“Ik gebruik 3D-printing technologie om mijn dessertvormen te maken. Het duurde even vooraleer ik de 3D-printing technieken onder de knie had. De kennis van de software had ik al uit mijn studies architectuur, maar de ideale dessertmal moest ik nog zelf uitzoeken. Eerst creëer ik mijn 3D-model met designsoftware. Dan print ik dit model in plastic. Ten slotte gebruik ik het plastic 3D-model om een siliconevorm of mal te gieten. De allerlaatste stap in elk project is de fotoshoot en/of video-opnames.”
Waarom gebruik je siliconevormen?
“Ze zijn het gemakkelijkst voor mousse cakes. Voordat je een mousse cake bedekt met glazuur of velours moet je de cake bevriezen en pas daarna uit de vorm halen. Siliconevormen kunnen tegen deze koude temperaturen en zijn zo flexibel dat je de cake probleemloos kan verwijderen.”
Waar haal jij inspiratie voor je ontwerpen?
“Alles kan een inspiratie zijn. Voorwerpen, foto’s, boeken en zelfs verhalen. Het grootste deel van mijn inspiratie komt van verschillende kunstgenres. Ik ga naar zo veel mogelijk evenementen en kunsttentoonstellingen om nieuwe ideeën op te doen. Als architect ben ik mij van nature bewust van de vormen en figuren in mijn omgeving. Ook mijn designprogramma’s zijn een belangrijk onderdeel van mijn proces. Met deze programma’s kan ik vanaf nul een nieuw ontwerp creëren. Zelfs zonder inspiratie kan ik met software fantastische vormen ontwikkelen.”
Hoe heb je geleerd welke smaken en designs bij elkaar passen?
“Mijn background in de architectuur heeft bijgedragen aan mijn aanpak. Ik heb een unieke stijl ontwikkeld en mijn studies hebben mij geleerd hoe ik sierlijke, maar tegelijkertijd ook geproportioneerde objecten kan creëren. Ik werk altijd zowel aan de mal als aan het recept. De vorm en de inhoud van het dessert moeten bij elkaar passen. Als het een ‘block’ of zware mal is, dan is de cake compact vanbinnen. Maar bij een ‘cloud’ of luchtige mal is de textuur zacht en sponzig vanbinnen. Mijn mallen zijn vaak complex, daarom moet ik de recepten precies uitwerken, zodat de desserten niet vervormd zijn als ik ze uit de silicone mal neem.”
Hoe begon je liefde voor de patisserie?
“Ik hou van zoetigheden. Het begon allemaal als een hobby na het werk. Thuis cakejes bakken en smullen. Op dat moment werkte ik bij een designbedrijf als 3D-visualizer. Dan ben ik kooklessen gaan volgen om meer te leren over patisserie. De drang om zelf een dessert te ontwerpen werd alsmaar groter en enkele jaren geleden creëerde ik mijn eerste vorm.”
Op welke architectuur zijn je desserten gebaseerd?
“Ik kan geen specifieke architectuurstijl benoemen, maar ik hou van moderne architectuur. Vooral het minimalisme trekt mij aan. Minimalistische architectuur is een stijl waarin je enkel de belangrijkste elementen van het design laat zien. Het skelet en de geometrie van je figuur zijn zichtbaar. Al de rest valt weg. Ik probeer niet alleen desserten te maken, maar producten te ontwerpen waarin je de verschillende lagen en geometrische vormen kan ontdekken.”
Proef of eet jij je eigen creaties?
“Natuurlijk! Dat is de eerste regel van elke patisserie chef. Als ik een recept bedenk, moet ik het proeven. Een dessert moet niet alleen mooi, maar uiteraard ook lekker zijn.”
Welk dessert was tot nu toe het moeilijkste om te maken?
“Dat is zonder twijfel de Ruby cake. Aan dit dessert heb ik anderhalve maand gewerkt. De vorm ontwerpen alleen al was ingewikkeld genoeg. Het principe was om individuele taartjes met elk een aparte oriëntatie te creëren, maar toch als deel van een geheel. De Ruby cake bestaat uit roze, piramidevormige taartjes met elk een unieke kanteling.”
Zijn er andere dessertontwerpers zoals jij op de markt?
“Vele patissiers creëren hun eigen stijl. Uiteraard zijn er nog chefs die hun eigen vormen en recepten ontwerpen. Het kenmerkende aan mijn desserten is dat zij allemaal door mijzelf ontworpen zijn. Het zijn mijn ideeën en mijn creaties.”
Voor meer info: www.dinarakasko.com