De klastitularis die je vertelt dat de kans groot is dat je moet blijven zitten. Dat is geen aangenaam nieuws. Of toch wel? Drie leerlingen die hun schooljaar opnieuw deden, getuigen over hun ervaring en hoe het hun leergedrag beïnvloedde. "Nu besef ik pas dat ik nog niet klaar was om naar het zesde middelbaar te gaan."
Voor de originele versie van dit verhaal kan je hier terecht.
Stijn Boekstaele (20): “Ik zag het als een kans om meer vakkennis op te doen”
Blijven zitten: Zevende jaar thuis- en bejaardenzorg
Nu: Zevende jaar thuis- en bejaardenzorg
Nog voor de kerstperiode merkte Stijn dat hij het moeilijk kreeg. Na maandelijkse feedbackmomenten en verschillende oudercontacten kon hij net niet slagen. Door een verkeerde studiemethode, veel verplichte zelfstudie en de negatieve invloed van zijn klas, ging hij op het einde van het schooljaar met een C-attest naar huis.
"Ik was zeker niet de enige met een C-attest in mijn richting. Net als ik hadden ook die anderen geen voorgeschiedenis van de zorg meegekregen. Ik zocht hulp bij een leerlingenbegeleider, maar die kon me niet altijd verder helpen. Bijna elke dag bleef ik een uurtje na om voor school te werken. De begeleiders probeerden steeds mijn vragen te beantwoorden, maar natuurlijk weten ze ook niet alles.”
“Toen ik het attest kreeg, voelde ik me teleurgesteld. Mijn leergierigheid verminderde. Langs de andere kant zag ik het ook wel als een kans om meer vakkennis op te doen. Dit schooljaar is er heel wat aangepast in onze opleiding. Ik heb dus niet het gevoel dat ik hier alleen zit om te herhalen. Ik leer nieuwe dingen bij."
"Mijn nieuwe klasgroep doet me zeker deugd. In mijn vorige klas waren de leerlingen minder gedreven en dat had een grote invloed op mij. Je merkt dat mijn nieuwe medeleerlingen ook echt hun diploma willen halen zodat ze volgend jaar kunnen werken. Hun ingesteldheid motiveert mij om dit jaar meer mijn best te doen. Het valt op dat leerkrachten meer voldoening halen uit een leerling die zich inzet. Thuis is het soms wel anders. Wanneer ik huiswerk maak en het antwoord niet meteen weet, durf ik wel eens blokkeren. Als ik nu afstudeer, ben ik officieel zorgkundige. Af en toe denk ik er wel eens aan om leerkracht te worden, omdat ik weet dat ik dan iets kan betekenen. Hoe moeilijk de studies ook zouden zijn, ik zou het wel graag willen."
Eva van den Broeck (17): “Sinds ik op een nieuwe school zit, ben ik veranderd”
Blijven zitten: Vijfde jaar informatiebeheer
Nu: Vijfde jaar woordkunst-drama
Informaticabeheer bleek niet de leuke richting te zijn waaraan Eva zich verwachtte. De planningen die ze maakte en bijlessen die ze volgde om haar schooljaar te redden, hadden geen succes. Ze besloot er een punt achter te zetten en behaalde uiteindelijk een C-attest.
"In alle scholen in de buurt was informaticabeheer de enige studierichting die me interesseerde. Na de kerstexamens had ik er niet veel hoop meer in, maar ik bleef mezelf overtuigen dat het goed zou komen. Ergens had ik wel verwacht dat ik niet zou slagen, maar het kwam nog steeds als een shock. Ik besloot om naar een andere school te gaan. Dat riep wel wat angst op. Zal ik deze keer slagen? Zal ik nieuwe vrienden maken? Toch startte ik mijn schooljaar gemotiveerder dan het jaar voordien.”
“Ik was dan wel de nieuwe leerling die alles nog moest leren, maar ik voelde me heel welkom en alles verliep vlot. Sinds ik op een nieuwe school zit, ben ik veranderd als persoon. De studenten zijn ruimdenkender. Iedereen heeft een uitgesproken mening waardoor ik meer mijzelf kan zijn. Mijn studiehouding is ook verbeterd, maar op sommige momenten voel ik me minder gemotiveerd. Als ik een slecht punt krijg, vrees ik dat het opnieuw zoals vorig jaar zal eindigen. Dan begin ik na te denken en verlies ik mijn motivatie.”
“Toch denk ik dat mijn verdere schoolcarrière niet gelukt zou zijn, als ik niet was blijven zitten. Vorig jaar had ik veel moeilijkheden. Als ik nu in het zesde jaar Informaticabeheer had gezeten, dan zou het me niet gelukt zijn, denk ik. Omdat ik er nog niet klaar voor was. Omdat ik toen nog geen goede leerhouding en de juiste discipline had. Nu wil ik er echt voor gaan, omdat ik heel graag een diploma wil behalen.”
