Vijf december is het Internationale Dag van de Vrijwilliger. De studenten journalistiek van de PXL Hogeschool Hasselt gingen op zoek naar opvallende verhalen van vrijwilligers.
Het Belgisch Centrum voor Geleidehonden in Tongeren (BCG) trekt elk jaar meer vrijwilligers aan die zich kosteloos inzetten voor de organisatie. Mensen met een hart voor honden steken hun handen uit de mouwen om de meest uiteenlopende taken uit te voeren. Vrijwilligers kunnen bijvoorbeeld optreden als pleeggezin, waarbij ze een puppy opvangen en hem voorbereiden op zijn training als blindengeleidehond. “De pleegezinnen reageren altijd enthousiast op de ervaring, maar vaak gaat het afscheid wel gepaard met veel tranen”, zegt Josée Ramakers, vrijwilligster bij het BCG .
Het Belgisch Centrum voor Geleidehonden is een organisatie die al bijna dertig jaar blindengeleidenhonden opleidt voor mensen met een visuele beperking. Het kweken en opleiden van honden tot blindengeleidehonden, visueel gehandicapte personen leren omgaan met hun blindengeleidehond en blijvende nazorg verlenen aan de hond en de geleidehondgebruiker zijn de belangrijkste doelstellingen van het centrum.
“De honden worden vanaf een jaar opgeleid tot blindengeleidehonden. Die opleiding gebeurt in het centrum en wordt gegeven door professionele instructeurs. Voor de honden daaraan kunnen beginnen, moeten ze eerst een jaar in een pleeggezin verblijven. Pleeggezinnen bestaan altijd uit vrijwilligers en krijgen dus geen vergoeding. Ze worden begeleid vanuit het opleidingscentrum en krijgen regelmatig bezoek om te controleren of de puppy in goede handen is”, legt Josée uit.
Willy Thys uit Bilzen is al vijf jaar vrijwilliger bij het BCG. Momenteel heeft hij zijn vierde pup in huis. Als het van hem afhangt is dat nog lang niet de laatste. “Ik haal enorm veel voldoening uit mijn taak als pleegouder voor de hondjes. Het is wel niet te onderschatten, want het centrum verwacht dat de pups de basisgehoorzaamheidsregels leren en dat we ze socialiseren. Zo is het de bedoeling dat we ze overal mee naartoe nemen en dat we ze laten kennismaken met het openbaar vervoer, zodat ze al met de meeste situaties in contact zijn gekomen alvorens ze naar het centrum terugkeren voor de effectieve opleiding”, legt Willy uit.
“De liefde die je terugkrijgt van het dier is onvoorwaardelijk. Het is leuk dat ik mijn steentje op die manier kan bijdragen aan het centrum. En… het is ook goed voor mezelf. Het afscheid daarentegen valt wel altijd moeilijk. Je hebt het dier na een jaar namelijk volledig in je hart gesloten. Daar komt wel eens een traantje bij kijken. Maar het idee dat ik een bijdrage heb kunnen leveren voor mensen die het moeilijk hebben, maakt veel goed. En de hondjes blijven in goede handen”, zegt Willy.
Dit artikel werd gepubliceerd door Het Nieuwsblad op 05/12/2018.