Mannelijkheid en zelfexpressie zijn voor Jari Watty (19), die op mannen valt, geen tegenpolen, maar vormen juist de kern van wie hij is. Tijdens het knippen van de haren in het kapsalon kijken de klanten hem onwetend aan, maar dat vormt geen bedreiging voor zijn passie.
Hoewel mensen denken dat hij transgender of non-binair is, is hij dat niet. “Non-binair? Ik vind dat persoonlijk niet echt een ding. Het klinkt raar om dat te zeggen als een lid van de LGBTQ-gemeenschap, maar er zijn zeker nog andere mensen die er zo over denken. Ik zie mijzelf denk ik gewoon als een man die er soms vrouwelijk wil uitzien. Ik voel me ook meer mezelf als ik kleren draag die uit de vrouwencollectie komen.”
Meermaals per dag krijgt hij de vraag: ‘Ben je transgender, ben je homo, op wat val je eigenlijk?’, waarop hij meteen antwoordt met: ‘Ik ben gewoon een homoseksuele man die zich graag wat vrouwelijker kleedt.’
Jari Watty maakte al enkele onaangename ervaringen mee. Zoals negatieve commentaren of uitgescholden worden. Zo noemden andere mensen hem op jonge leeftijd al ‘vieze homo’. “Mensen zeggen altijd: ‘Jari is geen man’, terwijl ik nog steeds mijn mannelijke geslachtsdelen heb en geen hormonen neem. Zo kom ik soms ook onprettige situaties tegen tijdens het uitgaansleven. Dat is vooral omdat sommige mannen denken dat ik een vrouw ben en me om die reden proberen te versieren. Bepaalde mannen worden dan een beetje pissed wanneer ik hen vertel dat ik gewoon een homoseksuele man ben.”
Vrouwelijke uitstraling
Zijn vrouwelijke uitstraling heeft wel een invloed op zijn zelfbeeld. “Ik vind het al minder leuk om naar mezelf te kijken in de spiegel, puur omdat ik het lichaam niet heb dat ik wil.” Ondanks sommige tegenslagen, blijft hij zijn genderidentiteit verder uiten. Die vrijheid in expressie voelt voor Watty niet als een bedreiging voor zijn mannelijkheid.
“Ik voel soms een druk voor hoe ik mezelf moet uiten naar de buitenwereld. Maar ik weet dat ik een man ben en dat is voor mij het belangrijkste”
“Ik voel soms een druk voor hoe ik mezelf moet uiten naar de buitenwereld. Maar ik weet dat ik een man ben en dat is voor mij het belangrijkste.” Hij kiest ervoor om soms zijn vrouwelijk kantje te laten zien, maar voelt zich daardoor niet minder mannelijk. “Ik laat mijn haar groeien en ik steek soms ook extensions in mijn haar, maar ik vind niet dat dat mijn mannelijkheid onderdrukt.” Voor Watty gaat mannelijkheid over gedrag en verantwoordelijkheid. “Mannelijkheid is zorgen voor andere mensen.” Volgens hem ben je een man omdat je het verdient, niet enkel omdat je als man bent geboren.
Op jonge leeftijd merkte Jari Watty al dat hij anders was dan zijn leeftijdsgenoten. “Ik vond in het eerste leerjaar een jongen mooi. Meisjes vond ik ook wel mooi, maar op een andere manier.” Toch bleef hij lang met twijfels zitten, mede door de verwarring die maatschappelijke verwachtingen bij hem opriepen. “Ik ben gay. Mag ik een meisje wel mooi vinden daardoor? Wil dat dan zeggen dat ik misschien bi ben? Ik heb al eens gevoelens gehad voor een trans persoon die als vrouw geboren is. Maar ik zou persoonlijk niet kunnen vallen op iemand die er vrouwelijk uitziet. Ik zou er wel een platonische vriendschap mee kunnen hebben, maar zeker geen relatie.”
Voor zijn vader was het moeilijk om te accepteren dat zijn zoon op mannen valt. Soms heeft hij het nog moeilijk, denkt Watty. “Mijn tante was de eerste persoon van mijn familie aan wie ik het verteld had. Zij was ook degene die me geholpen heeft wanneer ik het aan papa wilde zeggen. Ik heb het een lange tijd uitgesteld voordat ik het hem durfde vertellen.”
“Ik ben gay. Mag ik een meisje wel mooi vinden daardoor? Wil dat dan zeggen dat ik misschien bi ben?”
“Dat was deels door een eerder gesprek die we eens hadden. Ik keek als kind namelijk naar de reeks ‘Brugklas’. Op een dag was er een aflevering waarbij een meisje durfde zeggen dat ze lesbisch is. Ik vroeg toen aan mijn papa: ‘Zou je het erg vinden als ik ook zo zou zijn?’, waarop hij ‘ja’ antwoordde. Ik was in shock. Ik voelde me ergens wel opgelucht toen ik het hem eindelijk verteld had. Papa had het er de eerste drie weken wel moeilijk mee. Maar uiteindelijk weet hij dat ik zijn zoon ben en dat hij van mij houdt.”
Rolmodellen
De afgelopen jaren heeft Watty geleerd om zichzelf steeds meer te uiten. Zijn opleiding in Oostende, waar de mensen naar zijn ervaring een stuk meer ‘open minded’ zijn, heeft hem deels geholpen om meer zichzelf te kunnen zijn. “Toch voel ik me pas helemaal mezelf wanneer ik alleen thuis ben of bij vriendinnen. Ik heb één beste vriendin waar ik honderd procent mezelf kan bij zijn. Onze vriendschap is zo sterk omdat we elkaars meningen respecteren en proberen te begrijpen.”
In de kappersopleiding is hij de enige jongen, en terwijl zijn vrouwelijke klasgenoten wat afstand houden, ontvangt hij van de leerkrachten wel de nodige steun en aanmoediging. “Mijn klasgenoten zijn traditioneler dan ik, waardoor ze me niet meteen accepteren. Ze geven me ook het gevoel dat ze me niet zo leuk vinden.”
Jari Watty haalde veel steun uit zijn rolmodellen zoals Barbie, Lady Gaga, RuPaul, en James Charles – iconen die de grenzen van gender en identiteit overstijgen. "Dankzij ‘RuPaul's Drag Race’ besefte ik voor het eerst dat gay zijn, oké is." Hij merkt echter dat België achterloopt op het gebied van acceptatie, zeker in vergelijking met de Verenigde Staten, waar dragshows zoals ‘RuPaul’s Drag Race’ al in 2009 op televisie kwamen. “Bij ons blijft dat nog steeds wat taboe.”