Olivier Floré (20): “Dat ik mijn vrienden niet meer zou zien, vond ik beangstigend”
Blijven zitten: Vierde jaar sociale en technische wetenschappen
Nu: Tweede bachelor kleuteronderwijs
Sociale en technische wetenschappen. Het is een theoretische richting terwijl Olivier eerder uitblinkt op vlak van praktijk. Tijdens het schooljaar liet hij het hoofd wat hangen en zijn dyslexie maakte het hem niet makkelijker. De klassenraad gaf hem een B-attest, ‘Technisch secundair onderwijs uitgesloten’.
"In het derde trimester zei mijn klastitularis dat ik een mirakel nodig had om te slagen. Ik hoopte dat ik het net zou halen, maar de kans op blijven zitten was groter. Mijn ouders zijn allebei leerkrachten. Ze verwachten dat ik goede punten behaal. Ik had geen idee hoe ik het hen zou vertellen. Maar vooral de gedachte dat ik mijn vrienden niet meer zou zien of horen vond ik beangstigend."
"Toen het nieuwe schooljaar eraan kwam, vroegen mijn ouders hoe ik het zou aanpakken. Het originele plan was om Jeugd- en gehandicaptenzorg te studeren in het vijfde middelbaar. Maar als ik naar het vijfde wilde doorstromen, kon dat niet (omdat het een TSO-richting is, red.). Ik moest het vierde jaar dus wel opnieuw doen. De motivatie om naar school te gaan was er nog steeds. Ik mocht van mijn ouders Lichamelijke opvoeding uitproberen, zo belandde ik het jaar nadien in een richting die ik graag wilde doen.”
"Blijven zitten was voor mij uiteindelijk een positieve ervaring. Als dat niet gebeurd was, had ik één van mijn beste vrienden niet leren kennen. Ik heb ook veel verschillende studiemethodes mogen uitproberen. Nu heb ik de ideale gevonden en lukt studeren veel beter dan vroeger. In het vijfde jaar blonk ik sterk uit door het grote praktijkgedeelte. Ik was er steeds zonder enig probleem door. Op dit moment wil ik kleuterleider worden. Kleuteronderwijs is geen makkelijke opleiding, maar ik wil heel graag dat doel bereiken. Zonder hard werken, lukt dat niet."
WAT ZEGGEN EXPERTS?
Doorheen de jaren is er heel wat onderzoek geweest naar positieve en negatieve effecten van zittenblijven. Projectleider van de website Onderwijskiezer Jean-Marie Van Steenwinckel en professor Willem Van den Broeck van de faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen aan de Vrije Universiteit Brussel geven meer duidelijkheid.
“Sommige leerlingen ervaren blijven zitten als een straf”, vertelt Jean-Marie Van Steenwinckel. In samenwerking met het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB) richtte hij de website Onderwijskiezer op. Die helpt leerlingen zoeken naar de juiste studierichting. “Zittenblijven voelt aan als een faalervaring die ervoor kan zorgen dat het zelfbeeld en motivatie daalt, waardoor leerlingen in een neerwaartse spiraal terechtkomen. Maar natuurlijk ervaart niet elke leerling dat zo. Voor anderen is het een kans om opnieuw gemotiveerd te geraken en de draad op te pikken. Helaas kunnen we niet op voorhand zeggen of het grotendeels positieve of negatieve gevolgen heeft voor de leerling. Het hangt af van persoon tot persoon en van situatie tot situatie. Maar als de leerling inziet dat hij of zij het verkeerd heeft aangepakt en op zoek gaat naar de oorzaak daarvan, kan dat alleen maar vooruitgang brengen. Hun omgeving kan daar een invloed op hebben. Een leerkracht of ouder kan de leerling begeleiden om de trein terug op het goede spoor te krijgen."
"Wie goed presteert op school, zal zich automatisch beter in zijn vel voelen." Volgens professor van de faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen, Willem Van den Broeck, hangen schoolresultaten en welbevinden daarom sterk samen. Hij verwijst naar het grote-vis-kleine-vijvereffect. "Leerlingen voelen goed aan wanneer ze zwakker zijn in de klas. Dat komt omdat ze zichzelf vaak vergelijken met hun medeleerlingen. Blijven zitten is voor iedere student even slikken. Maar als ze hun schooljaar voor een tweede keer doen, wordt de leerstof herhaling voor hen. Herhaling werkt altijd. Ze zullen vooruitgang boeken en beter presteren, waardoor ze in een nieuwe groep niet meer tot de zwakkeren behoren. Ze zullen een middenpositie innemen en het gevoel krijgen dat ze beter kunnen meevolgen tijdens de les. Dat is erg belangrijk."
Dit artikel werd gepubliceerd door De Wereld Morgen op 04/06/2020