(PIDMAG) Niemand beter dan wie er de kost mee verdient, kan de liefde voor 'taal' bezingen. Slamdichter Carmien Michels (24) en schrijver Fikry El Azzouzi (36) over hoe ze met woorden verhalen vertellen, ontroeren of schofferen. “Ik kick op haatmail.”
Een slampoet en een schrijver. Een vrouw en een man, de ene begin de twintig en de andere midden de dertig. Maar beiden met een enorme liefde voor woorden, zinnen en taal. “Ik leef gewoon voor het schrijven”, zal Fikry El Azzouzi toegeven tijdens het gesprek. Hij heeft inmiddels enkele romans op de plank staat en mag geregeld zijn mening in kranten ventileren. Carmien Michels goochelt dan weer met taal, op papier en op het podium. Ze mag zich inmiddels een van de beste slammers van het land noemen.
We ontmoeten hen in de Arenbergschouwburg. De ideale plek om het over hun weapon of choice te hebben: taal.
Waar is die voorliefde voor taal ontstaan?
El Azzouzi: “Bij mij gebeurde dat eerder toevallig. Ik ben er als het ware ingerold. Ik las vroeger veel boeken en op een gegeven moment probeerde ik zelf wat te schrijven. Na enkele positieve reacties denk je er aan om nog een stapje verder te gaan en een roman te schrijven.
Michels: “Bij mij is het ook zo gegaan. Niet alleen de taal heeft mij getriggerd, maar ook de verhalen.”
Wanneer zijn jullie taal au sérieux gaan nemen?
Michels: “Ik weet niet of ik dat nu al doe (lacht). Ik vind spelen met taal heel belangrijk. Maar ik vermoed dat het is begonnen in het derde middelbaar, toen ik veel opstellen moest schrijven. Mijn leerkracht Nederlands was zo laaiend enthousiast waardoor ik besefte dat ik hier meer mee kon bereiken.”
El Azzouzi: “Voor mij heeft mijn eerste roman het verschil gemaakt. In het begin wil je uitgegeven worden. Eens uitgegeven, hoop je op goede recensies. Na goede recensies, wil je vooral veel boeken verkopen. Eventueel win je ook nog een prijs. Zo gaat dat ook bij het volgende boek of toneelstuk.”
Zijn jullie gaandeweg nog andere dingen gaan doen met taal?
El Azzouzi: “Theater en film zijn er later bijgekomen, maar komen op de tweede plaats. Dat neemt niet weg dat die genres me hebben geholpen om een betere romanschrijver te worden. De dramaturgische lijn van theater heb ik bijvoorbeeld gebruikt in mijn laatste roman.
Columns schrijven was ook niet mijn oorspronkelijk plan, maar vind ik zeer interessant. Elke column die ik heb geschreven, moest de mensen kwaad maken. Ik kickte zelfs op haatreacties. Als ik geen honderd kwade mails kreeg, was ik teleurgesteld. Elke week iets publiceren, is wel zwaar. Wekelijks moest ik een onderwerp vinden waar ik mij aan ergerde, terwijl ik me eigenlijk aan heel weinig dingen erger.”
Michels: “Toen ik slam poetry leerde kennen, was ik net mijn eerste boek aan het schrijven. Ik vond het een leuke vorm, net omdat het zo anders is dan romanschrijven. Nieuwe dingen leren kennen, is altijd fijn.”
Wat is jullie brandstof om te blijven schrijven?
Michels: (denkt na) “De verveling. Als ik iets aan het doen ben, wil ik al snel overschakelen. Ik hou enorm van afwisseling. De ene dag in groot gezelschap, de andere dag alleen met de personages in mijn hoofd. Als ik heel veel onder mensen ben, dan ben ik ze snel beu. Dan wil ik me gelijk opsluiten en schrijven. Maar als ik dan te lang aan het schrijven ben, wil ik weer mensen ontmoeten.”
El Azzouzi: “Ik leef gewoon voor het schrijven. Ik onthoud alle dingen die me kunnen helpen iets te schrijven. Jullie karakter (wijst naar ons) heb ik meteen opgeslorpt. Bij mij is schrijven niet iets dat ik erbij neem. Het is een fulltime bezigheid, een passie.”
Hoe uiten jullie je liefde voor het Nederlands?
