Duizenden Rwandezen kwamen het voorbije weekeind samen in Amsterdam om 'Rwanda Day' te vieren. Belangrijkste gast was niemand minder dan president Kagame zelf. Hij kwam de economische opmars van zijn land toelichten. VRT-journalist Peter Verlinden volgt Rwanda al jaren en ziet de toekomst minder rooskleurig.

Rwanda Day is ontstaan als interactieplatform tussen de Rwandese regering en de talloze uitgeweken Rwandezen, de zogenaamde diaspora, die sinds de genocide elders wonen. Het belangrijkste doel van deze bijeenkomst is het verkennen van hoe de diaspora kan bijdragen tot de socio-economische groei van Rwanda.

Die opmars is, althans op papier, indrukwekkend te noemen. Het land realiseerde vorig jaar een economische groei van 7%. Het zijn cijfers waarmee president Kagame kon uitpakken tijdens Rwanda Day. Indicatoren omtrent armoede, gezondheid en economie bewegen in de juiste richting. Mensenrechtenorganisaties constateren echter ernstige inbreuken op fundamentele politieke rechten als vrijheid van meningsuiting, persvrijheid en het menselijk behandelen van gevangenen.

Zo publiceerde Human Rights Watch naar aanleiding van Rwanda Day een striemend rapport over het detentiecentrum Gikondo. Volgens dat rapport worden in deze gevangenis mensen vastgehouden zonder enig wettelijk kader. Dat geeft de Rwandese regering trouwens toe. Vaak zijn het armen, bedelaars en sekswerkers die willekeurig worden opgepakt door de politie. De omstandigheden in Gikondo zijn volgens het rapport mensonwaardig.

Alleen schijn

Afrikakenner en VRT-journalist Peter Verlinden kan uit eigen ervaring meespreken over die restrictieve aanpak van het Rwandese regime. Sinds 2008 krijgt hij bijvoorbeeld geen visum meer na kritische uitlatingen over het Kagame-bewind. Hij deelt het enthousiasme over de positieve socio-economische cijfers allerminst.

peter verlinden Peter Verlinden (© VRT)

"Die zogenaamde economische vooruitgang is enkel schijn. Slechts een kleine elite plukt daar de vruchten van. De kloof tussen arm en rijk in Rwanda is immens. Er zijn arme mensen die nu meer honger lijden dan vóór de genocide in 1994. Zij merken weinig tot niets van de economische groei", vertelt Verlinden, "Rwanda Day is dan ook niets meer dan een propagandadag om de regering-Kagame in een positief daglicht te stellen."

Hoewel die genocide intussen meer dan 20 jaar geleden is, bepaalt de gruwel nog altijd de dagelijkse gang van zaken in Rwanda. "Er is geen sprake van verzoening tussen de verschillende bevolkingsgroepen. De etnische zuivering heeft een zeer diepe kloof geslagen in de Rwandese samenleving. De slachtpartijen waren trouwens niet gedaan in 1994. Het regime heeft sindsdien méér doden gemaakt dan tijdens de genocide", stelt Verlinden.

Westerse geldschieters

Ondanks de kritiek ontvangt Rwanda in verhouding tot het aantal inwoners de grootste som ontwikkelingsgeld van de hele wereld. Maar liefst 40 tot 50% van hun inkomen bestaat uit Westerse geld. Ook België stopt een aanzienlijk bedrag in Rwanda. In de periode 2011-2014 doneerde de Belgische regering maar liefst 160 miljoen euro. Het is daarmee, na Congo, de grootste slokop van ons ontwikkelingsbudget.

Geeft ons dat het recht om de Rwandese regering op de vingers te tikken voor hun restrictief en dictatoriaal beleid? Volgens Peter Verlinden wel. "Sowieso hebben landen zich te houden aan bepaalde universele waarden. Het is niet omdat het om binnenlandse aangelegenheden gaat, dat je geen kritiek mag uiten. Als je daarenboven een smak geld geeft aan zo'n land, is het maar logisch dat je wilt weten of dat geld goed besteed wordt."

Een deel van de ontwikkelingshulp gaat naar specifieke projecten, zoals bijvoorbeeld de bouw van ziekenhuizen en scholen. Globaal gezien gaat het merendeel van de giften echter integraal naar de beleidsbepalers in Rwanda. "Op die manier kun je stellen dat het Westen de alleenheerschappij van een zeer kleine elite financieel steunt. Kagame en de zijnen doen met dat geld wat ze willen", zegt Verlinden.

Ontwikkelingshulp uit schuldgevoel

De factor 'schuldgevoel' speelt ongetwijfeld een rol bij het blijven toekennen van financiële steun aan Rwanda. "Het Westen had die genocide kunnen en moeten tegenhouden. Kagame heeft ooit letterlijk gezegd dat Frankrijk actief heeft deelgenomen aan de genocide, België passief. De keerzijde is dat Kagame alle internationale pogingen tot interventie heeft geblokkeerd. Het FPR, de partij van Kagame, had nooit op democratische wijze verkozen kunnen worden. Dat kon alleen via een militaire coup", verklaart Verlinden.

Ondanks de positieve berichtgeving omtrent Rwanda Day, heeft het land nog een lange weg te gaan. Van de economische groei profiteren alleen de rijken. Van democratie is geen sprake.

© 2015 – StampMedia - Wout Donckers