Razendsnel, overweldigend, en disruptief: zo voert de Amerikaanse president Donald Trump zijn beleid in de eerste weken van zijn ambtstermijn. Dat doet hij als deel van het plan dat zijn voormalige mediastrateeg Steve Bannon ‘flood the zone’ of ‘muzzle velocity’ doopte. Met andere woorden: beleid aan muilkorvende snelheid.
De politieke tactiek van ‘flood the zone’ of ‘muzzle velocity’ houdt in dat de Trump-regering tegelijk de oppositie en de media moet doen stotteren en overweldigen door een overvloed van beleidsverklaringen en wetsinvoeringen. Einddoel: ervoor zorgen dat de fractie van de media die zich fors tegen zijn presidentschap stellen noch zijn politieke tegenmachten een respons zouden kunnen graven uit de hoop nieuwe beslissingen dat hij op hen stort.
“De oppositie is de media, en omdat de media lui en dom zijn, kunnen ze maar op één ding tegelijk focussen. We moeten dus elke dag drie dingen op hen gooien, de media hapt op één van de drie, en wij werken al onze plannen af. Ze zullen er nooit van kunnen herstellen, maar het moet snel beginnen en snel verdergaan”, aldus Trumps mediastrateeg Steve Bannon in zijn eigen woorden in 2019 op ‘Frontline’, een programma van Amerikaanse tv-zender PBS.
Hoogleraar Internationale politiek aan de Vrije Universiteit Brussel (VUB) Jamal Shahin beschrijft de tactiek als ‘muzzle velocity’. “Daarin liggen er twee verschillende verhalen vervat”, aldus Shahin. “Enerzijds is er het objectieve feit dat zijn administratie met deze executive orders het medialandschap bombardeert. Anderzijds moet men kijken naar de wijze waarop dat gedaan wordt, zoals zijn eerste dag waarop hij op een podium die orders voor een publiek tekende. Men kon zich bijna afvragen waar zijn gouden tapijt en cheerleaders bleven”, aldus Shahin.
Tijdens zijn campagne sprak de president vaak uit dat hij op zijn eerste dag terug in Het Witte Huis al honderd nieuwe beleidsbeslissingen zou tekenen via zijn executieve machten. Op 25 februari, 36 dagen na zijn inauguratie heeft hij er al 73 getekend. Even ter vergelijking: voormalige president Joe Biden tekende er 42 in zijn eerste honderd dagen, Barack Obama 19. Het hoogste cijfer ligt dan bij Franklin Roosevelt met een recordaantal presidentiële beslissingen van 93 in zijn eerste 100 dagen. Trump zelf geraakte er maar aan 33 in zijn vorige ambtstermijn. Dus cijfermatig wordt die strategie nog duidelijker.
Concreet gaan die beslissingen, of executive orders, over een zeer brede waaier aan zaken die de president al in zijn campagne beloofd had. Wat een executive order dan doet, is als volgt: met deze orders stippelt de president de wijze uit waarop bestaande wetten geïnterpreteerd en geïmplementeerd moeten worden door overheidsinstellingen.
Anderzijds kan de president ook nieuwe afdelingen formeel laten ontstaan. Zo gaf hij de nieuwste Amerikaanse oligarch en Tesla-topman Elon Musk het startschot voor DOGE (Department of Government Efficiency), een instantie die zich inzet om de overheid efficiënter te doen lopen. Ook via DOGE genereert de nieuwe regering veel krantenkoppen door onder andere de recente reeks ontslagen die ze uitvoerden in verscheidene federale afdelingen. Daarnaast stichtte hij ook het departement van geloof (Department of Faith) waarmee hij de scheiding tussen kerk en staat nog verder wil vervagen.
Verder beschikt de president over een revocatierecht. Hij kan dus de beslissingen die zijn voorgangers namen, terugdraaien. Op 5 februari stond de teller van door Trump gerevoceerde Biden-orders op een gigantische 96. Als we enkel de revocaties en nieuwe executive orders optellen, waren dat er dus 169 aparte zaken om te verwerken voor de media en de Democraten.
Rijk van Trump
Het plan werkt ook effectief zoals het deels bedoeld wordt. Zo is bij Democratische volksvertegenwoordiger Jim Raskin uit Maryland tijdens een interview met The Times te horen: “Het is een overweldigende sensoriële overload geweest. Het ene moment bel ik met een klinische onderzoeker naar kankermedicijnen die met ontslagen kampt omdat een deel van haar job met minderheidsgroepen te maken heeft. Het andere moment praat ik met de advocaten bij justitie die onvrijwillig herschikt zijn geweest in hun werk. Het stopt gewoon niet”, aldus Raskin.
Volgens The New York Times-columnist Ezra Klein was het doel van de culturele tegenbeweging tegen Trump in zijn eerste presidentschap om hem niet te normaliseren. “Nu moeten we hem niet geloven. De eerste weken van Trump’s tweede ambtstermijn waren net het script van Bannon’s strategie. Het punt was het overweldigen, het punt was het overvloeden. De echte boodschap ligt in de cumulatieve, niet één executive order, uitzonderlijk van belang.”
Ezra Klein: “In hun geheel proberen ze één ding duidelijk te maken: dit is nu het rijk van Trump. Het zit in zijn handen, en volgt zijn eigen wil. Hij wil dat je denkt dat als hij iets wil, bijvoorbeeld het stopzetten van geboorterechtsburgerschap, dat ook zal gebeuren. Hij wil koning spelen, en dat lukt hem enkel als we hem geloven.” Anderzijds zei Techwereld journaliste Kara Swisher op de Ezra Klein show: “Trump en zijn ploeg mikken erop dat je de destructie van de wereld rondom je niet ziet omdat je te hard moet focussen op de verwoesting zelf.”
