De coronastorm woedt nog stevig, ook in ons land. Voorlopig is er weinig zekerheid over het verdere verloop van de pandemie. Zowel politici, experts als de bevolking zitten met heel wat vragen. Hoe kunnen de maatregelen worden afgebouwd? Zal het leven zoals we het kennen ooit weer ‘normaal’ verlopen, of wordt er gevreesd voor enkele fundamentele veranderingen? Volgens socioloog Ignace Glorieux en politicoloog Carl Devos bestaat er echter niet zoiets als een leven voor en na corona en zullen we onze gewoontes weer snel opnemen.
De coronapandemie brengt veel onzekerheid met zich mee. Luidop denken we na over het leven na corona en hoe onze samenleving er dan zal uitzien. Maar volgens socioloog Ignace Glorieux (VUB) moeten we niet vrezen voor fundamentele veranderingen. “Vergeten en verder gaan met het leven is iets heel menselijk,” zegt hij. “In het begin zullen we bepaalde zaken zoals sociaal contact extra waarderen, maar ook dat zal weer afnemen. We nemen onze gewoontes snel weer op, zowel de goede als de slechte.”
De mens past zich makkelijk aan
De invloed van corona op het dagelijks leven is zeer ingrijpend. Glorieux vertelt hoe gelijkend deze periode is aan die waarin de mens zijn levenssferen indeelde, nog voor het ontstaan van de moderne samenleving. “De moderne samenleving is gestoeld op differentiatie. We gaan werken of sporten. Voor elke activiteit hebben we aparte instellingen en levenssferen. Dat valt nu allemaal weg. Alles gebeurt nu binnen dezelfde levenssfeer, en de structuur waar we zo gewend aan zijn, verdwijnt. Onze dagelijkse routine wordt nu vloeiend en ononderbroken.” Toch is dat volgens de socioloog niet blijvend. Eens we de crisis onder controle hebben en we het leven geleidelijk aan hervatten, zullen we snel terugvallen op onze dagelijkse routine: “De mens past zich heel makkelijk aan. Dat zag je toen de overheid de quarantainemaatrelen invoerde en zal je opnieuw zien eens die worden afgebouwd.”
Grote fundamentele veranderingen zullen we volgens Glorieux niet meemaken. We zullen niet plots minder reizen of op een andere manier in het leven staan. Dat bleek ook na 9/11, of de oliecrisis in de jaren ‘70. “Mensen willen zo snel mogelijk de draad weer opnemen en doorgaan met het leven. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat we niets geleerd zullen hebben uit de pandemie. In het begin zullen we heel gelukkig zijn en extra waardering hebben voor zaken waar we vroeger tegen opkeken. Zo zullen we beseffen dat werken of naar school gaan zo erg nog niet is. Want werken gaat ook over sociaal contact met je collega’s. Zo leren en groeien we. We spreken altijd over een work-life balance alsof werken geen onderdeel van je leven is. Nu merken we eerder een verschraling van het sociale aspect en wordt werken gereduceerd tot het uitvoeren van taken. Altijd thuiswerken is dus zeker niet wenselijk en menselijk contact is waardevol.”
Creatieve periode
Volgens Glorieux bevinden we ons zelfs in een heel creatieve periode: “We experimenteren volop met technologie en andere toepassingen die ook na de lockdown nog waardevol zullen blijken, zoals videobellen, thuiswerken of zelfs afstandsonderwijs. Dat wil niet zeggen dat we plots allemaal zullen thuiswerken of elke vergadering online zal plaatsvinden, maar wel dat het besef zal groeien dat we het kunnen inzetten indien nodig. Een of twee keer per week thuiswerken zal regelmatiger voorkomen en ook afstandsonderwijs zou kunnen ingezet worden om kinderen en jongeren met leerachterstand of in een kwetsbare positie beter te ondersteunen.”
Meer aandacht voor gezondheidszorg
Daarnaast zou de crisis ook onze perceptie van ziekte en gezondheidszorg kunnen beïnvloeden. Volgens de socioloog is het niet onwaarschijnlijk dat werkgevers werknemers thuis zullen laten werken als zij of hun kinderen ziek zijn. Werkgevers zullen voorzichtiger omspringen met ziekte en het risico op besmetting. Mondmaskers zullen ook in België onderdeel van het straatbeeld worden. “In Aziatische landen is het al langer een teken van respect om een mondmasker te dragen als je ziek bent. Enkele jaren geleden keken wij Aziatische toeristen met mondmaskers nog vreemd aan, maar de intussen zijn de maskers ook hier onderdeel van het leven geworden en zullen niet meer verdwijnen.” Volgens Glorieux zouden mensen zich ook bewuster kunnen worden van het belang van een goede gezondheidszorg en sociale zekerheid. “Het draagvlak ervoor is nu groter, met als gevolg dat besparingen in die sector minder makkelijk zullen worden getolereerd.”
