Afgelopen zomer verongelukten drie Vlaamse meisjes op de Boliviaanse zoutvlakte Uyuni. Een paar weken later werd ook Evelyne (22) er geconfronteerd met onverantwoord rijgedrag. Wat toekomstige toeristen best weten voor ze de Boliviaanse zoutvlakte bezoeken, vat ze daarom hier even voor ons samen. “De mentaliteit rond drinken en rijden zit goed fout in Bolivia en daar gaat niet direct iets aan veranderen", vreest ze.
Salar de Uyuni, de zoutvlakte van Bolivia. Een plek die je waarschijnlijk kent van één van de vele optische illusiefoto's of misschien beter gezegd, één van die vele mislukte optische illusiefoto's. Begin september plande ik samen met m'n vriend een tripje naar diezelfde zoutvlakte, een poging om het beter te doen zeg maar.
Een dikke drie jaar geleden werd ik zowel verliefd op Bjarne als Bolivia. De twee B's die op dat moment moeilijk te combineren waren omdat ik in die tweede B een jaar van mijn leven zou spenderen. Ik leefde er bij een fantastisch gastgezin in Tarija, het zuiden van Bolivia en wist meteen dat het afscheid in 2013 geen definitief afscheid zou zijn.
Drie jaar later kreeg ik het eindelijk voor elkaar de twee te verenigen: ik zou Bjarne laten kennis maken met het land, de cultuur, de mensen en het eten waar ik zo van was gaan houden. Midden augustus vertrokken we voor een maandje naar de andere kant van de wereld.
Landen deden we in Santa Cruz de la Sierra, daarna trokken we verder naar Cochabamba, Tarija en La Paz. Dan zouden we de zoutvlakte intrekken om vervolgens af te sluiten met een tripje naar de steden Potosí en Sucre. Maar het was vooral die zoutvlakte waar Bjarne zo naar uitkeek.
Veiligheid is niet zo vanzelfsprekend
In Tarija hielp mijn gastmama ons met het vinden van een "veilige organisatie". Het houdt eigenlijk in dat ze je meesturen met een verantwoordelijke chauffeur, iets dat dus blijkbaar niet vanzelfsprekend is. Raar. Tijdens de driedaagsetrip die de meeste toeristen kiezen, bezoek je naast de zoutvlakte ook nog het niet zoutige landschap met onder andere een rood en groen meer, massa's flamingo's, een vulkaan en een geiser. Maar belangrijker nog: gedurende die drie dagen hang je volledig af van je chauffeur, die je samen met een vijftal andere toeristen in een jeep zal rondrijden naar al dat moois.
Behalve mijn gastmama raadde ook onze reisgids aan om niet zomaar met eender elke organisatie de Salar in te trekken. Enkele tips moesten daarbij helpen, zoals bijvoorbeeld je chauffeur op voorhand een beetje leren kennen en inschatten.
In het indrukwekkende La Paz regelden we via Whatsapp een tour met de organisatie Gissele Tours, een gebruikelijke manier om dat te doen in Bolivia zo bleek. Vanuit La Paz namen we een nachtbus tot Uyuni, de stad die als poort naar de zoutvlakte dient, zeg maar. Daar kwamen we in de hele vroege ochtend aan, maar werden we meteen uit de koude gehaald door uitbaatster Sandra en chauffeur van dienst, Ramiro.
Ze brachten ons naar een ontbijtplek, het enige dat open was op dat onmenselijk vroege uur, waar we de tafel deelden met Christian en Silvia. Een Duits-Mexicaans koppel die we "overtuigden" mee te gaan in onze "veilige" jeep. Toen een beetje later ook het Italiaanse koppel Maria en Gerry instapten, konden we vertrekken.
“Ramiro the Hero”
De eerste dag zagen we zout. Veel zout. Een prachtig, oneindig lijkend wit landschap, overal om je heen. Onbeschrijfelijk bijna. Ook voor Ramiro. Hij was geen professionele gids en terwijl wij uitstapten om onze verplichte toeristenfoto's te trekken, bladerde hij stiekem snel in zijn infoboekje over de zoutvlakte. Toen we weer instapten, somde hij braaf zijn lesje op. En zoals het bij de beste spreekbeurten al wel eens misloopt, raakte ook Ramiro soms de draad kwijt. Maar dat vergaven we hem, omdat hij een sympathieke chauffeur was, die bovendien ook nog eens lekker voor ons kookte. Na een perfect gegaard kippenfiletje op zo'n 4000 meter hoogte en een gezellig cocatheemomentje met ons jeepgezelschap, besloten we in ons zouten bed te kruipen. De volgende dag zou Ramiro ons namelijk om zeven uur alweer op sleeptouw nemen.
De volgende ochtend stonden andere jeeps op het punt te vertrekken en ging Christian vragen naar Ramiro. Die hadden we nog niet zien verschijnen aan onze ontbijttafel. De hoteluitbater, die later ook de nonkel van onze chauffeur bleek te zijn, vertelde ons dat er in de late avond een jeep vol toeristen zich had vastgereden en dat Ramiro hen was gaan helpen. "Ramiro the Hero", besloten we, want wat zou je zelf willen, moest je vastzitten ergens in het midden van al dat zout?
Een halfuurtje later dan gepland, kwam Ramiro opgewekt aan. "Oh amigos, bedankt om op mij te wachten, om dit goed te maken toon ik jullie vandaag een extra plekje, eentje waar de andere toeristen niet gaan stoppen". Goede deal, dachten wij, en we vergaven hem. Even later kwam hij z'n belofte ook meteen na, al was het niet meteen het plekje waar wij op hadden gehoopt...
