Reporter Ornella Schreurs gaat op zoek naar voetballers met diverse roots in de Belgische competitie. Hoe zijn ze geraakt waar ze nu zijn? Hoe gaan ze om met dagelijkse problemen, zoals racisme? Vandaag een portret van Zinho Gano, aanvaller bij Waasland-Beveren.

Waasland-Beveren behaalde afgelopen weekend een belangrijke zege tegen Moeskroen-Péruwelz. Een speciale match voor Zinho Gano (22), want de spits van Waasland-Beveren speelde vorig seizoen nog bij Moeskroen-Péruwelz. Op huurbasis van Club Brugge, weliswaar. “Ik ben toen in Brugge blijven wonen - ik voel me goed in deze stad’, vertelt Gano ons in het Venetië van het noorden.

Kilometers

Gano is afkomstig uit Mechelen. Zijn vader komt uit het West-Afrikaanse Guinee-Bissau, zijn moeder is Belgische. “Mijn voetbalcarrière startte toen ik vier jaar was, bij SK Kampenhout. Al snel mocht ik bij SK Lierse gaan spelen.” Gano speelde ook nog even bij Westerlo, maar kwam nadien heel zijn jeugd uit voor Club Brugge. “In 2013 ben ik dan van de jeugdploegen doorgestroomd naar de beloften en de eerste ploeg.”

Gano heeft dit alles aan zijn opa te danken. “Ik besef dat hij heel wat kilometers heeft moeten afleggen. Hij bracht me naar alle trainingen en wedstrijden van de voorgenoemde clubs. Mijn opa is mijn grootste fan”, vertelt een trotse Gano.

Racistische opmerkingen

Gano moet niet lang nadenken of hij ooit al in aanraking is gekomen met racisme. “Ik denk dat ik ongeveer twaalf jaar was toen ouders van de tegenpartij ‘vuile zwette’ naar mij riepen. Ik wist niet goed hoe ik moest reageren en speelde gewoon verder. Achteraf voelde ik dat dit niet juist was. Vanaf toen besloot ik om niet over mij heen te laten lopen”, vertelt Gano.

De opmerkingen kreeg de boomlange Gano niet enkel op het veld, maar ook soms in de lagere en middelbare school. “Thuis hebben ze mij altijd geleerd om problemen aan te pakken. Ik ging meestal naar de persoon in kwestie toe en confronteerde hem daarmee, mondeling. Maar ik moet bekennen dat als de situatie echt te erg werd, ik me soms ook fysiek verdedigde”, stelt Gano.

Nu Gano ouder is, heeft hij leren relativeren. “Mijn opa heeft mij bij die eerste opmerkingen apart genomen. Hij zei: ‘Als je later in een groot stadion gaat spelen, gaan mensen veel dingen naar je roepen. Focus je op het spel!’ Dat doe ik ook. Maar in het dagelijkse leven en in de voetbalwereld zijn er helaas nog te veel tekenen van racisme.”

Samen sterk in de kleedkamer

De meeste kleedkamers in België zijn een mengeling van nationaliteiten. Volgens Gano vallen in de kleedkamer nauwelijks racistische opmerkingen. “In elke club waar ik tot nu toe heb gespeeld, nam iedereen het op voor elkaar. Voel je niet beter als iemand anders en behandel iedereen met respect.”

Gano geeft het voorbeeld van de Turkse competitie, waar de Ivoriaanse verdediger Didier Zokora uitgescholden werd door sterspeler Emre (Fenerbache). Meteen maakte Trabzonspor, de toenmalige ploeg van Zokora, een filmpje op sociale media: Let’s KICK Racism Out of Football. “Dat is het beste voorbeeld van een samenwerking onder spelers”, besluit Gano.

© 2015 – StampMedia – Ornella Schreurs



Naar dit artikel werd verwezen op HLN.be op 24/12/2015