© Lara Tytgat

“Stelt er zich echt niemand vragen bij het opstellen van een examenrooster met dertien examens op twintig dagen?” Reporter Lara Tytgat alleszins wel. De masterstudente Journalistiek (KU Leuven) staat stil bij de zin en onzin van de klassieke blok- en examenperiode.

Juni. De meest gevreesde maand voor de student. Het is eindelijk mooi weer, maar tijd om daarvan te genieten is er niet. De grote boosdoener, de blok, steekt daar een stokje voor. De blokperiode betekent een wekenlange opsluiting om cursussen van vijfhonderd pagina’s vanbuiten te leren en die kennis vervolgens opnieuw uit te spuwen op een examen van gemiddeld acht pagina’s.

Om nadien dezelfde cyclus te herhalen voor het volgende examen. En het volgende. Maar waaróm moeten we studeren? Waaróm moeten we op een maand tijd leerstof in ons hoofd proppen, om die nadien weer onoverkomelijk te vergeten? Want zeg nu zelf, hoeveel leerstof kan je een week na je examen nog opsommen, laat staan een maand of een jaar later?

En nee, die vragen komen niet van een student die gewoon ‘te lui’ of ‘te dom’ is om te studeren. Ik studeerde in de blokperiode gemiddeld acht uur per dag en werd daarvoor ook beloond met goede punten. Ik dank mijn kortetermijngeheugen daarvoor, maar mijn langetermijngeheugen laat me dan weer in de steek om de cursusinhouden van mijn minstens vijftig op de universiteit afgelegde examens nu nog te kunnen recapituleren. En ik ben niet de enige.

Volgens de 'vergeetcurve' van de Duitse psycholoog Hermann Ebbinghaus onthouden we na enkele dagen nog hoogstens twintig procent van de leerstof die één keer werd ingestudeerd

De Duitse psycholoog Hermann Ebbinghaus toonde in 1885 met zijn ‘vergeetcurve’ al aan dat we geleerde informatie snel vergeten. Volgens zijn curve onthouden we na enkele dagen nog hoogstens twintig procent van de leerstof die één keer werd ingestudeerd. De realiteit is nu eenmaal dat veel studenten enkel — of nauwelijks — de tijd hebben om alles gewoon één keer in te studeren.

Dus wat is het nut van de examens dan eigenlijk? Bewijzen hoe sterk je wil is om, ondanks het mooie weer, urenlang standvastig achter je bureau te zitten, met slaaptekort dat elke dag groter wordt en waarbij zelfs de talloze kopjes koffie en energiedrankjes niet meer helpen? Bewijzen dat je sterker bent dan de paniek- of stressaanvallen en vlagen faalangst die je kunnen overvallen door de extreme hoeveelheid leerstof die je op enkele dagen in je hoofd moet steken?

“Wij hebben dat vroeger ook moeten doen, hoor”, is vaak het antwoord dat studenten van hun ouders krijgen, wanneer ze over de examens klagen. Oké, examens bestaan al zolang we ons kunnen herinneren. Dus omdat onze ouders hebben afgezien, moeten wij en de generaties na ons ook nodeloos afzien?

Permanente evaluatie en interactiviteit of debat in de les kan ook echt wel iets vertellen over kennis

Ik zeg niet dat examens integraal afgeschaft moeten worden. Ik begrijp ook dat er een manier moet zijn om de kennis van studenten te testen. Maar stelt er zich echt niemand vragen bij het opstellen van een examenrooster met dertien examens op twintig dagen? Of examens tijdens een stageperiode? Of examens bovenop het schrijven van een thesis en talloze andere deadlines?

Examens op zich vind ik niet eens zo erg. Ik durf zelfs te zeggen dat ik studeren en examens invullen leúk vind, tenminste als het vak me ligt. Maar de stress van meerdere examens op een korte tijdspanne te moeten afleggen en een maand lang geen enkele rustperiodes te hebben, neemt de fun van het studeren meteen weer weg. Daarnaast zijn examens echt niet de enige manier om te zien of een student de leerstof beheerst. Permanente evaluatie en interactiviteit of debat in de les kan ook echt wel iets vertellen over kennis. Want is het dan echt zo effectief om duizenden pagina’s te studeren, om op verschillende examens te kunnen presteren en die kennis nadien weer onvermijdelijk te verleren?


Dit artikel werd gepubliceerd door Knack op 26/06/2023.

vorige volgende