Midden november mag Tom Vandenkendelaere (30) voor het eerst als Europarlementslid in het Brusselse halfrond plaatsnemen. De geboren Roeselarenaar wordt dankzij de promotie van Marianne Thyssen (CD&V) de jongste Belgische vertegenwoordiger in Europa. “Ik zal zonder twijfel leergeld betalen.”
Omdat Marianne Thyssen (CD&V) als nieuwbakken Europees Commissaris niet langer in het Europees Parlement kan zetelen, neemt Tom Vandenkendelaere (30) haar zitje in. “Natuurlijk wist ik dat de theoretische mogelijkheid bestond, maar ik had niet verwacht zo snel mijn plaats van eerste opvolger te kunnen verzilveren”, vertelt de West-Vlaming. Hij is meteen de jongste Belg in het halfrond.
De politieke opmars van Vandenkendelaere is opmerkelijk. Pas toen hij als student aan de Universiteit van Kent (Groot-Brittannië) plots verplicht werd om de regeringscrisis in ons land uit te leggen, begon hij zich in de verschillende partijprogramma’s te verdiepen. Bij zijn terugkeer naar België in 2009 meldde hij zich bij de lokale afdeling van JONGCD&V Roeselare aan. “Ik kom nochtans helemaal niet uit een politiek nest”, legt Vandenkendelaere uit. “Mijn ouders fronsten zelfs even de wenkbrauwen toen ik bij de tsjeven ging, maar ik vond dat er heel wat zaken beter konden.”
Europese regelgeving
Nauwelijks vier jaar later werd hij nationaal voorzitter van JONGCD&V voor de periode 2013-2015. Vroeger dan voorzien neemt zijn politieke loopbaan een andere wending. “Europa heeft me altijd al aangesproken”, verklapt Vandenkendelaere. “Tijdens mijn studies vertaler-tolk heb ik gemerkt dat internationale betrekkingen mij echt interesseerden.”
Als kind van de jaren ’80 heeft Vandenkendelaere ook ieder stadium van de Europese stroomversnelling meegemaakt. “Zo heb ik onder andere van het Erasmusproject kunnen genieten, zag ik de interne grenzen verdwijnen en de euro ingevoerd worden. Toch heb ik mijn hele leven lang gehoord dat er in de Europese instellingen alleen zakkenvullers zijn. We leggen momenteel niet goed genoeg uit waar het Europees Parlement zich allemaal mee bezighoudt”, beseft hij.
De impact van de Europese regelgeving is volgens Vandenkendelaere veel groter dan de meeste mensen aanvoelen. “Ik denk dat het onze maatschappelijke opdracht is om precies die mensen naar Europa te leiden die er nog niet genoeg mee in contact gekomen zijn. Zonder te willen stigmatiseren is het volgens mij belangrijker om een zesde jaar houtbewerking over de impact van de Europese Unie op hun dagelijkse werk te informeren dan een zoveelste lezing voor studenten politieke en sociale wetenschappen te houden.”
“Al door lobbygroepen benaderd”
Een veelgehoorde kritiek over de Europese Unie zijn de talrijke lobbygroepen die commissarissen en parlementsleden proberen te beïnvloeden. “Nochtans is er daar heel veel transparantie rond”, meent Vandenkendelaere. “Er bestaat een register met alle bedrijven die lobbyen en de meeste parlementsleden spreken heel openlijk over de mensen door wie ze benaderd worden. Ook daar is het aan ons om duidelijker uit te leggen hoe de vork aan de steel zit.” Al verwacht de rijzende ster van CD&V ook een inspanning van de burger zelf. “Het register is er, het is aan jou om het te raadplegen.”
“Ik ben ondertussen al door verschillende lobbygroepen benaderd”, vertelt Vandenkendelaere. “Ik zal hen ook actief opzoeken om kennis in te winnen over wat er momenteel leeft. Cruciaal is echter dat je als parlementslid het evenwicht tussen de diverse middenveldgroepen bewaart. Je moet jouw eigen visie behouden en er tegelijk voor zorgen dat je alle maatschappelijke spelers vertegenwoordigt. Je moet eerlijk durven zijn, zeggen wat je doet en waarom je bepaalde mensen consulteert. Op dat gebied heb ik in ieder geval uitstekende leermeesters.”
“Geen half werk”
De jongerengroep krijgt bij Vandenkendelaere hoe dan ook gehoor. “De jeugdverenigingen zullen altijd een speciale plaats in mijn hart hebben. Ik zal hun verzuchtingen zeker naar het Europees Parlement meenemen. In aanloop naar de verkiezingen heb ik de LoveYouthFuture Pledges getekend. Die zal ik nu proberen waar te maken. Al blijven de jongeren slechts één van de vele lobbygroepen.”
De voorzitter van JONGCD&V weet als geen ander dat er te weinig naar de jonge stem geluisterd wordt. “Zeker op het gebied van onderwijs, pensioenen en werkgelegenheid krijgt de jeugd te weinig inspraak.” Toch blijft hij ook kritisch voor zichzelf en zijn leeftijdsgenoten: “Wanneer jongeren uiteindelijk gehoord worden, moeten ze ook inhoudelijk aan het debat bijdragen. Hun argumenten moeten het eigen jongerenbelang overstijgen en het algemeen belang centraal stellen. Als puntje bij paaltje komt, denken jongeren nog te veel aan hun eigen voordeel.”
