De rolschaats is 150 jaar oud. Ondanks de vele ups en downs die het rolschaatsen gekend heeft, blijft de sport - van kunstrijden over rinkhockey tot roller derby -  nog steeds heel populair.

Rollende schaats

In 1863 kwam de Amerikaan James Plimpton met een geniale uitvinding voor de dag: hij introduceerde de eerste rolschaats met twee houten wieltjes vooraan en twee achteraan. Honderd jaar eerder had Joseph Merlin uit het Belgische Hoei al een ‘rollende schaats’ ontwikkeld, maar nu zaten de wieltjes voor het eerst niet in een rechte lijn, waardoor de rolschaatsen stabieler waren en men er mooiere bochten mee kon maken.

Plimptons uitvinding trok een massa mensen naar rolschaatsbanen die hoe langer hoe meer sociale ontmoetingsplaatsen werden voor notabelen uit de gegoede klasse. Nieuwe en grote rolschaatscentra werden opgericht in wereldsteden, zoals de ‘Casino Rink’ in Chicago en de baan bij het Crystal Palace in Londen. Na de eeuwwisseling waaide de rolschaatsmanie ook over naar België en werd onder andere de ‘American’ in de Antwerpse Carnotstraat opgericht.

Rage

Zoals elke rage kende het rolschaatsen doorheen de jaren haar ups en downs. Dankzij technische vernieuwingen, zoals de lancering van plastieken wieltjes en kogellagers om de wrijving te verminderen, werd het rolschaatsen aan het eind van de seventies en het begin van de eighties opnieuw razend populair. Liefhebbers trokken toen niet langer naar rolschaatsbanen, maar zochten hun toevlucht in parken, op brede boulevards en zelfs in rolschaatsdisco’s zoals we die kennen uit films.

Lifetimesport

Wie denkt dat de rolschaats daarmee haar beste tijd had gehad, heeft het bij het verkeerde eind. De Vlaamse Rollerbond telt vandaag immers niet minder dan 2.400 leden, verspreid over een dertigtal clubs. “De aantrekkingskracht van de rolschaats zit in de manier van bewegen. Het gaat behoorlijk snel en je kan er heel wat ‘toeren’ mee uithalen. In kunstschaatsen gaat het dan over pirouettes en sprongen, in rinkhockey over versnellen, stoppen en draaien en in roller derby over behendigheid”, zegt Herman Laureys van de Rollerbond.

Bovendien is het een sport voor alle leeftijden. De verdeling tussen jeugd en volwassenen bij de aangesloten rolschaatsers is in Vlaanderen zelfs fiftyfifty. “Rolschaatsen is een lifetimesport, wat wil zeggen dat je tot op hoge leeftijd kan blijven skaten. Het is minder belastend voor de knieën en heupen dan vele andere sporten. Onder onze leden tellen we zelfs enkele 70-plussers die nog steeds met plezier tochtjes rijden”, legt Laureys uit.

Roller derby

Bij twintigers zit vooral het competitieve 'roller derby' in de lift. De discipline bestaat in de Verenigde Staten al sinds het interbellum, maar is pas de laatste jaren in Europa een hype geworden. Volgens Sofie Mees van de Antwerpse ‘One Love Roller Dolls’ is roller derby echter veel meer dan een rage: “Het is een levensstijl, een uitlaatklep, een atletische discipline en een manier om keihard aan jezelf te werken.” In België bestaan al negen ploegen die het maandelijks tegen elkaar opnemen in zowel nationale als internationale wedstrijden. “Roller derby is ontstaan als vrouwensport en blijft steeds groeien, maar tegelijk worden wereldwijd ook meer en meer mannenteams opgericht”, zegt Sofie.

Zo blijkt dat de rolschaats na 150 jaar nog lang niet uitgebold is.

© 2013 - StampMedia - Jasmine Vleugels


Dit artikel werd gepubliceerd door Jongerenplaneet.be op 14/05/2013