In 2015 overwoog wereldwijd twintig procent van de jongeren om te migreren vanwege hoge jeugdwerkloosheidcijfers in hun vaderland. Een deel van hen zal uiteindelijk ook de stap zetten en vertrekken. We zochten enkele jongeren in België die dat deden en luisterden naar hun verhaal. 

Jongeren die hun thuisland achterlaten, hebben allen een eigen verhaal, en maken de keuze om hun dromen na te jagen, om meer kansen te krijgen, op zoek naar stabiliteit en een ruimer toekomstperspectief. Sommigen van hen komen in België terecht, zoals João Loureiro (29) uit Portugal, Fiobos Gkoubras (23) uit Griekenland, Roxana Rădulescu (27) uit Roemenië en Ihor Biloushchenko (32) uit Oekraïne.

Erasmusliefde

João Loureiro (29) vertrok vijf jaar geleden uit Portugal naar België. Twee jaar eerder had hij een Belgisch meisje leren kennen dat in Portugal op Erasmus was. Zij keerde terug naar België en het koppel onderhield een lange-afstandsrelatie.

“Na twee jaar was het duidelijk dat het zo niet verder kon. Toen ik die zomer op vakantie was in België, beslisten we om samen te gaan wonen. De keuze wie zou verhuizen was snel gemaakt: ik zou verhuizen, want in België is er meer werk, meer werkzekerheid en zijn de loonvoorwaarden beter dan in Portugal. In Portugal moet je het werk aannemen dat er is, ook al heb je totaal iets anders gestudeerd. Veel jongeren komen zo in de horeca terecht. De loonkloof tussen de meestverdienende en de minstverdienende in een bedrijf is er enorm. De meestverdienende verdient soms dubbel zo veel als de minstverdienende in eenzelfde bedrijf.”

Ook op de Portugese regering heeft Loureiro kritiek: “Die werkt niet toekomstgericht. De regering kijkt alleen naar de eerstkomende vier jaar, zodat er om de vier jaar andere wetten inzake werkgelegenheid zijn.”

Fiobos Gkoubras (23) uit Griekenland kwam twee jaar geleden naar België op zoek naar werk. “In Griekenland moet je vaak mensen kennen die je aan werk willen helpen, alvorens je aan werk geraakt. Bij sollicitatiegesprekken wordt ook vaak gediscrimineerd op basis van uiterlijk, gedachtegoed, enzovoort. Bovendien zou ik graag muziek studeren. Dat is in België makkelijker. In Griekenland bepaalt een staatsexamen of je hoger onderwijs mag volgen.” Gouvras koos voor België, omdat zijn moeder hier al woonde.

Doctoraat op het oog

Ook doctoraatsstudenten verhuizen naar België, omdat ze denken dat ze zich daar beter kunnen ontwikkelen. Roxana Rădulescu (27) komt uit Roemenië en was 24 toen ze naar Brussel verhuisde om een master Artificiële Intelligentie (AI) aan de Vrije Universiteit Brussel (VUB) te volgen. Een doctoraat na die master had ze op het oog.

“Op een universiteitsbeurs in Roemenië kwam ik in contact met de VUB. Ik koos voor die universiteit omdat het studieprogramma me erg aansprak en de studie veel goedkoper is dan in het Verenigd Koninkrijk. In Roemenië stond AI toen nog in zijn kinderschoenen.”

(Foto © Iris De Bondt) Roxana Rădulescu (27) kon dankzij de steun van haar ouders naar België vertrekken. (Foto © Iris De Bondt)

Het is ook dankzij haar ouders dat Rădulescu in het buitenland kon studeren. “Als mijn ouders niet bereid waren geweest om mijn masterstudies en huisvesting in Brussel te betalen, dan was ik nooit vertrokken. Zo kon ik me volledig focussen op mijn studies en moest ik niet werken om huisvesting, eten enzovoort te betalen.”

Ook Ihor Biloushchenko (32, Oekraïne) kwam negen jaar geleden naar België met het oog op een doctoraatsstudie. “Europa biedt meer kansen op vlak van studies en wetenschap dan Oekraïne. In Europa wordt veel in het Engels gecommuniceerd en geschreven. Dat leidt tot veel uitwisseling van informatie. In Oekraïne daarentegen wordt voornamelijk in het Russisch of Oekraïens geschreven. De wetenschap is er dan ook niet up-to-date. In Europa is de wetenschap bovendien productiever. Je wordt gedwongen om iets nieuws te vinden en bedrijven maken gebruik van je nieuwe bevindingen. In Oekraïne en Rusland gebeurt dat veel minder.”

Toekomst

Niemand heeft plannen om in de toekomst weer in zijn vaderland te gaan wonen. Loureiro sluit niet uit dat hij en zijn vriendin ooit emigreren, maar dan zal het waarschijnlijk naar een plek buiten Europa zijn.

Rădulescu weet niet zeker of ze na het behalen van haar doctoraat in Brussel zal blijven. “Ik woon samen met mijn vriend en heb vrienden hier. Vertrekken en alles achterlaten zou wel erg moeilijk zijn. Dat zal afhangen van mijn sociale leven.”

Biloushchenko denkt niet dat hij ooit weer in Oekraïne zal gaan wonen. “De politieke situatie is er niet stabiel en dat zal, denk ik, de komende twintig jaar niet verbeteren.” Hij heeft ook niet het idee dat hij in Oekraïne op z’n minst evenveel kansen zal hebben als hier. “Wel wil ik er misschien heen als gastprofessor: ik wil graag de nieuwe informatie uit Europa inzake psycholinguïstiek doceren aan Oekraïense jongeren in hun moedertaal.”

© 2016 – StampMedia – Iris De Bondt



Dit artikel werd gepubliceerd door Allesoverjeugd.be op 11/10/2016
Dit artikel werd gepubliceerd door MO* - online op 20/10/2016