Het historisch kelderkeukentje van de voormalige meisjesschool De Dames in de Lange Nieuwstraat is in ere hersteld. Studenten conservatie-restauratie van Universiteit Antwerpen restaureerden in totaal 1.600 tegeltjes. De oude keuken zal nu dienst doen als ontmoetingsruimte voor de nieuwe bewoners van het wooncomplex De Dames. “Het was een ervaring om nooit te vergeten.”
Oorspronkelijk maakte het kamertje deel uit van een zeventiende-eeuws pand genaamd ’In den gouden Scepter van Spagniën’. Later deed het dienst als een ontmoetingsruimte voor de nonnen van de bekende meisjesschool De Dames, die zich sinds 1834 op de site bevond.
Recent maakte de school plaats voor een wooncomplex dat dezelfde naam draagt. Bij die werken stootte men opnieuw op het keukentje. De projectontwikkelaar vroeg de studenten van de afdeling conservatie en restauratie van de Universiteit van Antwerpen om het keukentje in de originele staat te herstellen. Onder begeleiding van docente keramiekrestauratie Stefanie Bauvois legden zij zich toe op de restauratie van de 1.600 beschilderde tegeltjes in het kamertje.
Zorgwekkend
Dat liep niet altijd van een leien dakje. “De staat waarin de ruimte werd aangetroffen was op zijn zachtst uitgedrukt zorgwekkend”, vertelt Rani De Vos (26), intussen afgestudeerd als conservator en restaurateur: “De temperatuur- en vochtigheidsregeling was slecht. Het probleem werd nog eens versterkt door de buitenlucht die voortdurend binnenwaaide via de raampjes. Ook waren de tegels aangetast door verzilting, waardoor ze barstten en de voegen verzwakten.”
Zeventiende eeuw
Alsof dat nog niet genoeg was, belandde het project in moeilijk vaarwater tijdens de coronacrisis. De studenten mochten de ruimte maandenlang niet betreden en noodzakelijke leveringen lieten op zich wachten. Ook moesten ze hun werk in het laboratorium tijdelijk staken, omdat de universiteitscampussen gesloten bleven. Daardoor liep de restauratie bijna twee jaar vertraging op.
Desondanks houden de studenten vooral mooie herinneringen over aan hun project. We worden rondgeleid door drie van hen, die de werken de afgelopen jaren in handen hebben genomen. Celine Vandenbranden (23), ondertussen ook afgestudeerd, vertelt ons over de oorsprong van de verschillende tegeltjes. “Het is een heel eclectische ruimte. Volgens ons onderzoek dateert de oudste tegel al van de zeventiende eeuw, de jongste van de twintigste.”
Dat laatste toont volgens haar aan dat het een echte gebruiksruimte was: “Wanneer een tegeltje kapot ging, kocht we een nieuw op de rommelmarkt”, zegt Celine. “Dat werd dan in de plaats van het oorspronkelijke exemplaar gehangen. Aan de plaatsing ervan hebben we bewust niets veranderd. Zo komt het dat sommige tegels ondersteboven hangen of heel anders beschilderd zijn dan die ernaast. We proberen de visie van de oorspronkelijke kunstenaars steeds zo veel mogelijk te respecteren.”
Delfts
Nastasja Heirbout (26), die momenteel in haar laatste masterjaar zit, licht de beschildering van de tegeltjes verder toe. “Het Delfts blauw waarmee de meeste exemplaren beschilderd zijn, is ontstaan als een soort imitatie van het zestiende-eeuwse mengporselein. Daarnaast werd het uitzicht beïnvloed door het porselein dat destijds uit China werd geïmporteerd, de zogenaamde chinoiseries. Beide waren voor de meeste mensen te duur. Zo ontstond in onze streken een bloeiende tegelindustrie.”
Andere tegeltjes zijn dan weer beschilderd met mangaankleurige verf. “Die dateren pas uit de achttiende eeuw. In tegenstelling tot de oudere tegels, zijn die duidelijk bedoeld om per twee of drie in een vaste volgorde te hangen, zodat de tekening een landschap voorstelt.”
Landschappen zijn een vaak terugkerend thema in de beschilderingen, samen met boeren, herders en spelende kinderen. “Dit soort taferelen bleven doorheen de eeuwen populair. Daarom is het op het zicht vaak moeilijk te achterhalen uit welke periode deze exemplaren dateren. Verdere analyses gebeuren dan in ons labo. Bij andere tegeltjes is het meteen veel duidelijker. Zo weten we dat de afbeelding van schepen en mythologische taferelen enkel in de beginperiode gangbaar was.”
Hoekpatroon
Van de 1.600 tegels zijn er zeshonderd tijdelijk verwijderd en in het laboratorium behandeld. De overige kregen ter plaatse de nodige zorgen. Daarbij moesten de studentes ook zelf met verf aan de slag. “In het begin waren we heel voorzichtig, maar intussen kunnen we het hoekpatroon van zo’n tegeltje schilderen met onze ogen dicht”, klinkt het lachend. “We hebben er alles samen meer dan duizend gemaakt!”
Historisch pareltje
Bauvois benadrukt de historische waarde van het kelderkeukentje: “Het is uniek in zijn soort. Dergelijke kamertjes kwamen vaker voor, maar dat een ruimte van dit formaat volledig bewaard is gebleven op de originele plek, is uitzonderlijk. Niet zelden worden delen ervan overgebracht naar musea, waardoor je het volledige plaatje nooit meer te zien krijgt.”
In de toekomst zal de ruimte voornamelijk dienen als ontmoetingsplaats voor de bewoners van het complex boven de site. Al hopen Bauvois en haar studententeam dat de Antwerpse stadsgidsen ze zullen opnemen in hun rondleidingen, en dat ze opengesteld kan worden voor een breder publiek tijdens de Open Monumentendagen.
“Dit was een ervaring om nooit te vergeten”, besluit Heirbout. “Maar ik ben ook wel blij dat het achter de rug is. Het voelt heel speciaal om iets op te leveren waar je zo lang aan gewerkt hebt.”
Deze publicatie kwam tot stand dankzij een exclusieve samenwerking met Gazet van Antwerpen. Zes jongeren van StampMedia draaiden in de eerste week van de paasvakantie mee op de stadsredactie van Gazet Van Antwerpen. Ze brachten verhalen uit hun eigen leefwereld, maar speelden ook in op het dagelijkse nieuws in en rond Antwerpen.
Bekijk hier alle publicaties die de jongeren tijdens de mediaweek bij GVA hebben gemaakt.
Dit artikel werd gepubliceerd door Gazet van Antwerpen op 04/04/2023.