Minder vervuiling?
Experts dromen luidop van een verandering in de ingesteldheid van de bevolking als gevolg van de crisis, niet enkel op vlak van gezondheid, maar ook op vlak van klimaat, verkeersproblematiek en sociale ongelijkheid. Frank Witlox, vervoerseconoom bij UGent, benadrukt de mogelijkheid om mensen in beweging te zetten om bijvoorbeeld files in te dijken en de impact op het milieu te verminderen. “Een of twee dagen telewerken per week zou al een deel van het probleem kunnen oplossen,” zegt hij daarover in een interview op VRT, begin april. Ook Lieven Annemans, gezondheidseconoom aan de UGent, hoopt dat politici wetenschappers nu meer zullen raadplegen wanneer het gaat over problemen in verband met onder andere het klimaat of verkeer.
Geen verandering
Volgens Glorieux zal er echter niet veel veranderen op het vlak van reizen en milieu-impact. “Mensen zullen nog even veel reizen als voor de corona crisis. Het zou kunnen dat er zelfs een piek volgt. Mensen die hun reis hebben moeten afzeggen of uitstellen zouden kunnen overcompenseren en juist meer reizen na de crisis. Ook op het vlak van milieu zal er weinig veranderen. We zouden al moeten kunnen aantonen dat de quarantainemaatregelen een concreet en significant effect hebben gehad op de levenskwaliteit van mensen, anders zal men niet snel zijn gedrag aanpassen.”
Nu lijkt het erop dat vooral bedrijven hun strategieën zullen herbekijken. “We merken nu meer dan ooit de zwaktes in het systeem,” aldus Glorieux. “Just-in-time-leveringen en productie in het buitenland hebben ook hun nadelen. Ik denk dat bedrijven hun productie meer zullen differentiëren en buffers zullen inbouwen.”
Een nieuwe economische crisis
Ook op politiek vlak zal er weinig veranderen, zegt politicoloog Carl Devos (UGent). Het is vooral de economische impact die zwaar zal zijn: “Na deze gezondheidscrisis zal een sociale en economische crisis volgen. En de huidige minderheidsregering, Wilmès II, is niet geschikt om die aan te pakken. Nu wordt die nog gesteund door alle partijen, behalve de extremen, maar eens we op de sociaaleconomische breuklijn komen, zal de druk op eendracht wegvallen en vervalt België weer in het klassiek links-rechts debat.”
Maar volgens de politicoloog moeten we niet vrezen voor een democratisch deficit. “Voorzitters in het kernkabinet houden extreme maatregelen tegen en dat is een positief teken. Het toont aan dat politici niet enkel uit zijn op macht, maar ook de democratie willen beschermen. België zal niet snel terecht komen in Hongaarse toestanden.”
Toch moeten we volgens hem wél waakzaam blijven. “De huidige maatregelen moeten tijdelijk zijn. Ze moeten uiteindelijk worden afgebouwd, en niet, zoals na de terreurcrisis, van kracht blijven, omdat we er nu toch aan gewend zijn.”
Meer nationalisme, minder Europese soldiariteit
Maar wie hoopte op meer Europese solidariteit, wordt teleurgesteld. Een crisis van deze omvang lijkt de perfecte gelegenheid voor meer Europese samenwerking, maar dat is volgens Devos zeker niet het geval. “De Europese bevoegdheden worden niet uitgebreid. Integendeel: elk land plooit terug op zichzelf. Het nationalisme neemt toe en iedereen vecht voor zichzelf. Dat is niet enkel hier zo. Ook in de Verenigde Staten concurreren staten met elkaar. Er is dus geen sprake van een evolutie naar meer Europese en internationale solidariteit.”
Dat toont volgens Devos het debat rond financiering goed aan: “Daar maak ik me wel zorgen om. We hadden al een grote staatsschuld, en die zal nu nog verder oplopen. De lage rente en het feit dat verschillende landen nu veel uitgeven en er dus wereldwijd deficits zullen zijn, verzachten het probleem. Maar ooit zal die schuld moeten worden terugbetaald, en de rente zal niet altijd zo laag blijven. België had overigens al een begrotingstekort van bijna 3%, en vandaag zijn - nog meer dan anders - investeringen nodig. De crisis van 2008 heeft ook veel geld gekost, maar toen stond de begroting er beter voor. De coronaschuld zal sterk doorwegen op het beleid van de volgende regeringen, en zal ons nog een generatie achtervolgen.”
Dit artikel werd gepubliceerd door De Wereld Morgen op 14/04/2020