Op 19 februari maakte Rudi Vranckx in zijn propvolle agenda, naar eigen zeggen met veel genoegen, nog een plaatje vrij voor een gespreksavond van Sant’Egidio in de Carolus Borromeuskerk in Antwerpen. Nu de oorlogsmachine in Syrië op volle toeren draait, is de journalist een graag geziene gast om tekst en uitleg te geven over wat juist gaande is in het Midden-Oosten en bijgevolg Europa. 

Kunnen we spreken over een Derde Wereldoorlog? Wat moet er gebeuren met de vluchtelingen? En welke rol spelen de media in dit hele plaatje? Het zijn maar enkele vragen die Rudi Vranckx voorgeschoteld kreeg in de Antwerpse Carolus Borromeuskerk.

"Wereldoorlog? Eigenlijk wel"

Wat is een oorlog?”, stelt Vranckx zichzelf de vraag. “Een oorlog is een collectieve straf voor mensen die er eigenlijk niets mee te maken hebben”, antwoordt hij meteen. “Een oorlog is een complex gegeven waarvoor nooit slechts één reden is. Mocht ik die algemene reden toch kennen, won ik de Nobelprijs.”

“Een wereldoorlog? Dat is dan weer een oorlog die zich afspeelt op verschillende plekken in de wereld.” Volgens Vranckx mogen we zo’n oorlog echter niet interpreteren als de Eerste of Tweede Wereldoorlog waarbij de bommen als bladeren in de herfst op Europa vallen. “Er heerst een klimaat van angst. Angst leidt tot identiteitsproblemen en identiteitsproblemen geven aanleiding to extremisme. Dat zijn problemen die we vandaag overal zien opduiken. Dus kunnen we in die zin dan spreken over een wereldoorlog? Eigenlijk wel.”

Waarom beoordelen op vijf jaar?

Maar zoals Vranckx nog vaker aanhaalt, is nuance altijd nodig. “Ja, de wereld staat in brand, maar wie geschiedenis studeert, weet dat de wereld altijd in brand staat”, aldus de voormalige geschiedenisstudent.

“Het grootste probleem is de massahysterie. Media die de feiten niet correct benoemen. Of de stelling dat de Arabische Lente niet gewerkt heeft en is uitgedraaid is op een Arabische Winter. Ik weet dat het tegenwoordig niet politiek correct is om lijnen te trekken met het verleden maar kijk bijvoorbeeld naar de Franse Revolutie. Het terreurbewind van Robbespierre, het keizerrijk van Napoleon, alles bij elkaar heeft het iets minder dan honderd jaar geduurd, eer Frankrijk tot een echte democratie kwam. Wie zijn wij om op vijf jaar de geschiedenis te boordelen?”

Het recept van de catastrofe

Een uitdaging voor Vranckx is om de toenemende veralgemening tegen te gaan want daar schuilt volgens hem het gevaar. “Veralgemening is een fase in de ontmenselijking”, stelt de oorlogsjournalist. “Het is wat IS bijvoorbeeld gebruikt om zijn moordpartijen op Jezidi’s goed te praten: ‘Zij zijn toch geen mensen dus wij kunnen dit doen’.”

“Maar ook na de gebeurtenissen in Keulen hadden veel mensen het over ‘de vluchtelingen’ terwijl niet eens bewezen was wie verantwoordelijk was. Het recept voor een catastrofe is om alles bijeen te gooien. Om groepen in plaats van afzonderlijke mensen te beoordelen. Maar veralgemeningen hebben ons nog nooit vooruit geholpen.”

Betrouwbare en genuanceerde journalistiek

Tot slot laat Vranckx ook nog even zijn licht schijnen op de bijdragen van de journalistiek. Die moet volgens hem een gids naar betrouwbaarheid zijn in tegenstelling tot sociale media waar manipulatie schering en inslag is.

“Er gaan veel leugens en halve waarheden rond op sociale media”, stelt hij. “Je kan bijvoorbeeld tweeten dat Turkije zegt dat de Koerden verantwoordelijk zijn voor de aanslagen in Ankara. Maar dan moet je ook vermelden dat de Koerden dat ontkennen. Of neem nu een bewerkt filmpje dat viraal ging waarin Koerden die aanslagen opeisen. Je wil niet weten hoeveel oorlogen er al bij elkaar zijn gemanipuleerd.”

Veel media vallen volgens Vranckx nog voor de waan van de dag wat ervoor zorgt dat het totale plaatje nooit in beeld komt. “We moeten proberen te ontsnappen aan de mechanismen van de waan van de dag. Ons afvragen of we wel voldoende aan follow-up en niet zomaar aan steekvlamjournalistiek doen. Dat is een ingesteldheid waar ook zoveel mogelijk jonge journalisten mee zouden moeten werken!”

© 2016 – StampMedia – Jef Cauwenberghs



Dit artikel werd gepubliceerd door Het Nieuwsblad - online op 20/02/2016
Dit artikel werd gepubliceerd door Newsmonkey.be op 20/02/2016