Michels: “Ik babbel heel veel en ik vind het ook leuk om Nederlands zo goed en zo mooi mogelijk uit te spreken. Het klinkt misschien narcistisch, maar ik hoor mezelf graag praten. Ik hoor ook andere mensen graag praten, al dan niet in een dialect. Mijn liefde voor het Nederlands is erg gelaagd.”
El Azzouzi: “Ik gebruik vooral een mix van modern Nederlands en straattaal. Nieuwe woorden zoals ‘drarrie’ zijn nu Nederlands geworden - dat gaat altijd zo blijven. Het is een kwestie van tijd vooraleer dat woord in de Van Dale komt te staan. Die mix heb ik ook in mijn romans proberen te verwerken.”
Hoe proberen jullie de liefde voor taal aan anderen over te dragen?
Michels: “Ik geef veel workshops en cursussen. Daar zeg ik aan mijn cursisten dat ze van hun woorden moeten proeven. Niet alleen op het vlak van uitspraak, maar ook op vlak van schrijven. Het geheel moet rollen, sprankelen.”
El Azzouzi: “Ze moeten mijn boeken maar lezen, hé (lacht). Workshops wil ik niet doen. Ik heb dat wel ooit eens gedaan: dat was tof, maar ik heb héél lang moeten voorbereiden. Het was een aangename groep, maar ik besefte nadien wel dat ik geen les wil geven. Ik wil gewoon schrijven. Iemand die les moet geven, is in mijn perceptie een mislukte schrijver. (tegen Carmien) In mijn perceptie hé.”
Michels: “Het is gewoon goed om voeling te houden: bij zo’n cursussen kom je mensen tegen die nooit met taal bezig zijn. Dat vind ik net interessant.”
El Azzouzi: “Perceptie is geen waarheid. Ik ben gewoon heel egoïstisch op dat vlak.”
Zou taal een grote rol gespeeld hebben als jullie een andere job zouden uitoefenen?
Michels: “Ik denk dat je daar toch onvermijdelijk op uitkomt. Als puber voelde ik dat er vanalles wrong. Op school kon ik dat en dat vak wel goed, maar ik vond ze saai. Die drang om je op een bepaalde manier te uiten… Ik denk dat, ook al was ik dokter geworden, dat ik dan uiteindelijk toch was beginnen schrijven.”
El Azzouzi: “Ik vermoed dan weer dat het voor mij gewoon een hobby zou zijn.”
Hebben jullie nog toekomstplannen of dromen?
El Azzouzi: “De beste schrijver worden… Of nee, dat ben ik al. (lacht) Nee, gewoon veel boeken blijven schrijven.”
Michels: “Ik vind het belangrijk om dingen te blijven doen die me verrassen. Samenwerkingen die ik nog niet verwacht bijvoorbeeld. Ik krijg vaak kriebels als ik twee jaar op voorhand dingen moet plannen.”
El Azzouzi: “Ik zie een samenwerking met Carmien wel zitten.”
Wie?
Carmien Michels * 24 jaar * Geboren in Leuven * Studeerde Woordkunst aan het Koninklijk Conservatorium in Antwerpen * Schrijft romans en theaterstukken (kersvers gezelschap ARType vzw) * Kijkt op naar Paul Auster en Roald Dahl * Romans: 'We zijn water' (2013) * Won de NRT Radioprijs voor haar (radio)documentaire ‘Een stofje in de eeuwigheid’ * Slam kampioene van Antwerpen en vice-kampioene van België |
Fikry El Azzouzi * 36 jaar * Geboren in Sint-Niklaas * Schrijft romans, columns voor De Morgen en theaterstukken (maakt deel uit van theatergezelschap SINCOLLECTIEF) * ‘Slachthuis Vijf’ van Kurt Vonnegut is een van zijn favoriete boeken * Romans: Het Schapenfeest (2010), De handen van Fatima (2013), Drairie in de nacht (2014) * Toneelstukken: IJdele dagen (2012), Troost (2013), The rumble in the jungle (2013), De handen van Fatma (2014) |
© 2015 – StampMedia - Tekst: Ismail Eddegdag en Ange-Vanessa Nsanzineza; foto's: Liesbeth Knaeps
Dit artikel verscheen eerst in PIDMAG, het magazine van StampMedia – Jaargang 3 Nr.9 p. 12-14
Dit artikel werd gepubliceerd door Allesoverjeugd.be op 18/04/2015