Als tegenreactie op haatberichten tegen moslims en vluchtelingen, is er nu de blog Welkom in Warm Vlaanderen. Die nagelt, als statement, extreme Facebook-haatberichten publiekelijk aan de schandpaal. “Het toont aan dat alledaags racisme steeds meer aanvaard wordt.”  

Op Facebook, Twitter en andere sociale media verschijnen steeds meer haatberichten tegen moslims en vluchtelingen. De blog Welkom in Warm Vlaanderen, die eerst begon als grap, wil dat probleem aankaarten. De initiatiefnemer, die anoniem wenst te blijven, zet extreme haatberichten die op openbare Facebookpagina’s werden geplaatst op zijn blog.

Post 5

“Ik wil mensen laten nadenken over waarom ze daar terecht zijn gekomen”, legt de blogger uit. Die zet de berichten met naam en foto op zijn pagina. De blogger vindt dat redelijk onschuldig: “Alle posts en profielen zijn openbaar te lezen. Wanneer je wenst moslims uit te roeien, is er een groot probleem.”

“Ons land zuiveren”

Maar wat staat er dan in die berichten op die haatpagina’s? “Vaak roepen ze op tot het uitroeien van moslims of het dumpen van vluchtelingen in de zee”, legt de blogger uit. “Soms noemen ze moslims ook kakkerlakken of bruin gespuis. Het gaat dus om extreme posts die haat zaaien.”

Post 1Post 2

Wanneer je de blog Welkom in Warm Vlaanderen bekijkt, wordt het meteen duidelijk hoe extreem die Facebookberichten zijn. Zo staat er in één bericht: "Ze hebben die linkse zakkenvullers partijen te veel hun gedacht laten doen. Geef iedere Belg een shotgun en trek ten strijde om ons land te zuiveren van die zandratten." Een ander bericht pleit ervoor om alle moskeeën in Vlaanderen te bombarderen. Anderen stellen voor om vluchtelingen naar de gaskamers van Auschwitz te brengen.

Post 6Post 4Post 3

“Dit is geen fait divers”, duidt de initiatiefnemer. “Het toont aan hoe weinig er nodig is om sommige mensen tot dit soort uitspraken te verleiden. Het zijn soms niet de minste: er prijken ook medewerkers van politieke partijen op mijn blog.”

Confrontatie opzoeken

Maar waarom posten die gebruikers zo’n reacties?  “Meestal zoeken mensen op het internet met opzet de confrontatie op”, legt Anna Berbers (KULeuven) uit. De onderzoekster volgde verschillende online fora op, waar autochtone Belgen en Nederlanders in hevige – en vaak niet zo mooie – discussies traden met Belgische en Nederlandse moslims. “Die personen hebben in de eerste plaats al een negatieve mening over moslims”, gaat Berbers verder, “ze zoeken een plaats waar ze die mening kunnen uiten.”

Die plaats is vaak het internet. Berbers: “Mensen voelen zich daar veiliger om die berichten de wereld in te sturen. Vooral omdat ze er een groep van gelijkgestemden vinden of anoniem die reacties kunnen plaatsen.”

“Ze komen ermee weg”

De berichten die Welkom in Warm Vlaanderen publiceert, worden publiekelijk op Facebookpagina’s geplaatst. “Mensen doen het zelfs met naam en toenaam, omdat ze weten dat ze ermee wegkomen”, vertelde activist en diversiteitsconsulent Omar Ba over het probleem in een artikel in De Morgen. “Zulke walgelijke racistische commentaren moeten gewoon worden verboden, maar in het huidige maatschappelijke klimaat lijkt niemand ze ernstig te nemen."

“Haatberichten krijgen online zo goed als vrij spel”, stelt Els Keytsman, codirecteur van het Interfederaal Gelijkekansencentrum Unia. “Vooral op Facebook is het moeilijker om zo’n pagina neer te halen. Maar dat hate speech online toeneemt, toont vooral aan dat alledaagse racisme meer aanvaard wordt.”

Steeds meer haatpagina’s

Ook de blogger van Welkom in Warm Vlaanderen merkt dat racisme op het internet toeneemt. “Er ontstaan steeds meer extreme haatpagina’s. Vooral in kleine regio’s zoals Koksijde en Bredene, waar amper moslims wonen. Omdat die inwoners weinig contact hebben met moslims, zijn die niet meteen het prototype om extreemrechtse racist te worden. Maar dat worden ze net wel door de invloed van die andere haatpagina’s.”

Ook het Interfederaal Gelijkekansencentrum Unia merkt dat hate speech op sociale media toeneemt. “Het aantal haatboodschappen lag nog nooit zo hoog. In 2015 kregen we 30% meer meldingen binnen van hate speech. Vooral het aantal meldingen van haatberichten op het internet nam toe”, legt codirecteur Els Keytsman uit.

Extremer nadenken

“Zo’n Facebookpagina kan inderdaad mensen extremer doen nadenken over moslims en vluchtelingen”, bevestigt onderzoekster Anna Berbers. “Maar sociale media zijn niet de oorzaak van het probleem. Ze versterken alleen maar onze mening”, legt ze uit. “Wanneer we opgroeien, krijgen we door onze opvoeding mogelijk een negatief beeld over moslims mee. Dat beeld kan verschillen: van een klein beetje negatief tot veel negatiever. Maar later kunnen sociale media die houding versterken en mensen dus nog negatiever doen nadenken over moslims of vluchtelingen.”

Dat die pagina’s onze mening kunnen versterken, maakt ze volgens Berbers net zo gevaarlijk. “Mensen zoeken meestal bevestiging voor hun eigen standpunt. Dat doen die gebruikers natuurlijk ook op die Facebookpagina’s. Maar wanneer ze daar in contact komen met extremere meningen, leidt dat ertoe dat ze zelf ook extremer over die onderwerpen gaan nadenken.”

Discussiëren of rapporteren?

Maar hoe moeten we nu met die extreme Facebookpagina’s omgaan? “Discussiëren werkt niet”, vertelt de anonieme blogger. “Die groepen bannen iedereen die hen tegen spreekt. De pagina bij Facebook rapporteren, werkt dan weer wel. Zo zijn een paar pagina’s die ik voor mijn blog volg al verscheidene keren offline geweest.”

Codirecteur Els Keytsman raadt mensen wel aan om op die berichten in te gaan. “Vaak gebruiken zo’n posts verkeerde informatie. Wij raden mensen aan om dan counter speech te geven. Zoek de juiste informatie op en plaats die eronder. Maar meld het bericht ook zeker aan Twitter en Facebook”, zegt Keytsman.

© 2016 – Stampmedia – Matthias Vanherle



Dit artikel werd gepubliceerd door Newsmonkey.be op 20/05/2016
Dit artikel werd gepubliceerd door De Wereld Morgen op 20/05/2016
Dit artikel werd gepubliceerd door Het Laatste Nieuws op 21/05/2016
Dit artikel werd gepubliceerd door Apache.be op 24/05/2016
Dit artikel werd gepubliceerd door KifKif.be op 20/05/2016