Maar volgens professor Shahin is enkel Trump niet geloven niet de oplossing. “We moeten hem niet niet geloven. We moeten net zijn woorden serieus nemen en er kritisch mee omgaan. Maar dat is natuurlijk moeilijk als je elk half uur een nieuw nieuwsbericht over een compleet verschillend beleidsdomein ziet passeren.”
Daar ligt voor Shahin net het deel dat de journalistiek en berichtgeving aan kan. “De media moeten herzien hoe ze over Trump berichtgeven. Enkele journalisten van de BBC speelden met het idee om eventueel 48 uur te wachten voordat ze berichten over Trump publiceerden. Dat doen ze in plaats van wat de media nu doen waarbij ze zodra Trump iets zegt, het onmiddellijk publiceren. Want dat laatste stimuleert enkel de logica van Bannon. Als je dan 48 uur wacht, zie je soms dat er daar toch niets achter zat. Er is dan helemaal geen verhaal om uit te zenden. De journalistiek errond moet dus veranderen.”
Shanin zegt ook dat de traditionele media dit al deels doen. “Je ziet nu dat de mainstream media veel meer retroactieve, reflectieve, en kritische dingen begint te schrijven.” Ook in ons land is dat van toepassing. In Wallonië besloot de RTBF, omwille van hun principe geen spreekbuis te willen zijn voor radicaal-rechtse stemmen, Trump’s inauguratie met een vertraging van twee minuten uit te zenden. “Zo kregen de journalisten ook extra tijd om Trump’s woorden te verwerken en werd de speech behapbaar.
“Tegelijkertijd concurreren de media met politici zelf die directe toegang hebben tot hun doelpubliek via sociale media, en het feit dat dat publiek vaak geen langere kritische analyse wil lezen over die politici”, aldus Shahin. “Dus zitten de media met het probleem dat ze enerzijds geen tijd hebben om kritisch te zijn en anderzijds geen lezers hebben die dat willen lezen.”
Veertig rechtszaken tegen Trump
Eén van de belangrijkste feiten waarmee Trump de media bezighield de voorbije dagen, waren zijn handelstarieven tegenover buurlanden Canada en Mexico. Die handelstarieven van 25 procent op alle goederen werden na weken mediafanfare gepauzeerd nadat beide landen de VS bedreigden met tegenmaatregelen.
Er zijn al een veertigtal rechtszaken gestart tegen het beleid van Trump. Deze strijd tegen de wet is absoluut ook deel van het Trump-Vance-draaiboek net als Bannons ‘muzzle velocity’. Ten eerste antwoordde de regering via het officiële communicatiekanaal van het Witte Huis door te stellen dat geen van Trump’s executive orders onwettelijk waren. Waarna woordvoerder van Het Witte Huis Harrison Fields elke rechtszaak tegen hen als een poging tot ondermijning van de wil van de Amerikaanse bevolking bestempelde.
Ook staat vicepresident J.D. Vance bekend om zijn standpunt rond de scheiding der machten in de VS. Hij verwoordde meermaals op X dat rechters, en dus de rechterlijke macht, geen controlefunctie zouden mogen hebben over de uitvoerende macht, de regering. Anderzijds schreef Trump op X dat “iemand die zijn land redt geen enkele wet schendt.”
Trump’s gedrag in zijn tweede poging in de Oval office is zeer snel, en destructief begonnen, dat is niet meer te ontkennen. Zijn gedrag tegenover justitie en de wijze waarop hij suggereert zijn beleid te willen voeren, fungeren als vroege signalen van een grondwettelijke crisis die de VS in de toekomst opwacht.
Hoewel Trump justitie aan de kant probeert te schuiven zal het een obstakel blijven. Op statelijke niveau, voornamelijk in Californië onder leiding van gouverneur Newsom, is men al begonnen met de politieke tegenbeweging in te luiden. Trump probeert zijn schaduw zo groot mogelijk te maken en de horizon zo donker mogelijk te laten lijken voor zijn oppositie in de begindagen van een presidentschap dat op wraak lijkt te rusten. Het fenomeen ‘Trump’ gaat weliswaar niet enkel om één persoon die aan de macht is geraakt, maar staat symbool voor een culturele evolutie en de zeitgeist van ons tijdsperk in de hegemonie van een land dat de hele wereld beïnvloedt.
“Trump heeft politieke apathie in zijn supporters omgezet tot politieke woede”, besluit professor Shahin. “Maar zo brak hij niet door die apathie. Hij creëerde geen actieve burgers, hij creëerde wel boze burgers. En zo’n woede leidt niet tot stabiele democratische instellingen, al is Trump ook niet op zoek naar stabiliteit. Hij is op zoek naar reactionaire politieke instellingen die hem zullen helpen zijn agenda te realiseren.”
“Het échte zorgwekkende probleem duikt op als we dit globaal beginnen te normaliseren. Als we nu in Europa het draaiboek van Trump beginnen te volgen, dan draaien we de klok terug en trekken we alle internationale instellingen in die al sinds de Tweede Wereldoorlog voor stabiliteit zorgen. In Europa moeten we blijven opletten, hier zijn er ook spelers die hetzelfde spel spelen als Trump, en als we niet opletten kan het heel snel gaan. Politici moeten zich hier niet bij neerleggen en denken dat het een onvermijdelijke golf is. Ze moeten inzien dat zijzelf het discours kunnen bepalen en het publieke debat kunnen aanpassen.”