Als nieuwkomer wil Vandenkendelaere graag de Youth Intergroup, een verzameling van alle jonge Europarlementsleden, nieuw leven inblazen. “Ook binnen de EVP (de christendemocratische fractie in het Europees Parlement, red.) zal ik mij als één van de drivers achter de jongerenwerking profileren.” Met zijn werkkracht wil de Roeselarenaar in positieve zin opvallen. “Ik ga geen half werk verrichten. Ik zal me ook niet wegsteken: ik wil het contact met de jeugd levendig houden en erg toegankelijk voor hen zijn.”
“Zal leergeld betalen”
De sprong van de jongerenpolitiek naar het Europees Parlement is enorm. Dat beseft Vandenkendelaere maar al te goed. “Ik ben nog heel jong. Mijn stem zal in het halfrond natuurlijk minder luid klinken dan pakweg die van een ex-premier. Daarover maak ik me geen illusies. Ik hoop niettemin op termijn mijn ideeën te kunnen doorzetten.”
In eerste instantie zal hij de commissies waarin Marianne Thyssen zetelde overnemen. De commissies Economische en Monetaire Zaken, Milieubeheer, Volksgezondheid en Voedselveiligheid zijn voor de doctor in de internationale relaties voorlopig onbekend terrein. “Ik voel even veel spanning als een student op zijn eerste schooldag. Ik zal redelijk wat tijd nodig hebben om alles in detail te ontdekken. Als jonge snotter naast die ervaren rotten in het parlement zal ik zeker leergeld betalen.”
Zijn voorbereiding is bovendien niet ideaal, aangezien die met zijn aflopende functie als voorzitter van JONGC&V samenvalt. “Ik kan niet op afzondering gaan, omdat ik de opgestarte projecten van onze jongerenpartij goed wil overdragen.” Eenmaal die taak achter de rug is, zal Vandenkendelaere zich voornamelijk inlezen in de commissies waarin hij zal terechtkomen. “Ik hoop dat Marianne (Thyssen, red.) en ik onze agenda’s nog eens op elkaar kunnen afstemmen voor een goed gesprek, zodat ze mij wat de weg kan wijzen en briefen over de ideeën die ze zelf nog had.”
TTIP en landbouw
Eén van de onderwerpen waarmee Vandenkendelaere zonder twijfel geconfronteerd zal worden is het TTIP, het veelbesproken handelsakkoord tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten. “Er wordt daar heel emotioneel op gereageerd. Over het handelsakkoord met Zuid-Korea is destijds veel minder inkt gevloeid.”
Aangezien hij van kindsbeen af met de landbouw in contact kwam, heeft Vandenkendelaere een duidelijke visie op de toekomst van de sector. “Jonge landbouwers zijn evenzeer jonge ondernemers: ze staan voor exact dezelfde uitdagingen. De landbouw kan zowel op economisch als sociaal-maatschappelijk vlak nog altijd een belangrijke rol vertolken. Er is zeker toekomst voor de primaire sector in Vlaanderen. Daarom moeten we nu uitmaken waar we de komende vijf jaar op willen inzetten en hoe we zorgvuldig met de beperkte ruimte kunnen omgaan. Het gemeenschappelijk Europees landbouwbeleid is voor onze boeren doorslaggevend.”
Passie voor onderwijs
Niet alleen de landbouw, maar ook het onderwijs ligt Vandenkendelaere na aan het hart. Eén van zijn stokpaardjes is het Erasmusprogramma. “Dat is momenteel veel te beperkt: het zijn vooral studenten hoger onderwijs – en vaak slechts uit bepaalde richtingen of sociale klasse – die op uitwisseling gaan. Gelukkig kunnen jonge ondernemers nu ook een beurs krijgen om elkaars bedrijven te bezoeken.”
“Toch staat Europa voor twee grote uitdagingen. Ten eerste moet het programma verticaal verbreden: er is nood aan meer Erasmusmogelijkheden. Die hebben wel een goede invulling nodig. Op Erasmusuitwisseling gaan betekent niet zes maanden feesten. Daarnaast heb je de horizontale verbreding: nu werkt het programma sociale exclusie in de hand. Enkel de happy few kunnen naar het buitenland vertrekken.”
“Niet met politiek getrouwd”
Hoewel Europa zijn voorkeur geniet, sluit Vandenkendelaere een bestuursfunctie op het lokale niveau niet bij voorbaat uit. “Politiek gaat over burgers dienen en vertegenwoordigen. Hoe dichter je bij de burger staat, hoe makkelijker het is om invloed op het dagelijkse leven te hebben. Op het lokale niveau zie je meteen de impact van je beslissingen. Europa staat verder van de man in de straat af, maar het is wel een verkeerde gedachte dat de Europese Unie de ver-van-mijn-bedshow is.”
“Als ik over vijf jaar met even veel drive aan de verkiezingen deelneem en even hard campagne voer, dan zal mijn taak geslaagd zijn”, blikt Vandenkendelaere vooruit. “Het dynamisme van mijn toekomstige campagne zal een goede graadmeter voor mijn verwezenlijkingen zijn. Toch staat het niet per se vast dat ik aan de verkiezingen zal deelnemen. Politiek is één belangrijk deel van mijn leven, maar ik ben er niet mee getrouwd. Ik wil zeker nog iets anders doen. Het leven is zoveel meer dan politiek alleen.”
© 2014 – StampMedia – Laurens Soenen
Dit artikel werd gepubliceerd door Knack - online op 29/09/2014
Dit artikel werd gepubliceerd door Europa.eu op 29/09/2014