© Elena Janssens

Iedereen voelt zich wel eens angstig. Toch is de uiting van angst cultuur-en plaatsgebonden. Zo zal een Nigeriaan zijn angst op een andere manier uiten dan een Koreaan of een Duitser. Onze normen, waarden en overtuigingen zorgen voor tal van cultureel gebonden vormen van angst.

Volgens de Amerikaanse psycholoog Paul Ekman is angst één van de zeven universele emoties van de mens. Het is met andere woorden een emotie die mensen over de hele wereld voelen, en kan variëren van onschuldige nervositeit tot ernstige stress en paniekaanvallen.



Meer nog, een angststoornis behoort tot de meest voorkomende psychische stoornissen en ze ontstaan meestal tussen de leeftijd van 15 en 30 jaar. In de algemene bevolking komen angstproblemen voor bij 6% van alle personen vanaf 15 jaar en tot 25% van de bevolking zou er in de loop van zijn leven ooit aan lijden. 

De algemene trigger voor angst is de dreiging van pijn. Toch bestaan er ook culturele verschillen in de gevoelens én expressie van angst. Verschillende culturele aspecten bepalen namelijk hoe emoties beleefd horen te worden in gegeven situaties.

Contextuele en etno-fysiologische factoren zijn twee belangrijke factoren die bepalen hoe angst zich manifesteert in verschillende culturen. Een combinatie van sociale context en overtuigingen over de werking van het lichaam bepalen hoe we emoties beleven.

Waar zijn we bang voor?

Fobieën en angststoornissen komen overal voor en zijn van alle tijden. De normen en waarden van de cultuur waarin mensen opgroeien, hebben invloed op waar ze precies angst voor voelen. 



Mensen die opgroeien in collectivistische culturen, waarbij eigen behoeften ondergeschikt zijn aan de behoeften van de groep, hebben meer angst om anderen te beschamen dan mensen uit een individualistische cultuur. In Europa en de VS , met vooral individualistische culturen, zijn mensen met een sociale angststoornis bijvoorbeeld bang voor wat anderen van hen denken. In Japanse en Koreaanse culturen wordt daarentegen gesproken over Taijin Kyofusho (TKS), een sociale angststoornis waarbij individuen bang zijn om een ander te beledigen met hun gedragingen.  

Mensen uit Azië kennen vaak ook een sterkere druk in het school-en werkleven dan individuen uit andere delen van de wereld. “In Aziatische landen voelen velen een sterke prestatiedruk. Je overwerken wordt er bijna gepromoot. Er komt dan ook vaak faalangst voor,” stelt pyscholoog Floris Wolterink

Die angst kan er in Japan tot Hikikomori leiden, waarbij personen zo bang zijn voor sociale situaties of betrokkenheid in de maatschappij dat ze zich terugtrekken in de eigen woning voor periodes van zeker zes maanden. 

De ene cultuur ervaart ook meer angst voor de dood dan een andere. “Er zijn culturen waarin de dood wordt aanvaard, omdat er hoop is voor het hiernamaals. Dat zie je bijvoorbeeld in Latijns-Amerika", stelt antropologe Lore Van Praag. “In Europese landen is er dan weer een sterke doodsangst, omdat individuen uit onze samenleving minder geloven in leven na de dood. Dat was ook te zien tijdens de COVID-pandemie". 

Ook overtuigingen over de werking van het menselijk lichaam kunnen in sommige culturen tot voor ons onbekende angsten leiden. Het Dhat-syndroom uit India is daar een voorbeeld van. Het is de angst om vitale levenssappen te verliezen via sperma, of in extreme gevallen via urine. De oorsprong daarvan ligt in Ayurvedische tradities waarbij de lichaamsproductie van sperma wordt gezien als een eindproduct van een energieverslindend metabolisme. Het syndroom komt ook voor in andere Zuid-Aziatische gebieden. 

Een ander voorbeeld is Koro, wat ook voorkomt in Azië. Het is de angst dat de penis verschrompelt of in de buik verdwijnt. Dat zou volgens een eeuwenoude Chinese mythe veroorzaakt kunnen worden door seks te hebben op te jonge leeftijd, overmatig te masturberen of tegen de wind in te urineren.

Hoe uiten we angst?

Angst wordt overal ter wereld uitgedrukt op een gelijkaardige wijze. Maar de regels die gelden in een culturele context kunnen zorgen voor specifieke uitdrukkingen van angst.



In collectivistische culturen tonen mensen bijvoorbeeld minder snel dat ze bang zijn.“Ik heb relatief weinig Aziatische patiënten, maar wat ik opmerk is dat ze allemaal wel moeite hebben met hun emoties uitdrukken", zegt Wolterink. "Dat komt omdat ze vaak geleerd hebben om hun emoties niet te expliciet uit te drukken. Hun emoties horen te passen binnen die van hun sociale groep. Daarnaast zijn ze ook vaak bang om hun naasten te beschamen.

Individualistische culturen, zoals de VS of ons land, zijn daar minder bezorgd over. “In de VS bestaat er angst voor angst. Anxiety is er een soort buzzword, en mensen nemen van tevoren al allerlei remedies", gaat Wolterink verder. Bepaalde Afrikaanse patiënten hebben dan weer andere klachten. “Ze komen eigenlijk pas naar mij wanneer ze lichamelijke klachten ervaren, maar dokters vinden geen oorzaak van de klachten. De oorzaak van een pijnlijke nek of rug ligt dan vaak bij gevoelens van verdriet of angst, maar dat kunnen ze moeilijk aanvaarden".

Overtuigingen over de werking van het lichaam kunnen ook een invloed hebben op hoe diverse culturen angst uiten. In Latijns-Amerika en Caribische gebieden wordt extreme angst bijvoorbeeld uitgedrukt in de vorm van Ataques de Nervios. “Mijn zoon heeft vaak last van Attaques de Nervios. Het ene moment is hij kalm, en het andere moment begint hij plots luid te schreeuwen. Na een paar minuten is dan alles weer normaal", vertelt Prim Dafnis, een Cubaanse vrouw uit Antwerpen. Sommige symptomen zoals beven, hartkloppingen of kortademigheid overlappen met die van een paniekaanval. Specifiek aan Ataques de Nervios zijn de extreme huilbuien en het oncontroleerbaar schreeuwen.  

In Cambodja zijn ze ervan overtuigd dat angstige en verontrustende gedachten kunnen leiden tot Khyal Caps, ook wel wind attacks genoemd. Er loopt samen met bloed een soort wind door ons lichaam. Wanneer die wind verstoord raakt, ontstaan de zogenaamde wind attacks. Dat leidt dan weer tot diverse symptomen die lijken op die van een paniekaanval, met hartkloppingen, kortademigheid, duizeligheid en koude ledematen, maar ook met andere symptomen, zoals oorsuizingen, slecht zicht en een stijve nek. Hoewel de aanvallen wijzen op een paniekaanval, is het duidelijk dat de geloofsovertuigingen van wind attacks sterk verschillen van die van paniekaanvallen.    

vorige volgende