Om zeven uur ‘s ochtends zijn de Gentse Feesten ver van uitgedoofd. De Vrijdagmarkt krioelt van studenten, te dronken om zich te storen aan de gebrekkige muzieksmaak van de dj. Even verderop staan Pete Gifford en zijn vriend Aart. Samen met enkele andere leden van de Evangelische Kerk Bourgoyen vergasten ze de dronken studenten op een tas koffie en het woord van God.

Wanneer een pastoor in iemands poep heeft gezeten, kan je hem niet verwijten dat hij God verwerpt. - Dries, student

Dries (21), student chemie, merkt op dat de koffie van het duo geen goede remedie is voor dronkenschap. “Cafeïne versterkt de uitdrogende werking van alcohol. Je zou ze beter water geven.”

Toch neemt ook hij een kopje aan. “Met alle respect,” zegt hij, “maar in mijn ogen hoeft dit niet. Zelf ben ik ook katholiek opgevoed, maar dat was volledig buiten mijn wil. Als het aan mij had gelegen, was ik nooit gedoopt geweest. De Kerk is een halve sekte.”

“Dit gaat niet over de kerk,” zegt Aart, “maar over God. Mensen zijn de laatste jaren enorm teleurgesteld in zijn volgelingen, waardoor ze God zelf ook onterecht gaan veroordelen.”

“Wanneer zo’n pastoor in je poep heeft gezeten, vind ik dat een normale reactie”, merkt Dries op. “Ik vind een geloof in God erg gemakzuchtig. Je moet zelf de verantwoordelijkheid opnemen voor de dingen die je doet, in plaats van God te vragen om vergiffenis.”

"God heeft me geholpen bij mijn persoonlijke strijd" - Aart, missionaris

“Maar God kan ook veel goed doen,” zegt Aart. “Vroeger was ik zoals de meeste mensen hier, of misschien nog erger. Ik was alcoholist en had niets aan Gods boodschap. Maar toen één van mijn beste vrienden bezweken is aan zijn verslaving, wist ik dat het anders moest. Ik heb de alcohol afgezworen. Dat was een strijd en God heeft me daar ontzettend mee geholpen.”

“Oh, maar je moet niet denken dat de mensen hier alcoholisten zijn, hoor. Tijdens de Gentse Feesten drinkt zowat iedereen een glaasje te veel, dat is normaal”, zegt Dries. “Doorgaans drink ik amper alcohol. Een jointje af en toe lust ik wel. Ik heb hier trouwens iets dat jullie kan interesseren.”

Dries tast in zijn zakken en haalt er zijn smartphone uit. Hij zet De Genezing op, een lied van de Antwerpse Reggaeband De Rupelsoldaten. “Dit lied stelt dat God een Ganja-man is (een man die Marijuana rookt en verkoopt, nvdr).” Na dit muzikale intermezzo drinkt Dries zijn kopje leeg, en neemt vriendelijk afscheid van de twee.

Hoe reageren mensen gewoonlijk op jullie boodschap?
Aart: “Meestal bedanken ze ons voor de koffie en komt er geen gesprek uit voort. Dat vinden we oké. We willen de mensen niet dwingen tot een gesprek over God. We willen vooral laten zien dat we er zijn. Om dit uur zijn de meeste mensen ook niet erg helder. Met deze jongen hebben we een goed gesprek gehad. Hij was het niet met ons eens, maar we zien het graag wanneer jonge mensen nadenken over de grote levensvragen. Sommige voorbijgangers hebben echter te veel gedronken en die zijn niet al te beleefd.”

Als mensen nu te dronken zijn voor een goed gesprek, waarom doen jullie dit dan tijdens de Gentse Feesten?
Aart:
“We doen dit ook op andere momenten, hoor. Soms staan we bijvoorbeeld aan een treinstation. Maar daar zijn de mensen veel minder bereid om over God te praten. Een dronken mens kan soms nuchterder over God praten dan iemand die niets gedronken heeft.”
Pete: “De mensen moeten het niet met ons eens zijn. Integendeel, de gesprekken zijn veel leuker wanneer je de gedachten moet volgen van iemand die niet gelooft. We willen vooral zien dat ze erover nagedacht hebben. Zo heb ik gisteren gepraat met een jongen die me het volgende zei: ‘Als God almachtig is, en volledige controle heeft over de schepping, waar is dan mijn vrije wil?’ Dat vond ik een erg interessante vraag, waarop we niet meteen een antwoord hebben.”

"Mensen moeten het niet met ons eens zijn." – Pete Gifford, missionaris

Een koppeltje vraagt de twee om een kopje koffie. Het meisje wil betalen, maar Aart verzekert haar ervan dat het gratis is. De lichtjes aangeschoten jongen merkt Aarts Nederlandse tongval op.

“Een Hollander?! Jullie zijn niet welkom hier, op de Feesten. Je moet een oranje T-shirt dragen, zodat iedereen weet wat voor een vuile Hollander je bent.”

Het meisje wijst naar zijn rosse haren. “Och jongen, je bent zelf oranje. Kom, laat die mensen met rust.”

“Nee, wacht! Ik heb juist een interessant gesprek.”

Het meisje laat zijn hand los en besluit alleen voort te gaan. De jongen roept nog even haar naam na, en wanneer hij geen reactie krijgt, besluit hij haar achterna te lopen.

Hoeveel van de gesprekken zijn er van dit genre?
Pete:
“Och, daar valt moeilijk een procent op te plakken. Een aanzienlijk deel, maar dat is niet erg. We zijn er om de mensen te tonen dat er meer is in deze wereld dan enkel negativiteit. Dat is belangrijk. Vroeger heb ik biologie gestudeerd. Die wetenschap stelt dat al het leven op aarde uit niets is ontstaan. Dat onze levens niet meer zijn dan toeval. Filosofisch gezien is dat zo… leeg. Daarom ben ik blij dat we God hebben. Zo heeft ons leven zin.”

"Zonder God berusten onze levens op toeval. Filosofisch is dat leeg." – Pete Gifford

Ondanks verdere beledigingen van voorbijgangers blijft het duo opmerkelijk positief. “Het is ontzettend moeilijk om aan iemand die niet gelooft uit te leggen wat ons motiveert”, zegt Aart. “En dat begrijp ik. Vroeger wist ik ook niet wat ik miste. Maar nu ben ik blij dat ik God heb.”

De ochtendzon klimt omhoog, net als het alcoholpercentage van de laatste voorbijgangers. Verderop is een man tegen een stelling zijn wijn in water aan het veranderen. Een mirakel, vers uit zijn gulp. Maar je krijgt er wel 60 euro boete voor.

© 2013 - StampMedia / Mediaraven - Ruben De Keyzer