Kortsluiting in mijn hoofd
Ik hoorde hoe Maria en Christian, die op dag twee onze plek in de omgebouwde, maar net iets te kleine koffer overnamen, verbaasd waren over de schokken die je vanachter in de auto duidelijk harder voelde. Bjarne voegde er verbaasd aan toe dat dat gisteren niet het geval was en nog voor ik het hele gesprek aandachtig had geanalyseerd, voelde ik de wagen omkantelen.
Ramiro lag te slapen op zijn stuur. We gunden hem niet lang en begonnen te gillen dat hij naar links moest rijden, terug de verhoogde weg op. Hij schoot wakker en draaide net op tijd aan zijn stuur. Niets gebeurd, dacht hij en wilde liefst van al gewoon meteen verder rijden. Toen ik Silvia, die zich vooraan naast de chauffeur had gezet omdat ze zich sinds de vorige avond wat misselijk voelde, hoorde roepen dat Ramiro simpelweg straalbezopen was, ontstond er een kleine kortsluiting in mijn hoofd.
Zwart op wit stond er tussen mijn Whatsappberichten de belofte om voor een voorzichtige, maar vooral nuchtere chauffeur te zorgen en hier stonden we dan, in the middle of nowhere, zonder bereik, maar op z'n minst naast de jeep, met de autosleutels in Christians handen.
Samen met Christian en Silvia, de enige andere Spaanstaligen van het gezelschap, begonnen we de weinige passerende auto's te stoppen. Toen de eerste auto ons erop wees dat we geluk hadden dat Ramiro het geen enkele kilometers langer had volgehouden, omdat we dan meteen een angstaanjagend aantal meters het ravijn waren ingestort, moesten we toch even slikken.
“Ramiro the Drunk”
We legden hen uit dat onze chauffeur er de hele nacht had over gedaan om het aantal promille in z'n bloed serieus te doen stijgen (en dus niet was vertrokken om één of andere jeep met gestrandde toeristen te gaan helpen).
Ramiro the Drunk, niet meer dan dat betekende hij toen nog voor ons. Maar we zaten er wel mee en we moesten eerst en vooral zien terug te geraken in Uyuni. Want zin in de rest van de trip verdween met elke loze bekentenis en excuus van Ramiro almaar meer.
Twee uur lang zaten we afwisselend bang, boos en opgelucht te wachten op een nieuwe jeep met chauffeur. Naast een frisse chauffeur kwam ook Sandra uiteindelijk aan. Zij probeerde ons tot de laatste minuut te overtuigen de tour verder te zetten, want "uiteindelijk hadden we toch een fijne eerste dag gehad" en "was er toch niet echt iets gebeurd".
Woorden die me ontzettend kwaad maakten, maar Gerry overtuigde me om zo snel mogelijk in te stappen in de jeep van de nieuwe chauffeur. Sandra liet zich naar Uyuni rijden door Ramiro. Ons niet gelaten. Alleen moesten we haar verbieden ook haar kind mee te nemen in een jeep waar de alcoholgeur niet meer te ontkennen viel. Ongelofelijk.
Onverantwoord
Aangekomen in Uyuni, zo'n drie uur later, was het alsof zich één of andere cliché actiefilm voor me afspeelde. Sandra, die intussen besefte dat ze haar leven op het spel had gezet door met Ramiro terug te rijden, had het geld niet om ons terug te betalen Ramiro had zijn deel al lang opgezopen. Toen de Duitse Christian de woorden "je krijgt een uur om het geld bij elkaar te sprokkelen" uitsprak, begon ik de hele situatie bijna komisch te vinden. Nog geen halfuur later hadden we ons geld terug.
Voor ons was het belangrijkste dat Ramiro gestraft zou worden voor zijn vreselijk onverantwoorde daad. Die hoop verdween toen we hoorden dat hij bij een andere organisatie net was buitengevlogen, om gelijkaardige feiten en dat het gek was dat het op dag twee al zover was gekomen, want "normaal vliegen de chauffeurs pas de tweede avond in de drank".
Dat we niets konden doen, werd ons duidelijk nadat ook de politie ons niet serieus nam. Ze lieten onze verklaring opschrijven in een of ander gekreukt schoolschriftje waar drie jaar eerder voor het laatst een oproep naar een gestolen camera werd neergepend.
Daar stonden we dan, gefrustreerd, en de andere twee koppels vooral popelend om de Boliviaanse grenzen zo snel mogelijk weer over te steken. Begrijpelijk als dit een eerste kennismaking was.
Onze chauffeur was een arme stakker, die een mooie som geld had kunnen binnenhalen voor zijn (veel te jonge) vrouw en kinderen, maar hij dronk zo goed als elke cent op. Het zou me niets verbazen moest Ramiro ondertussen alweer bij een andere, of misschien zelfs dezelfde organisatie aan de slag zijn.
Geen echte oplossingen?
De mentaliteit rond drinken en rijden zit goed fout in Bolivia en daar gaat niet direct iets aan veranderen, vrees ik. Echte oplossingen zijn er niet, of toch moeilijk haalbaar. Tenzij je in dezelfde ruimte wil slapen met je chauffeur of we vanaf heden massaal moeten wegblijven van Uyuni en haar zoutvlakte.
Zolang ze niet beseffen hoe verschrikkelijk het is dat andere toeristen het onverantwoorde rijgedrag van hun chauffeur niet overleven - zoals de Belgische Tess, Charlien en Ann-Sophie een dikke maand geleden - is het niet 100% veilig en durf ik zeggen dat je er beter ver van wegblijft. Hoe prachtig het daar ook is...
© 2016 – StampMedia - Evelyne Dockx