Kroatië boekte na de onafhankelijkheidsoorlog in de jaren negentig heel wat vooruitgang en deed in 2013 zijn intrede in de Europese Unie. Toch zijn de sporen van de oorlog nog steeds zichtbaar en verre van uitgewist. In het stadje Gvozd is volgens burgemeester Milan Vrga de werkloosheid bij de derde generatie na de oorlog nog altijd heel hoog. Hoe is het om burgemeester te zijn van een klein stadje met heel wat problemen? En hoe staat het centrale gezag tegenover hen? StampMedia sprak met burgemeester Milan Vrga.
Burgemeester Vrga is in 1985 in het stadje Gvozd geboren toen het stadje nog Vrginmost heette en tot de Sovjet-Unie behoorde. Hij maakte in zijn jeugd de oorlog mee. “De oorlog brak uit toen ik voor het eerst naar school ging in 1991. Die duurde tot 1995. Na mijn middelbaar ging ik verder studeren op de universiteit. Daarna keerde ik terug naar mijn stadje.”
Wat deed u na uw studies?
Vrga: Ik begon met het uitbaten van een molen. We maakten onder andere bloem. Daarna zette ik mijn eerste stappen in de politiek. Uiteindelijk ben ik verkozen tot burgemeester van dit kleine stadje.
Wat dreef u om in de politiek te stappen?
Vrga: Ik was actief in de privésector waardoor ik al wist dat er bepaalde dingen ontbraken in het bestuur om de burger te ondersteunen. De politiek die ik voer, is geen politiek op hoog niveau. Je moet gewoon goed kunnen onderhandelen en mensen kunnen helpen door ze te voorzien van basisrechten en daarnaast de stad goed te laten ontwikkelen.
Suncokret is een jeugdhuis in het stadscentrum dat gesubsidieerd wordt door de Europese Unie. Daar komen vrijwilligers van over heel de wereld de lokale kinderen entertainen. Daarnaast is er buiten het stadscentrum een verblijfplaats en een landbouwgrond voor de vrijwilligers. Ook de Belgische organisatie Bouworde levert jaarlijks Belgische vrijwilligers. Wat vindt u van de organisatie Suncokret?
Vrga: Suncokret is een echt uithangbord voor dit stadje. Ik ben trots op de organisatie en zal die met passie verdedigen. Als mensen uit het buitenland ons stadje kennen, is het door Suncokret.
De armoede in deze stad is redelijk groot en vrij zichtbaar. Wat vindt u daarvan en hoe pakt u dat aan?
Vrga: Het is verschrikkelijk om te zien. Maar het is een probleem dat zich over heel Kroatië afspeelt, niet alleen hier. Wij proberen de levensstandaard in ons stadje omhoog te krijgen door investeerders aan te trekken. Die investeerders zullen dan werkgelegenheid in de stad creëren, maar om ze hier te krijgen moeten we eerst de infrastructuur in orde brengen. Dat kost weer massa’s geld waar we dag in en dag uit voor vechten - bij wijze van spreken - bij de federale overheid.
“Er komen nog nauwelijks mensen bij en het sterftecijfer ligt hoger dan het geboortecijfer.”
In welke mate beïnvloedt de federale overheid zich met de stad?
Vrga: Het is vooral op financieel vlak dat de federale overheid zich moeit met subsidies waarvoor we elk jaar een plan moeten voorleggen. Maar sinds de nieuwe wet van Maric - de Kroatische minister van binnenlandse zaken - die niet zo lang geleden goedgekeurd is, gaat dat nu veel vlotter. Dat is een voordeel voor de steden en districten die het minder goed hebben. Op andere vlakken is er amper bemoeienis vanuit de federale overheid. Die zou er volgens mij juist meer moeten zijn, want het is de federale overheid die het kernprobleem van de werkloosheid kan oplossen over heel het land. Het is niet de bedoeling dat ze de macht gaan centraliseren in Zagreb en zich alleen daarop concentreren. Zagreb is vandaag 50% van de Kroatische economie en dat is niet goed volgens mij. We zijn één land.
Waarom is er zoveel politie aanwezig in en rond Gvozd? We moesten ons in enkele dagen tijd drie keer legitimeren.
Vrga: Er zitten rond de 200 agenten verspreid over de stad en dat komt omdat we hier met een vluchtelingenprobleem kampen. Het is vooral de grenspolitie die massaal patrouilleert omdat we ook heel dicht bij de Bosnische grens zitten. In vogelvlucht zitten we ook tien kilometer verwijderd van een vluchtelingenkamp. Ik weet bijvoorbeeld dat er in de avond groepen van vluchtelingen langs de stad passeren richting hun volgende bestemming.
Zijn de lokale inwoners bang voor deze vluchtelingen?
Vrga: Nee, ik veronderstel van niet. Ze weten dat er veel extra agenten worden ingezet in en rond de stad. De lokale politie en de inwoners kennen elkaar, en dat stelt de mensen op hun gemak.
Alle kinderen die bij de Suncokret langskomen, hebben wel hun eigen verhaal en problemen. Ziet u en erkent u die problemen als burgemeester?
Vrga: Jazeker. We zien de problemen en proberen ze op te lossen om de kinderen te helpen.
Op welke manier?
Vrga: Dit is weer een generatie waarvan de ouders werkloos zijn. Dat is niet goed voor de psychologische gezondheid van de ouders en ook niet voor de kinderen. We proberen jobs te creëren. We willen de mensen aan het werk krijgen zodat ze op een normale manier voor hun gezin kunnen zorgen. Het is een probleem van armoede dat over heel het land heerst.
Er zijn ook veel mensen die de stad verlaten en ergens anders gaan wonen om te werken. Probeert u dat tegen te gaan en hoe?
Vrga: Dat is opnieuw zo’n tewerkstellingsprobleem. De jonge mensen trekken naar andere steden of het buitenland om daar werk te vinden. Dat kunnen we het beste tegen gaan door hier werkgelegenheid te creëren zodat de mensen hier een leven kunnen opbouwen. Maar dat kunnen we natuurlijk niet realiseren als er geen investeringen zijn en bedrijven willen hier niet komen als er geen werkkrachten zijn.
Hoeveel mensen wonen er op dit moment in uw stadje?
Vrga: Voor de oorlog woonden er ongeveer 18.000 mensen. Volgens onze laatste cijfers wonen er nu nog maar rond de 3.000 mensen. Sinds de oorlog zijn veel mensen gemigreerd naar andere plaatsen. Er komen nog nauwelijks mensen bij en het sterftecijfer ligt hoger dan het geboortecijfer.
U bent in de helft van uw mandaat als burgemeester. Zal u zich opnieuw kandidaat stellen bij de volgende verkiezingen?
Vrga: (lacht) dat is nu nog te vroeg om te zeggen. Er kan in de komende twee jaar nog veel gebeuren, maar ik wil zeker alle projecten die ik heb opgestart tijdens mijn burgemeesterschap aan een mooi einde brengen. Het kan dus goed zijn dat ik terug kandidaat burgemeester zal zijn.