Dit weekend komen we te weten of een Antwerpenaar in de prijzen valt op het filmfestival Fespaco in Burkina Faso. Adams Mensah (25) maakte een documentaire over de terugkeer naar zijn herkomstland Ghana, om zijn zieke moeder te bezoeken. ‘Ik probeer met een persoonlijk verhaal herkenbaarheid te creëren voor de kijker.’

Op 25 februari start in de Burkinese hoofdstad Ougadougou de 25ste editie van het filmfestival Fespaco, ook gekend als de Afrikaanse Oscars. Het Panafrikaanse Festival voor Film en Televisie vindt iedere twee jaar plaats en wordt gezien als één van de grootste filmgebeurtenissen op het Afrikaanse continent.

Voor deze editie werden drie Belgen genomineerd: Idriss Gabel met Kolwezi on air, Thierry Michel met L’homme quie repare les femms – La Colère d'Hippocrate en de Antwerpenaar met Ghanese roots Adams Mensah met zijn documentaire Me a Belgian, my mother a Ghanaian. Mohamed Barrie vroeg die laatste wat zijn verwachtingen zijn.

 

Hoe voelt het om met jouw documentaire geselecteerd te zijn voor dit festival?

‘Ik ben enorm blij dat mijn documentaire één van de 150 geselecteerde films is uit de 1500 inzendingen. Na de selectie voor het Zanzibar International Film Festival hoopte ik stiekem dat mijn film nu ook geselecteerd zou worden. In Zanzibar viel de docu twee keer in de prijzen. Ik sprak er met één van de vertegenwoordigers van Fespaco en zo ging de bal aan het rollen. De vertegenwoordiger liet me weten dat ik kans maakte, na lang in spanning af te wachten kreeg ik in januari te horen dat ik er tussen zat. Een moment van ontlading.’

Dit is niet de eerste internationale erkenning van je film?

‘Neen. Na het Zanzibar International Film Festival was mijn film ook geslecteerd voor het Blackstar International Film Festival in Ghana, het Africa In Motion Film Festival in Schotland en in mei zal de docu te zien zijn tijdens het Africa Film Festival in Leuven.’

Wat was de aanleiding van je documentaire?

‘De film kwam via verschillende wegen tot stand. Toen ik op de middelbare school zat, kreeg ik te horen dat er in Ghana iets gebeurd was met mijn moeder. Ik ging er niet meteen heen omdat ik dacht niet genoeg geld te hebben, maar met de jaren groeide een schuldgevoel tegenover mijn moeder. Omdat zij daar was en ik hier.

Wat me ook tegenhield om terug te keren: zij die teruggaan, doen dat meestal om te tonen dat ze iets hebben bereikt. Ik koos er uiteindelijk voor dat ik niet alles moest hebben om terug te keren, want niemand weet wat morgen brengt. Kennissen en vrienden verloren plots familie zonder dat ze nog een laatste kans kregen om die te zien.

Ik wou er uiteindelijk dus heen, zo kwam het idee om iets met dat verhaal te doen. Ik nam wat camera’s mee, regelde er een ploeg. Achteraf bleken er heel wat boeiende beelden tussen te zitten, dus besloot ik om nog eens terug te gaan. In mijn hoofd monteerde ik de beelden al. Ik besloot het weer te geven zoals het is: een onderzoek naar mezelf, mijn moeder en een manier om iets te kunnen betekenen voor mijn moeder.’

Welke thema’s komen zoal aan bod?

‘De rode draad is de terugkeer naar mijn moeder, vanuit mijn standpunt. Daarom is alles gefilmd vanuit mijn zicht. De focus ligt enerzijds op migratie en vertelt het verhaal van iemand in België zonder ouders. Anderzijds komt ook aan bod hoe je omgaat met ziektes in de familie als je ver weg bent. Je keert dan terug naar je land van herkomst, maar je bent plots anders. Ik probeer met een persoonlijk verhaal herkenbaarheid te creëren voor de kijker.’

Kunnen we de film binnenkort zien in Belgische zalen?

‘Op 4 mei is het te zien op het Afrika Film Festival in Leuven. Vanaf volgend schooljaar is het te koop via kunstZ voor schoolvertoningen. Bij mijn vorige school SISA kon ik de film al vertonen aan leerlingen van het vijfde middelbaar. Zij waren alvast positief.’

Wat mogen we nog van jou verwachten?

‘Ik ben niet alleen een filmmaker maar ook acteur en danser. Ik ben binnenkort te zien in projecten zoals Het Kanaal van Muziektheater Transparant, Urbach van HelKa-Helder Seabra, Skai Blue van Guido Verelst. Daarnaast werk ik aan een tweede deel van de documentaire, want het verhaal is niet helemaal afgelopen. Ook werk ik samen met Mokhalled Rasem aan een stuk waar de focus ligt op de relatie tussen mij en mijn vader. In België kwam ik plots bij hem terecht. Hoe ga je dan als kind door het leven als je tot dan toe enkel je moeder kende? Wat voor verwachtingen schept het als je plots alleen bent met je vader? Een vader heeft vaak een specifieke droom voor zijn zoon, maar ook de zoon heeft zijn eigen dromen. Met zo’n verhaal wil ik universele emoties aanspreken bij het publiek.

De film wordt op 4 mei vertoond in Leuven tijdens het Africa Film Festival.

© 2017 – StampMedia – Mohamed Barrie

---

Dit artikel werd gepubliceerd door Newsmonkey.be op 24/02/2017
Dit artikel werd gepubliceerd door Het Nieuwsblad - online op 24/02/2017
Dit artikel werd gepubliceerd door Apen.be op 24/02/2017
Dit artikel werd gepubliceerd door Jongerenplaneet.be op 24/02/2017
Dit artikel werd gepubliceerd door KifKif op 24/02/2017