Het Europese Hof voor de Rechten van de mens besliste dat de Europese lidstaten bloeddonors die een hoger risico op onder meer HIV besmetting lopen, mogen weigeren. Homo's vallen daardoor uit de boot als bloeddonor. Zo ook Jonathan (21), maar hij vindt dat niet erg.  

Ik ben een 21-jarige jongeman uit het Antwerpse. Student, actief in verschillende verenigingen en organisaties, en in een zeer gelukkige relatie met een 22-jarige man.

Ik mag geen bloed geven. En met mij alle Belgische mannen die sinds 1977 nog seks hebben gehad met geslachtsgenoten, dixit de vragenlijst. De regel is zo oud als de straat, maar kwam afgelopen week weer in het nieuws. Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens gaf een Franse homoman ongelijk en oordeelde dat Europese lidstaten homoseksuele mannen mogen weren van als bloedgever.

En ik vind dat niet erg.

De uitspraak van het Hof werd uitgespuwd door homomannen, sympathisanten en verenigingen in heel Europa. De regel zou hopeloos verouderd en achterhaald zijn en indruisen tegen de open, gelijke samenlevingen die staten als de Belgische in stand willen houden. Onze vijf euro voor de Rode Kruis-sticker willen ze wel, maar ons bloed, dat is kwaadaardig.

Grens trekken

Maar de cijfers liegen niet. 1 op de 5.000 heteromannen heeft HIV, tegenover 1 op de 20 homomannen. Bovendien kan HIV pas drie weken na de besmetting in het bloed opgespoord worden. Dat maakt het er niet makkelijker op.

Bovendien heeft Çavaria, de Vlaamse koepelorganisatie voor holebi- en transgenderverenigingen, de uitspraak niet veroordeeld. De organisatie verdedigt die zelfs. Het Rode Kruis heeft wel, lichtjes geïrriteerd, aangegeven open te staan voor een debat met ideeën en voorstellen.

En wat met het homokoppel dat al jaren een volkomen monogame relatie leeft? Waarom mogen zij geen bloed geven? Helaas pindakaas, heren. U betaalt het gelag voor een kleine minderheid. Is dat gerechtvaardigd? Nee, een kleine groep die opdraait voor de misstappen van een grote is niet het summum van rechtvaardigheid. Maar de grens mag niet virtueel zijn en moet ergens getrokken worden. Beter voorkomen dan genezen, wordt er gedacht.

"Lieg dan gewoon"

Vorig jaar klampte een medewerker van het Rode Kruis me aan. Of ik bloed wilde geven. Ik zei dat ik dat niet mocht vanwege mijn geaardheid, maar de medewerker liet zich niet vermurwen: "Lieg dan gewoon bij die vraag op de lijst, ze zien het toch niet aan u", klonk het.

Daarvoor heb ik toch vriendelijk bedankt. Ik aanvaard dat mijn bloed niet welkom is, en ik ga er zeker niet voor liegen over mijn geaardheid. Excuseer, maar zoveel betekent dat ook niet voor mij. Ik mag trouwen, kinderen krijgen en netjes belastingen betalen. De situatie is niet perfect, maar ik heb bitter weinig te klagen. En no hard feelings, Rode Kruis: mijn Wickie de Vicking-sticker prijkt al sinds vorig weekend aan mijn raam.

© 2015 – StampMedia – Jonathan Hendrickx



Dit artikel werd gepubliceerd door Opiniestukken.nl op 03/05/2015