Er stromen te weinig allochtone jongeren door naar het hoger onderwijs. Morad El Boujdaini is student aan de Lessius Hogeschool en bekijkt de initiatieven van hogescholen en universiteiten met gemengde gevoelens. Meer dan aan extra zorg, is er nood aan informatie, een degelijke studiebegeleiding en getuigenissen van oud-studenten.

Er wordt steeds meer aandacht besteed aan diversiteit. Ook hogescholen en universiteiten richten hun pijlen op de allochtone jongeren, en stellen alles in werking om de diversiteit te verhogen. Zo organiseerde de Associatie Universiteit en Hogescholen Antwerpen (AUHA), in samenwerking met IQRA-Vlaanderen en MSC Ahlan , in mei een infosessie voor de ouders van allochtone jongeren.

Morad El Boujdaini zit in het derde jaar handelswetenschappen en meent ook dat er nood is aan duidelijke informatie. "Vooral op de middelbare scholen zouden meer infoavonden gegeven moeten worden. Ik vind niet dat allochtone jongeren gepamperd moeten worden, maar er is wel nood aan informatie. Ook over studietoelagen. Ik merk dat veel ouders niet eens het bestaan van studiefinanciering kennen, en dat is natuurlijk een grote belemmering."

De AUHA hoopt deze vraag op te vangen met het project Klimop , waarbij allochtone studenten over hun ervaringen gaan spreken in middelbare scholen. Zo willen ze het geloof in de slaagkansen in het hoger onderwijs verhogen. Ook Morad wijst op het belang van voorbeeldfiguren. "Ik merk dat veel jongeren fatalistisch denken: 'Ik krijg toch geen kansen, ondanks mijn diploma.' Dat is een negatieve houding die verholpen zou kunnen worden door getuigenissen van oud-studenten."

Toch loopt het niet allemaal van een leien dakje. Uit een onderzoek van de Koning Boudewijn Stichting blijkt dat de thuissituatie een uitermate grote invloed heeft op de slaagkansen. Het studiesucces wordt voor een groot deel bepaald door de steun van de ouders, familie en leeftijdsgenoten. "Het was mijn eigen keuze om verder te studeren", zegt Morad, "maar ik ben daar zeker in gestimuleerd. Ik heb het geluk dat zowel mijn vader als mijn moeder Nederlands spreken. Vanuit de school worden wel studietips gegeven als 'je moet zelfstandig en afgezonderd studeren', maar dat is voor allochtone jongeren niet altijd evident. De ouders zijn vaak analfabeet waardoor ze de cultuur van studeren en lezen missen. Bovendien ontbreekt vaak een goede infrastructuur. Niet iedereen heeft bijvoorbeeld een computer."

Dat de invloed van leeftijdsgenoten en vriendenkring niet onderschat mag worden, bevestigt Morad. "Ik heb het geluk een vriendenkring te hebben met veel Belgen. Zij stimuleren je om te lezen, om naar de Chiro en de scouts te gaan... Dat heeft op zich niks met studeren te maken, maar het is belangrijk voor je talen, de manier van denken, de cultuur. Als de helft van je vrienden niet studeert is het heel moeilijk om zelf toch verder te studeren."

Toch vindt Morad niet dat hij harder moet studeren dan een gemiddelde (lees 'autochtone', red.) student. "Als je een inspanning levert om te studeren en je jezelf volledig inzet, vind je zeker een job."

© 2008 - StampMedia - Carmen Van Oers