwens een traject gekoppeld met middelbare scholen, in samenwerking met de Artesis Hogeschool.
Slam leeft in Antwerpen. Haar authenticiteit, herkenbaarheid en zin voor performance maken dat deze beweging een grote aantrekkingskracht uitoefent. Het is een poëzie van de eenentwintigste eeuw, dat een breed publiek weet aan te spreken en jongeren en volwassenen met verschillende achtergronden samenbrengt rond gedeelde interesses. In een stad met een meer dan behoorlijke traditie van populair theater, wordt deze energieke poëzie omarmd als een welkome nieuwkomer.
© 2012 - rekto:verso - Herman De Greve
Herman De Greve is stafmedewerker bij het Platform Allochtone Jeugdwerkingen vzw en schrijft over diversiteit en stedelijkheid.